1.6 Referentiematen

• Rekenen
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 6

1.6

Referentiematen

NU REKENEN

Lesdoel van vandaag:

Je leert wat referentiematen zijn.

Je leert schattingen maken met referentiematen. 

ACTVIVEERVRAGEN

Wat weet jij al over het onderwerp van vandaag? 

vraag 1:

Wat is volgens jou een referentiemaat?

Leg uit in eigen woorden. 

antwoord vraag 1

Wat is volgens jou een referentiemaat?

Als een persoon aan een maat een persoonlijke kennis koppelt.

Dus je denkt bij een maat aan een voorwerp of iets dergelijks om een maat mee te vergelijken. 

Bijv. bij een liter denk ik aan een pak melk.  Een stap is ongeveer een meter.

Vraag 2

Wat is een redelijke schatting voor de hoeveelheid vloeistof op een theelepel?

1. 4 mililiter
2. 3 liter
3. 25 mililiter
4. 300 mililiter

Vraag 3:

Wat is ongeveer de lengte van een bus?

1. 1 decameter
2. 100 meter
3. 10 decameter
4. 10 meter

We hebben een gedachte of een beeld als we

een bepaalde maat horen. Dit maakt het schatten van een maat gemakkelijker. 

Als je zo'n maten in je hoofd hebt zitten noem je dat 

REFERENTIEMATEN.

Om het begrip goed duidelijk te hebben volgen we vandaag even allemaal de instructie mee. 

Kort samengevat:

Noemen jullie eens
voorbeelden bij maten

Pak je boek op pagina 32

gele kader

Hier staan voorbeelden van referentiematen. 

Lees pagina 12 eens heel goed. 

Bekijk telkens de gegevens in de gele kader pag. 32 of bij de vraag.

Maak opgave 1 tot en met 12

pagina 33, 34 en 35

Schrijf met een zwarte of blauwe pen. 

Werk netjes

Bij een vraag steken we onze vinger op

We werken alleen en in stilte. 

We werken niet verder door!

Wat heb ik vandaag

gezien?

gedaan?

geleerd?

We hebben het gehad over:

REFERENTIEMATEN

We weten nu wat er bedoeld wordt met het begrip referentiematen. 

We kunnen schattingen maken met behulp van referentiematen.