29/11 prepositions

Welcome!
- put your phone 
earbuds in your bag
- take your laptop 
and please log in to LessonUp
(if you do not have a 
(working) laptop use pen and 
paper, not your phone )
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Welcome!
- put your phone 
earbuds in your bag
- take your laptop 
and please log in to LessonUp
(if you do not have a 
(working) laptop use pen and 
paper, not your phone )

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Do not forget to hand in your informal letter before Wednesday!
(Magister opdrachten)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Refresher: Vul de juiste preposition in: kies uit: at, on, in
1. John is a student ________ Oslo university.
2. My cousin lives ______ Norway.
3. We arrived __________ 5 o'clock. 
4. I like the smile _______ her face.
5. They are walking ________ the bridge.
6. They are rarely at home ______ lunch time.
7. I'll be home ______ 10 minutes.
8. I talk to my mother ______ the phone.

Slide 4 - Tekstslide

1. John is a student at Oslo university.
2. My cousin lives in Norway.
3. We arrived at 5 o'clock. 
4. I like the smile on her face.
5. They are walking on the bridge.
6. They are rarely at home at lunch time.
7. I'll be home in 10 minutes.
8. I talk to my mother on the phone every weekend.

I like this house by the river.
I haven't seen you for ages.

Prepositions

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorzetsels van tijd

vanaf juni -  from June
sinds 2005 - since 2005
gedurende de zomer - during summer
tot vanavond until / till tonight
- van 9.00 tot 17.00 uur from 9 to 5


om drie uur - at three o'clock
rond drie uur - around three o'clock
tegen drie uur - by three o'clock
voor zaterdag - before Saturday
voor een week - for a week
na drie jaar - after three years

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorzetsels van plaats

boven de bank - above the settee
onder het schilderij - below the painting
over de stoel - over the chair
onder de tafel - under the table
onder de mensen - among people
tussen de auto's between the cars
naast de deur beside the door



naast de ingang -  next to the entrance
voor het museum - in front of the museum
achter zijn baas - behind his boss
met zijn meisje - with his girl
in het midden van de show - in the middle of the show

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorzetsels van beweging




praten tegen -  talk at
langs lopen - walk by
komen van - come from
naar binnen lopen - walk into
rijden op - drive on
stappen op - step onto
uitschakelen - switch off
uit iets stappen - step out of

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

REGELS MET BETREKKING TOT PLAATSEN
We gebruiken at als je het hebt over dat iemand of iets bij een bepaalde locatie is.
I'm at school. 
We gebruiken on als je het over de oppervlakte hebt / iets ergens bovenop is.
He is driving on the motorway.
We gebruiken in als je het hebt over dat iemand of iets in een bepaalde locatie is.
He lives in Amsterdam.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

REGELS MET BETREKKING TOT TIJDEN
We gebruiken at als je het hebt over specifieke tijdstippen.
The show starts at 4 o'clock.
We gebruiken on als je het hebt over dagen en data.
Christmas is on the 25th of December.
We gebruiken in als je het hebt over langere periodes of als je het woord 'over' bedoeld.
We have not seen each other in a long time.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Refresher: adjust your answers
1. John is a student ________ Oslo university.
2. My cousin lives ______ Norway.
3. We arrived __________ 5 o'clock. 
4. I like the smile _______ her face.
5. They are walking ________ the bridge.
6. They are rarely at home ______ lunch time.
7. I'll be home ______ 10 minutes.
8. I talk to my mother ______ the phone.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Put the answers to the refresher here.

Slide 15 - Open vraag

1. John is a student at Oslo university.
2. My cousin lives in Norway.
3. We arrived at 5 o'clock. 
4. I like the smile on her face.
5. They are walking on the bridge.
6. They are rarely at home at lunch time.
7. I'll be home in 10 minutes.
8. I talk to my mother on the phone every weekend.
5. you (cheat) when the teacher walked passed your desk?
6. Lori (sit) uncomfortable the entire time.
7. I (pay + really) attention when the veteran told his story about the war.
8. They didn't mean what they said. They (play + just) along.
9. While our coach was cleaning the locker room, we (celebrate + already) in 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Practise time
Grammar booklet page 11-15

Do the preposition exercises.

timer
15:00

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Write a sentence using a preposition.

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Finished!
You have refreshed and renewed your grammar knowledge

Well done!

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies