Woe 13-12-23 leren SO

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

TH2D
Mittwoch, 13. Dezember 2023

Slide 2 - Tekstslide

die Planung
  • Vrijdag SO
  • Herhalen
  • Leren

Slide 3 - Tekstslide

Stof SO
1. Blz 85/86/87 Lernbox Lektion 1 t/m 6 + Redemittel. 
*De woordjes leren zoals het er staat
*De Redemittel (zinnen) van NL-D

2. Blz 52 Grammatik B: aanvullende regels van der-, die- en das-woorden 

3. Blz 71 Grammatik D: getallen 1 t/m 100 (DU-NL)

Slide 4 - Tekstslide

Oefenen voor het SO



15 Fragen

Slide 5 - Tekstslide

Vertaal het woord wat ik zeg

Slide 6 - Open vraag

Vertaal het woord wat ik zeg

Slide 7 - Open vraag

Vertaal het woord wat ik zeg

Slide 8 - Open vraag

Wat is het juiste woord?

Wir suchen/dürfen den Pinguin.
A
suchen
B
dürfen

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het juiste woord?

Das Spiel ist lustig/nie
A
lustig
B
nie

Slide 10 - Quizvraag

Zeg dat je schildpad graag sla eet.
A
Meine Schildkrote frisst gern Salat.
B
meine schildkrot frist salat.
C
Meine Schildkröte frisst gern Salat.
D
Meine Katze frisst gern Salat.

Slide 11 - Quizvraag

Zeg dat je in een flatgebouw woont.
A
Ich lebe in ein Haus.
B
Ich wohne in einem Hochhaus.
C
ich wohne auf ein hachhaus.
D
Ich wohne in einer Stadt.

Slide 12 - Quizvraag

Vul het juiste lidwoord in:

____ Bruder heißt Jan
A
Der
B
Das
C
Die

Slide 13 - Quizvraag

Vul het juiste lidwoord in:

____ Mädchen lauf schnell.
A
Der
B
Das
C
Die

Slide 14 - Quizvraag

Vul het juiste lidwoord in:

Ihr habt ____ Weltreise gewonnen.
A
Der
B
Das
C
Die

Slide 15 - Quizvraag

Vul het juiste lidwoord in:

____ Wasser ist warm.
A
Der
B
Das
C
Die

Slide 16 - Quizvraag

Welk getal zeg ik?

Slide 17 - Open vraag

Welk getal zeg ik?

Slide 18 - Open vraag

Welk getal zeg ik?

Slide 19 - Open vraag

Welk getal zeg ik?

Slide 20 - Open vraag

 Aufgaben machen
opdrachten maken
  • Was (wat)? 
Leren voor SO / Oefenso maken

  • Wie (hoe)? Online of boek
  • Hilfe (hulp)? Buren, docent
  • Zeit (tijd)? 13:20
  • Fertig (klaar)? woordjes/zinnen in quizlet/studygo





An die Arbeit!

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide