Vragen herhaling laatste les

Vragen herhaling laatste les
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 48 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Vragen herhaling laatste les

Slide 1 - Tekstslide

B1&2

Slide 2 - Tekstslide

1. Wat wordt er bedoelt met iemand zijn genotype?

Slide 3 - Tekstslide

1. Wat wordt er bedoelt met iemand zijn genotype?
De informatie voor alle erfelijke eigenschappen samen

Slide 4 - Tekstslide

2. Wat wordt er bedoelt met iemand zijn fenotype?

Slide 5 - Tekstslide

2. Wat wordt er bedoelt met iemand zijn fenotype?
Alle eigenschappen van een organisme (UITERLIJK).
Fenotype = genotype + milieu

Slide 6 - Tekstslide

3. Waar kun je DNA in de cel vinden?

Slide 7 - Tekstslide

3. Waar kun je DNA in de cel vinden?
In de celkern

Slide 8 - Tekstslide

4. Hoeveel chromosomen heeft een mens?

Slide 9 - Tekstslide

4. Hoeveel chromosomen heeft een mens?
46 (23 paren)

Slide 10 - Tekstslide

5. Hoeveel geslachtschromosomen heeft een mens?

Slide 11 - Tekstslide

5. Hoeveel geslachtschromosomen heeft een mens?
(XX of XY)

Slide 12 - Tekstslide

6. Welke letter past er bij het woord kies uit A of a
a. Dominant alel:__________________
b. Recessief alel:__________________

Slide 13 - Tekstslide

6. Welke letter past er bij het woord kies uit A of a
a. Dominant alel:______A_______
b. Recessief alel:________a__________

Slide 14 - Tekstslide

B3&4

Slide 15 - Tekstslide

1. Vul de lettercombinaties in en kies uit A of a
a. Homozygote dominant:__________________
b. Homozygote recessieve:__________________
c. Heterozygote: _________________
d. Intermediaire fenotype:________________

Slide 16 - Tekstslide

1. Vul de lettercombinaties in en kies uit A, a of Ar
a. Homozygote dominant:_______AA___________
b. Homozygote recessieve:______aa____________
c. Heterozygote: _________Aa________
d. Intermediaire fenotype:_______ArAr_________

Slide 17 - Tekstslide

2. Wat wordt er bedoelt met een recessieve gen?

Slide 18 - Tekstslide

2. Wat wordt er bedoelt met een recessieve gen?
Een gen wat zwak is 

Slide 19 - Tekstslide

3. Wat wordt er bedoelt met een dominant gen?

Slide 20 - Tekstslide

3. Wat wordt er bedoelt met een dominant gen?
Een sterk gen

Slide 21 - Tekstslide

4. Vul het kruisingsschema in met een kruising tussen AA met Aa

Slide 22 - Tekstslide

4. Vul het kruisingsschema in met een kruising tussen Aa met Aa
A
a
A
AA
Aa
A
AA
Aa

Slide 23 - Tekstslide

B5 & 6

Slide 24 - Tekstslide

1. Vul het tabel in en gebruik geslachtelijk of ongeslachtelijk:

Slide 25 - Tekstslide

1. Vul het tabel in en gebruik geslachtelijk of ongeslachtelijk:

Slide 26 - Tekstslide

1. Vul het tabel in en gebruik geslachtelijk of ongeslachtelijk:

Slide 27 - Tekstslide

1. Vul het tabel in en gebruik geslachtelijk of ongeslachtelijk:

Slide 28 - Tekstslide

1. Vul het tabel in en gebruik geslachtelijk of ongeslachtelijk:

Slide 29 - Tekstslide

1. Vul het tabel in en gebruik geslachtelijk of ongeslachtelijk:

Slide 30 - Tekstslide

1. Vul het tabel in en gebruik geslachtelijk of ongeslachtelijk:

Slide 31 - Tekstslide

2. Welke is een mutant?



A: albino
B: tumorcel

Slide 32 - Tekstslide

2. Welke is een mutant?



A: albino
B: tumorcel

Slide 33 - Tekstslide

3. Welke is een mutatie?



A: albino
B: tumorcel

Slide 34 - Tekstslide

2. Welke is een mutant?



A: albino
B: tumorcel

Slide 35 - Tekstslide

4. Wat is een fossiel?

Slide 36 - Tekstslide

B7 (8 MAVO)

Slide 37 - Tekstslide

Startvragen: Zoek op in je boek wat het is: Schrijf je antwoord op het blaadje
1. Wat is natuurlijk selectie?
2. Wat is evolutie?
3. Wat is biotechnologie?
4. Wat is genetische modificatie
5. Wat is CRISPR-CAS?

Slide 38 - Tekstslide

Startvragen: Zoek op in je boek wat het is:
1. Wat is natuurlijk selectie?
2. Wat is evolutie?
3. Wat is biotechnologie?
4. Wat is genetische modificatie
5. Wat is CRISPR-CAS?

Slide 39 - Tekstslide

Natuurlijke selectie
  • De nakomelingen die de betere fenotypen hebben voor hun omgeving, overleven
  • Natuurlijke selectie

Slide 40 - Tekstslide

Startvragen: Zoek op in je boek wat het is:
1. Wat is natuurlijk selectie?
2. Wat is evolutie?
3. Wat is biotechnologie?
4. Wat is genetische modificatie
5. Wat is CRISPR-CAS?

Slide 41 - Tekstslide

Wat is evolutie
De ontwikkeling van het leven op aarde, waarbij soorten  ontstaan, veranderen of verdwijnen.

Slide 42 - Tekstslide

Startvragen: Zoek op in je boek wat het is:
1. Wat is natuurlijk selectie?
2. Wat is evolutie?
3. Wat is biotechnologie?
4. Wat is genetische modificatie
5. Wat is CRISPR-CAS?

Slide 43 - Tekstslide

Biotechnologie
Klassieke 
  • Traditionele technieken om dieren en planten te kweken. Bijv het gebruik van bacteriën en schimmels om producten te maken (brood, kaas, wijn, bier)
Moderne
  • Aanpassen van het DNA van bacteriën, planten en dieren

Slide 44 - Tekstslide

Startvragen: Zoek op in je boek wat het is:
1. Wat is natuurlijk selectie?
2. Wat is evolutie?
3. Wat is biotechnologie?
4. Wat is genetische modificatie?
5. Wat is CRISPR-CAS?

Slide 45 - Tekstslide

Genetische modificatie
Technieken waarbij het erfelijk materiaal van een organisme wordt aangepast

Slide 46 - Tekstslide

Startvragen: Zoek op in je boek wat het is:
1. Wat is natuurlijk selectie?
2. Wat is evolutie?
3. Wat is biotechnologie?
4. Wat is genetische modificatie?
5. Wat is CRISPR-CAS?

Slide 47 - Tekstslide

Crispr-Cas
 Bij crispr-cas worden gericht wijzigingen aangebracht in genen van een organisme. Dat noem je met een Engels woord gene editing.

Gen therapie


Slide 48 - Tekstslide