Taalverzorging 4.5 Samengestelde zinnen

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
Taalverzorging herhalen: de beste manier om te onthouden.

Aandacht besteden aan veel voorkomende fouten: verkeerde woordvolgorde van samengestelde zinnen.

Slide 2 - Tekstslide

Herhalen - de beste manier van leren

Slide 3 - Tekstslide

Enkelvoud
Meervoud
een groep studenten
een paar schoenen zonder logo
een bak met onderdelen
de bougies van mijn auto
de media
de afgestudeerde technici
Een aantal dieren

Slide 4 - Sleepvraag

Hoofdletters
Wat is ONJUIST?
A
Klaas woont aan Waterweg 3 in Utrecht.
B
Karin van der Veen is een nicht van haar.
C
In december sneeuwt het vaker dan in november.
D
Na de Lente komt de Zomer.

Slide 5 - Quizvraag

Leestekens
Welke zin is goed?
A
De man zei: “Zij krijgt het een beetje warm.”
B
De man zei: “zij krijgt het een beetje warm.”
C
De Man zei; “zij krijgt het een beetje warm.”
D
De man zei, zij krijgt het een beetje warm.”

Slide 6 - Quizvraag

Stijlfouten
In welke zin staat GEEN onnodige herhaling?
A
In het voorjaar zie je soms die vogel hier een enkele keer vliegen.
B
Ben je bereid om aan die demonstratie mee te willen werken?
C
Na allerlei gebeurtenissen nadert hij zijn doel.
D
Dit is reeds de derde keer dat we dit al hebben gelezen.

Slide 7 - Quizvraag

meervoud
Wat is fout?
A
displays
B
braderieën
C
alinea's
D
euro'tjes

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Het antwoord staat
op de volgende dia

Slide 10 - Tekstslide

Hoofdregel zinsbouw: OPA of APO
O = onderwerp
P = persoonsvorm
A = Andere zinsdelen

Slide 11 - Tekstslide

Waar moet je op letten?

Slide 12 - Tekstslide

Drie regels waar je je aan moet houden
Ik leg ze hierna uit. Je kunt
zelf als je dat wilt het de uitleg
op video bekijken.

Ik vat deze samen.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video


Een verkeersdrempel en meerdere huizen = 
verkeerde samentrekking

Slide 15 - Tekstslide

Voorbeeld: regel 1 GETAL

Slide 16 - Tekstslide

uitlaten betekent iets anders dan laten vallen = verkeerde samentrekking
uitgerust (inventaris) betekent iets anders dan uitgerust zijn = verkeerde samentrekking


gaf
 (aangeven) betekent iets anders dan een pak slag geven
verkeerde samentrekking

Slide 17 - Tekstslide

Voorbeeld: regel 2 BETEKENIS

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Voorbeeld: regel 3 Grammaticale functie
is groot  = naamwoordelijk gezegde
is verzonden= werkwoordelijk gezegde

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Hoofdregels
!

Slide 22 - Tekstslide

1. De bijzin staat los van de hoofdzin waarbij hij hoort:

Slide 23 - Tekstslide

2. De bijzin staat onnodig middenin de hoofdzin:

Slide 24 - Tekstslide

3. Er staat een bijzin ín een bijzin. 

Slide 25 - Tekstslide

Verbind met een komma de bijzin met de hoofdzin of gebruik twee zinnen.
Zet de bijzin voorin of achterin je samengestelde zin.
Meerder bijzinnen? Haal de bijzinnen uit elkaar en zet ze achter elkaar.
Samengevat

Slide 26 - Tekstslide

Aan de slag!

Slide 27 - Tekstslide