Renaissance - Architectuur

ARCHITECTUUR
RENAISSANCE
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
kuMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

ARCHITECTUUR
RENAISSANCE

Slide 1 - Tekstslide

Renaissance

Slide 2 - Woordweb

Wat is Renaissance
Wedergeboorte van de Klassieke Oudheid
Van Momento Mori (gedenk te sterven) naar Carpe Diem (pluk de dag)
Wereld ontdekken: observeren, onderzoeken --> wiskunde, architectuur, natuurkunde, geschiedkunde
Nieuwe kunst--> Wetenschap en kunst, kunstenaars worden meer gewaardeerd

Slide 3 - Tekstslide

Kenmerken Renaissance bouwkunst
kenmerken renaissancebouwkunst

klassieke bouwelementen:
- zuilen en pilasters (naar (laat-)klassiek voorbeeld)
- fronton,  halfzuilen als omlijsting van vensters, deuren en muurnissen.
- in portalen werd het triomfboogmotief toegepast. 

De zuilenorden Dorisch, lonisch en Corintisch  werden door elkaar toegepast. In hoge muren werden de drie zuilenorden boven elkaar gebruikt, telkens door een horizontale lijst gescheiden.



 

Slide 4 - Tekstslide

Kenmerken Renaissance bouwkunst - vervolg
streven naar harmonie:
- symmetrie 
- toepassing van modulen en de gulden snede
- compacte bouwvolumes (cylinder, kubus en halve bol), eenvoudig herkenbare vormen. 
- centraalbouw, voorkeur voor overzichtelijke ruimtes, de schoonheid van het gebouw was belangrijker dan het praktische gebruik.
- horizontaal en verticaal in evenwicht, evenwichtige verhoudingen tussen hoogte, breedte en diepte volgens de richtlijnen van Vitruvius.
 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Tell me (duo's)
Wat is...
De gulden snede?
De richtlijnen van Vitruvius?
Kapiteel/timpaan/fries/fronton/architraaf?




timer
5:00

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Renaissance betekent letterlijk:
A
wedergeboorte (van de romaanse kunst)
B
wedergeboorte (van de gotische kunst)
C
wedergeboorte (van de byzantijnse kunst)
D
wedergeboorte (van de klassieke oudheid)

Slide 9 - Quizvraag

Wanneer is de periode van de Renaissance?
A
1500-1600
B
1400-1530
C
17e eeuw
D
1300-1450

Slide 10 - Quizvraag

In welke stad begon de renaissance?
A
Rome
B
Madrid
C
Parijs
D
Florence

Slide 11 - Quizvraag


Wie zijn dit?
A
de da Vinci´s
B
de michelangelo´s
C
de medici
D
de sopranos

Slide 12 - Quizvraag

Wie is de architect van deze toren?
A
brunneleschi
B
michelangelo
C
fiorentino
D
calatrava

Slide 13 - Quizvraag

Wat was er bijzonder aan deze toren?
A
de hoogste toren van Florence
B
de mooiste toren van Florence
C
de grootste toren van Florence
D
de skeerste toren van Florence

Slide 14 - Quizvraag

Hoe veranderde de rol van de kunstenaar in de renaissance?
A
kunstenaars kregen meer opdrachten van burgers
B
kunstenaars kregen meer aanzien
C
kunstenaars waren niet langer anoniem
D
kunstenaars bleven werken voor de kerken

Slide 15 - Quizvraag

Welke kunstenaar was naast schilder ook beeldhouwer, dichter, architect en wetenschapper?
A
Leonardo da Vinci
B
Botticelli
C
Michelangelo
D
Rafael

Slide 16 - Quizvraag

Wat namen de architecten over uit de klassieke oudheid?
A
de zuilen
B
centraalbouw
C
ideale verhoudingen
D
marmer

Slide 17 - Quizvraag

Waarom is dit beeld geïnspireerd op de klassieke Griekse beeldhouwkunst?
A
het heeft de ideale verhoudingen
B
het is gemaakt van marmer
C
contra posto houding
D
het beeld is naakt

Slide 18 - Quizvraag

Wie is de maker van dit beeld?
A
Da Vinci
B
Botticelli
C
Michelangelo
D
David

Slide 19 - Quizvraag

Welke woord is het meest van toepassing op dit beeld van Michelangelo?
A
dramatisch
B
zielig
C
meer dan levensgroot
D
levensecht

Slide 20 - Quizvraag

Welk woord is het beste van toepassing op de plooien van de mantel van Maria?
A
stofuitdrukking
B
schaduw
C
marmer
D
plasticiteit

Slide 21 - Quizvraag