3hv H1 Formuleren

Formuleren
p. 32 H1 
Zinnen correct begrenzen
- Je boek, schrift en iPad liggen op tafel.
- Log in op LessonUp.
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Formuleren
p. 32 H1 
Zinnen correct begrenzen
- Je boek, schrift en iPad liggen op tafel.
- Log in op LessonUp.

Slide 1 - Tekstslide

Planning
- Formuleren en schrijven
Afsluiting: schrijfopdracht

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
Je kan zinnen correct begrenzen.

Slide 3 - Tekstslide

startopdracht 
  1. Gisteren gingen we zwemmen, hoewel het koud was, vermaakten we ons prima.
  2. Gisteren gingen we zwemmen, hoewel het koud was, we vermaakten ons prima.

Opdracht:  Geef voor beide zinnen aan welke , een . moet zijn.
                        

Slide 4 - Tekstslide

zinnen begrenzen
  • begin met een hoofdletter
  • eindig met een punt
  • in samengestelde zinnen: gebruik komma's, puntkomma's, dubbele punten om zinnen van elkaar te scheiden

Slide 5 - Tekstslide

leestekens: punt
Je gebruikt leestekens om een tekst beter leesbaar te maken:

punt:      na een zelfstandige, mededelende zin
               Mijn fiets is kapot.


Slide 6 - Tekstslide

leestekens: komma
Om twee zinnen samen te voegen tot een nieuwe (langere) zin.
Plaats van de komma:
  • tussen twee persoonsvormen: Als ik te laat kom, krijg ik straf.
  • voor verbindingswoorden (maar, omdat, want, terwijl...):
      Ik ben te laat, omdat mijn fiets kapot is.
  • voor een deel van de zin dat geen zelfstandige zin is: We hebben een leuke les gehad, die lekker vlot verliep.



Slide 7 - Tekstslide

leestekens: puntkomma
 -> Als twee zelfstandige zinnen sterk met elkaar samenhangen. 
 -> Je mag ook een punt gebruiken.
                 
Ik ga graag naar het buitenland op vakantie; ik vind Nederland maar saai.
Ik ga graag naar het buitenland op vakantie. Ik vind Nederland maar saai.


Slide 8 - Tekstslide

leestekens: dubbele punt
Als twee zelfstandige zinnen met elkaar samenhangen en de tweede zin een opsomming, uitleg of reden vormt bij de eerste zin.

Er zijn twee mogelijkheden: het gaat door of het gaat niet door.




Slide 9 - Tekstslide

fouten bij begrenzen
  • Een bijzin wordt als losse zin geschreven:
          Ik was te laat op school. Omdat mijn fietsband lek was.

  • Twee zelfstandige zinnen worden ten onrechte samengevoegd:                               In de Tweede Wereldoorlog werden verschillende landen door                          Duitsland bezet, hier kwamen veel mensen tegen in opstand.


Slide 10 - Tekstslide

Welke uitspraak klopt over zinnen begrenzen?
A
Zet achter elke zin een punt of een vraagteken. Plaats een komma tussen persoonsvormen
B
Zet een punt voor verbindingswoorden als, doordat, want en zodra
C
Maak heel lange zinnen
D
Plaats NOOIT een komma tussen persoonsvormen

Slide 11 - Quizvraag

Maak hier één zin van (gebruik een voegwoord:

De leraar legde de som stap voor stap uit. De klas begreep er niets van.

Slide 12 - Open vraag

Opdrachten



Hoofdstuk 1 Formuleren: opdracht 1 t/m 3

Slide 13 - Tekstslide