Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
20220324VEPL420AH niveau 4 leerjaar 2 stijl 3&4v5 alle/enige/sommige/beide/andere/vele en als/dan
Nederlands
VEPL420AH
24 maart 2022
1 / 41
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
In deze les zitten
41 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Nederlands
VEPL420AH
24 maart 2022
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Planning VEPL420AH
TOETS 1: LEZEN (28-10) en herkansing (02-12)
TOETS 2: SPELLING, GRAMMATICA & DICTEEWOORDEN: 02-02-2022 (herkansing Rox 17-02)
TOETS 3: STIJL: 07 april 2022
TOETS 4: WERKWOORDSPELLING GECOMBINEERD: juni 2022.
Slide 3 - Tekstslide
17-03: Terugblik
Stijl 3v5: alle/enige/sommige/beide/andere/vele
Slide 4 - Tekstslide
Wanneer gebruik je 'alle/allen', 'enige/enigen' en 'sommige/sommigen?
Slide 5 - Tekstslide
'Alle' is juist:
Alle bedrijven gingen verhuizen.
Ik zag alle kleine kinderen naar school gaan.
Slide 6 - Tekstslide
'Alle' is juist als:
De brieven zijn alle verloren gegaan.
Koeien, paarden, schapen en geiten, alle graseters, hebben een wei nodig.
Slide 7 - Tekstslide
De regel hiervoor is: schrijf het woord
met-n
wanneer het woord een
zelfstandig
gebruikt wordt én het woord
personen
aanduidt.
Na een heftige ruzie spraken
beide
n
lange tijd geen woord.
Vele
n
gingen meteen naar huis, maar
sommige
n
bleven napraten.
Slide 8 - Tekstslide
Van
of
onder
dan ook zelfstandig en schrijf je
-n
, mits het om personen gaat.
Sommigen (
van de leerlingen) wilden graag wat extra uitleg.
Enkelen (
onder ons) zijn niet tevreden.
Slide 9 - Tekstslide
24-03: Lesdoel
Stijl 4v5: als/dan
Stijl 5v5: Tenzij/mits/hoewel
Slide 10 - Tekstslide
als/dan
Slide 11 - Tekstslide
Gebruik van
dan
Na een
vergrotende trap
: groter dan, meer dan, beter dan
Na
ander, andere of anders
:
'Anders dan mijn zus hou ik erg van katten.'
'
Het is een ander verhaal dan ik eerst dacht.'
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Gebruik van
als
Bij vergelijkingen met (net) zo ... en even ..
'Donna is even oud als Amber.'
'Donna is net zo oud als Amber.'
'Suriname is vier keer zo groot als Nederland.'
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Video
De laatste vakantie was twee keer zo duur … vorig jaar.
A
als
B
dan
Slide 17 - Quizvraag
Jij hebt veel meer tijd … ik.
A
als
B
dan
Slide 18 - Quizvraag
Jay verdient evenveel … zij.
A
als
B
dan
Slide 19 - Quizvraag
Kees is groter … een reus.
A
als
B
dan
Slide 20 - Quizvraag
We hebben vandaag slechter gespeeld … vorige week.
A
als
B
dan
Slide 21 - Quizvraag
Jij bent veel beter in wiskunde … ik.
A
als
B
dan
Slide 22 - Quizvraag
Hij is zo flexibel … een stuk elastiek.
A
als
B
dan
Slide 23 - Quizvraag
Heeft hij dezelfde kans gehad … jij?
A
als
B
dan
Slide 24 - Quizvraag
24-03: Zelfwerktijd
Handboek deel 3 – H1
Studiemeter >
Via Starttaal online >
3F >
Stijl >
als/dan: oefening 1 - 2
timer
10:00
Slide 25 - Tekstslide
Tenzij/mits/
hoewel
Slide 26 - Tekstslide
Tenzij/mits/hoewel
Mits
= ‘(alleen) als’, ‘op voorwaarde dat’.
Tenzij
= ‘maar niet als’, ‘behalve als’.
Hoewel = 'aan de andere kant', 'alhoewel'
Slide 27 - Tekstslide
Muggen zijn ongevaarlijk, … ze geen ziekte met zich meedragen.
A
hoewel
B
mits
C
tenzij
Slide 28 - Quizvraag
Ik ben doodmoe, … ik op tijd naar bed ben gegaan.
A
hoewel
B
mits
C
tenzij
Slide 29 - Quizvraag
Bram is kalend, … hij nog maar twintig is.
A
hoewel
B
mits
C
tenzij
Slide 30 - Quizvraag
Tenzij/mits/hoewel
Mits
= ‘(alleen) als’, ‘op voorwaarde dat’.
Tenzij
= ‘maar niet als’, ‘behalve als’.
Hoewel = 'aan de andere kant', 'alhoewel'
Slide 31 - Tekstslide
Hij wil daar wel blijven werken, … hij salarisverhoging krijgt.
A
hoewel
B
mits
C
tenzij
Slide 32 - Quizvraag
Ik heb het nooit koud, … ik wat grieperig ben.
A
hoewel
B
mits
C
tenzij
Slide 33 - Quizvraag
De melk zal snel bederven, … je hem in de koelkast zet.
A
hoewel
B
mits
C
tenzij
Slide 34 - Quizvraag
Tenzij/mits/hoewel
Mits
= ‘(alleen) als’, ‘op voorwaarde dat’.
Tenzij
= ‘maar niet als’, ‘behalve als’.
Hoewel = 'aan de andere kant', 'alhoewel'
Slide 35 - Tekstslide
Hij heeft toch meegegeten, … niet van pittig eten houdt.
A
hoewel
B
mits
C
tenzij
Slide 36 - Quizvraag
Ik wil je best helpen, … je het liever alleen doet.
A
hoewel
B
mits
C
tenzij
Slide 37 - Quizvraag
24-03: Zelfwerktijd
Handboek deel 3 – H1
Studiemeter >
Via Starttaal online >
3F >
Stijl >
tenzij/mits/hoewel: oefening 1 - 2
timer
10:00
Slide 38 - Tekstslide
24-03:Terugblik
Stijl 4v5: als/dan
Stijl 5v5: Tenzij/mits/hoewel
Slide 39 - Tekstslide
Planning VEPL420AH
TOETS 1: LEZEN (28-10) en herkansing (02-12)
TOETS 2: SPELLING, GRAMMATICA & DICTEEWOORDEN: 02-02-2022 (herkansing Rox 17-02)
TOETS 3: STIJL: 07 april 2022
TOETS 4: WERKWOORDSPELLING GECOMBINEERD: juni 2022.
Slide 40 - Tekstslide
24-03: Zelfwerktijd
Handboek deel 3 – H1
Studiemeter >
Via Starttaal online >
3F >
Stijl >
als/dan: oefening 1 - 2
en
tenzij/mits/hoewel: oefening 1 - 2
timer
20:00
Slide 41 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
20220324 VEPL420AH niveau 4 leerjaar samenvatting stijl
Maart 2022
- Les met
23 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
20220511 VEPL420AH niveau 4 leerjaar 2 klachtenbrief
Mei 2022
- Les met
17 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
20220420 VEPL420AH niveau 4 leerjaar 2 Engelse werkwoorden
April 2022
- Les met
29 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
20220217 VEPL420AH niveau 4 leerjaar 2 stijl 1v5 zij-hun-hen
Februari 2022
- Les met
25 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
20220202 VEZO321AH niveau 3 leerjaar 1 Schrijven 5v5
Februari 2022
- Les met
10 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
20220310 VEPL420AH niveau 4 leerjaar 2 stijl 2v5 dat-wat/die-wie/die-dat
Maart 2022
- Les met
27 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
20220601 VEPL420AH niveau 4 leerjaar 2 werkwoordspelling
Mei 2022
- Les met
32 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
20220120 VEZO321AH niveau 3 leerjaar 1 Schrijven 4v5
Januari 2022
- Les met
14 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1