Let op volgende week het eerste so basisvaardigheden. Je kunt je hierop voorbereiden met het boekje wat in teams bij de bestanden staat en het staat ook in magister bij de studiewijzers onder het kopje lesmateriaal.
De vragen uit het eerste SO gaan over de stof van blz. 4 (afronden), 8 (eenheden van lengte), 10 (rechthoek) en 15 en hoe haal ik een som uit een verhaal som.
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2
In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.
Onderdelen in deze les
week 39 wi klas 2
Let op volgende week het eerste so basisvaardigheden. Je kunt je hierop voorbereiden met het boekje wat in teams bij de bestanden staat en het staat ook in magister bij de studiewijzers onder het kopje lesmateriaal.
De vragen uit het eerste SO gaan over de stof van blz. 4 (afronden), 8 (eenheden van lengte), 10 (rechthoek) en 15 en hoe haal ik een som uit een verhaal som.
Slide 1 - Tekstslide
les 1 BB: hoeken berekenen
Belangrijk om te onthouden
Alle hoeken in een driehoek zijn samen 180 graden.
Dus hoek A + hoek B + hoek C = 180 graden
Slide 2 - Tekstslide
hoeken berekenen
Hoek P is 60 graden en hoek Q is 70 graden.
Samen is dit 60 + 70 + 130 graden.
Alle hoeken samen zijn 180 graden.
Dus hoek R = 180 - 130 = 50 graden.
Schrijf de berekening volledig op dus
hoek P en Q zijn samen 60 + 70 = 130
hoek R = 180 - 130 = 50 graden
Je mag ook de berekening
180 - 60 - 70 = 50 graden
opschrijven
Slide 3 - Tekstslide
Let op
Soms staan er tekens in een driehoek.
Bij een rechte hoek teken (vierkantje) weet je dat
die hoek 90 graden is.
hoek P + hoek Q is 90 + 60 = 150 graden
hoek P = 180 - 150 = 30 graden
of
hoek P = 180 - 90 - 60 = 30 graden
Slide 4 - Tekstslide
gelijkbenige driehoeken
Bij een gelijkbenige driehoek heb je twee gelijke
zijdes en dus ook twee gelijke hoeken (hoek B en C).
Deze twee hoeken zijn dus allebei even veel graden.
hoek B en C zijn samen 180 - 90 = 90 graden
hoek C is dan de helft van 90 graden dus 90 : 2 = 45 graden.
Slide 5 - Tekstslide
les 1 BB: gelijkbenige driehoeken
Hoek K is even groot als hoek L dus ook 70 graden.
Nu kun je hoek M berekenen.
hoek K en L zijn samen 70 + 70 = 140 graden.
Dus hoek M = 180 - 140 = 40 graden.
of
hoek M = 180 - 70 - 70 = 40 graden.
Slide 6 - Tekstslide
les 1 BB
Als je het nog niet helemaal begrijpt kun je dit filmpje nog kijken.
Slide 7 - Tekstslide
en nu oefenen met de sommen
les 1:
BB: eerste afmaken t/m 45 als je dat niet af had
maken 46 t/m 53
nakijken §1.3
aftekenen §1.3
Ben je hier mee klaar dan ga je verder met les 2
Slide 8 - Tekstslide
les 1 KB/GL
Driehoek tekenen met drie zijden gegeven
Bekijk het filmpje
Lees daarna de theorie op blz 28 en 29
Maak eerst de sommen t/m 47 af als je dat nog niet af had.
Maak som 48 t/m 56
Kijk §1.3 na en laat het aftekenen.
Slide 9 - Tekstslide
les 2 BB hoeken tekenen
Driehoek tekenen met één zijde en twee hoeken gegeven
Bekijk het filmpje
Lees daarna de theorie op blz 29
Maak som 54 t/m 60
Slide 10 - Tekstslide
les 2 en 3 BB hoeken tekenen
Driehoek tekenen met twee zijden en de hoek ertussen gegegeven
Bekijk het filmpje
Lees daarna de theorie op blz 32
Maak som 61 t/m 64
Slide 11 - Tekstslide
les 2 KB/GL parallellogram en ruit
Slide 12 - Tekstslide
les 2: KB/GL
maak eerst t/m som 56 af als je dit nog niet af hebt.
KB : maak som 57 t/m 62; 63 t/m 68 en 70
GL: maak som 57 t/m 70
Ben je hiermee klaar dan ga je verder met les 3
Slide 13 - Tekstslide
les 3 extra
Driehoek tekenen met drie zijden gegeven
Bekijk het filmpje
Lees daarna de theorie op blz 35
Maak som 66 t/m 72
Kijk §1.4 na en teken het af.
Slide 14 - Tekstslide
les 3 KB/GL vlieger en trapezium
Slide 15 - Tekstslide
les 3: KB/GL
maak eerst t/m som 70 af als je dit nog niet af hebt.