In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Hofcultuur
Slide 1 - Tekstslide
Classicisme
Herwaardering van de oudheid -> Griekse en Romeinse cultuur
Kennis (en dus macht) laten zien door kennis over de oudheid
Griekse en Romeinse mythen als inspiratie voor verschillende kunstsoorten -> Gewone mens raakt weer uit de mode, perfecte goden focus van de kunsten
Bouwkunst geïnspireerd op de oudheid; pilaren, timpanen, koepels terug.
Slide 2 - Tekstslide
Humanisme
Focus op de 'gewone' mens ipv het goddelijke -> Realistische weergave van het menselijk lichaam door onderzoek
Homo universalis -> kunstenaar als alleskunner, ook uitvinder, schrijver, filosoof, ect.
Mens als uitgangspunt in alle kunsten -> menselijke verhouding in alle disciplines -> mens als evenbeeld van god, dus menselijke verhoudingen zijn goddelijke verhoudingen
Slide 3 - Tekstslide
Mens van Vitruvius
De architect Vitruvius beschreef de relatie tussen de menselijke figuur en de cirkel en het vierkant. Daarmee maakte hij duidelijk hoe de architectuur de ordeningsprincipes van de natuur zou moeten volgen. In de renaissance werd deze beschrijving door kunstenaars uitgewerkt in tekeningen. De beroemdste is die van Leonardo da Vinci uit ca. 1490, rechts op de afbeelding.
lees tekstbron 1
Slide 4 - Tekstslide
Kenmerken Renaissance bouwkunst
Klassieke bouwelementen:
- zuilen en pilasters (naar (laat-)klassiek voorbeeld)
- fronton, pilasters of halfzuilen als omlijsting van vensters, deuren en muurnissen.
- in portalen werd het triomfboogmotief toegepast.
De zuilenorden Dorisch, lonisch, Corintisch werden door elkaar toegepast. In hoge muren werden de drie zuilenorden boven elkaar gebruikt, telkens door een horizontale lijst gescheiden.
- opbouw van de gevel volgens het principe van de opbouw van de zuil (basement-schacht-kapiteel)
Slide 5 - Tekstslide
Kenmerken Renaissance bouwkunst: Palazzo
rondbogen (als in de vroege middeleeuwen)
muren zijn dragend en afsluitend
door een zware kroonlijst was het dak nauwelijks zichtbaar.
vlakke casetteplafonds, tongewelven of koepelruimtes, koepels soms met dubbele 'schil'.
Slide 6 - Tekstslide
Boogbouw
Slide 7 - Tekstslide
Griekse Tempel bouwelementen
Fries
Voetstuk
Kapiteel
Timpaan
Schacht
Architraaf
Slide 8 - Sleepvraag
Slide 9 - Tekstslide
Hoven
Overdadigheid ten top -> Gebruik glas, spiegels, goud, zilver, kunst -> Enorme hoftuinen -> Huiskunstenaar
Versailles; het hof van Louis XIV -> Identificatie met Zonnekoning Apollo -> Zelf goede danser en acteur -> Centralisatie van macht en de kunsten -> Hoffeesten om macht vast te houden
Hoftheater en Hofdans -> Hovelingen zelf, machtspositie showen
Slide 10 - Tekstslide
Reformatie /
Contrareformatie
Reformatie: Ontstaan protestantisme door onvrede over de overdadigheid van de katholieke kerk
Contrareformatie: Reactie van de katholieke kerk op de reformatie
Barok: Werken om liefde en emotie op te roepen bij het publiek over god -> Moment-Sûpreme; het toppunt van het verhaal laten zien in de kunsten -> Clair-Obscuur; extreem licht-donker contrast
Slide 11 - Tekstslide
De Hofcultuur is de naam voor
A
De 16e en 17e eeuw in heel Europa
B
De 16e en 17e eeuw in Europa buiten NL
C
De 15e en 16e eeuw in Europa buiten NL
D
De 14e eeuw in Europa buiten Nederland
Slide 12 - Quizvraag
Welke kunststromingen zijn ontstaan in de HOFCULTUUR?
A
Classicisme & Reformatie
B
Renaissance & Barok
C
Romantiek & Renaissance
D
Classicisme & Romantiek
Slide 13 - Quizvraag
Aan het hof kwam kunst en cultuur tot bloei tijdens de hofcultuur, dit kwam door
A
Economische bloei
B
Het feit dat de hovelingen zich een goede opleiding konden veroorloven
C
Kunst werd gekocht door het volk
D
Kunst een middel was om macht te tonen
Slide 14 - Quizvraag
Het verwijzen naar architectuur uit de klassieke oudheid is in de tijd van de hofcultuur
A
Een manier om status te laten zien als opdrachtgever
B
Een manier om jezelf als architect uit te dagen
C
Een manier om de klassieke oudheid te eren
D
Een manier om geld uit te geven
Slide 15 - Quizvraag
Barok was een reactie op de
A
hofcultuur
B
reformatie
C
contrareformatie
D
middeleeuwen
Slide 16 - Quizvraag
Polyfonie
Prima pratica
Secunda Pratica
Madrigalen
muziekstuk met meerstemmig toongebruik
De vorm (melodie en harmonie) van het lied is belangrijker dan de inhoud(tekst)
De inhoud(tekst) staat centraal en de muziek heeft een begeleidende rol
Meerstemmige liederen in de moedertaal, zonder christelijk thema.
Slide 17 - Sleepvraag
Leg uit waarom de seconda practica een voorwaarde is voor het ontstaan van de opera.