In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.
Je vult je formulier in.
Dit doe je in ZS.
Klaar? Maak de puzzel of leer woordjes.
Huiswerk: Formulier ingevuld.
Je kiest zes woorden uit de lijsten.
Je vult het formulier in.
Klaar? Leer de woordjes of maak de puzzel!
Huiswerk: Woordenschatformulier ingevuld.
Nu het volgende:
1. Je schrijft op een post-it wat een synoniem is.
2. Je schrijft op een post-it wat een antoniem is.
3. Je schrijft op een post-it wat een homoniem is.
Klaar? Je plakt ze op de muur.
Dyslexie of andere PlusPas?
Laptop?
Sprinto?
Huiswerk: H5, Spelling, opdr. 9 & 10.