V2 H11 Ontbinden in factoren

H11 ontbinden in factoren
1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H11 ontbinden in factoren

Slide 1 - Tekstslide

paragraaf 11.1 ontbinden in factoren
Doel:
je weet wat priemfactoren zijn
je weet hoe je een formule ontbindt in factoren

Slide 2 - Tekstslide

priemfactoren
60 kun je schrijven als een product van factoren
60= 2 x 30
of  60= 3 x 4 x 5
of  60 = 12 x 5
maar ook met priemfactoren     60 = 2 x 2 x 3 x 5

 vermenigvuldiging
priemfactoren

Slide 3 - Tekstslide

formule ontbinden in factoren
y = 12 x2
de bovenstaande formule kun je op verschillende manieren ontbinden
y = 6x * 2x
of    y = 2 * 3x * 4x
of   y = 3x * 4
of  y = 2 * 2 * 3 * x * x
omgekeerde van korter noteren

Slide 4 - Tekstslide

zelfde formule, anders genoteerd
een optelling schrijven als een vermenigvuldiging,
ofwel een formule ontbinden in factoren

y = 18x +54
y = 2(9x +27)
y = 3(6x + 9)
y = 18(x + 3)
meest ontbonden
18 * x + 18 * 3
y = 18x +54

Slide 5 - Tekstslide

11.2 ontbinden van tweetermen
Doel:
Je kunt een tweeterm schrijven als een formule met haakjes

Slide 6 - Tekstslide

11.2 ontbinden van tweetermen
y = 10x +15             bestaat uit twee termen: 10x  en 15

Een formule die bestaat uit twee termen heet een TWEETERM

Beide termen 10x en 15 zijn deelbaar door 5. We noemen dat de gemeenschappelijke factor. Die kun je buiten haakjes halen.

y = 10x + 15        kun je schrijven als y = 5(....+....)

5 * 2x      5 * 3
terugblik

Slide 7 - Tekstslide

11.2 ontbinden van tweetermen
y = 10x +15            (bestaat uit twee termen: 10x  en 15)
Een formule die bestaat uit twee termen heet een TWEETERM

Beide termen 10x en 15 zijn deelbaar door 5. We noemen dat de gemeenschappelijke factor. Die kun je buiten haakjes halen.

y = 10x + 15        kun je schrijven als y = 5( 2x + 3)

Slide 8 - Tekstslide



A
k = 2(4x + 2)
B
k =4(2x + 1)
C
ik snap het nog niet helemaal

Slide 9 - Quizvraag

ontbind de tweeterm in factoren
h = 21a + 14, dus schrijf als h = ...( ...+...)

Slide 10 - Open vraag

voorbeeld tweeterm ontbinden
h = 32a - 12a2 
h = ...( ...+ ...)

Slide 11 - Tekstslide

voorbeeld tweeterm ontbinden
h = 32a - 12a2 
a is een gemeenschappelijke factor
h = ..a( ...+ ...)
32 * a     -12 * a * a

Slide 12 - Tekstslide

voorbeeld tweeterm ontbinden
h = 32a - 12a2 
32 is ook deelbaar door: 32, 16, 8, 4, 2, 1
12 is ook deelbaar door: 12, 6, 4, 3, 2, 1
h = ..a( ...+ ...)

Slide 13 - Tekstslide

voorbeeld tweeterm ontbinden
h = 32a - 12a2 
32 is deelbaar door: 32, 16, 8, 4, 2, 1
12 is deelbaar door: 12, 6, 4, 3, 2, 1
h = ...( ...+ ...)

Slide 14 - Tekstslide

voorbeeld tweeterm ontbinden
h = 32a - 12a2 
32 is deelbaar door: 32, 16, 8, 4, 2, 1
12 is deelbaar door: 12, 6, 4, 3, 2, 1
hoogste gemeenschappelijke factor = 4

dus voor de haakjes zet je 4a

h = 4a( ...+ ...)

Slide 15 - Tekstslide

voorbeeld tweeterm ontbinden
h = 32a - 12a2 
h = 4a( 8 +... )

Slide 16 - Tekstslide

voorbeeld tweeterm ontbinden
h = 32a - 12a2 
h = 4a( 8  +-3a )

Slide 17 - Tekstslide

voorbeeld
h = 32a - 12a2 
h = 4a (8 - 3a)

Slide 18 - Tekstslide


Ontbind de volgende tweeterm in factoren:
y= 56x + 28x2
Tekst
Tekst

Slide 19 - Open vraag

stappenplan
zoek de gemeenschappelijke factor van beide termen en zet die vóór de haakjes

simpel gezegd: 
door welk getal en letter zijn beide termen deelbaar?


Let op dat je op zoek gaat naar de grootste factor.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Link

Ik kan dubbele haakjes wegwerken
A
ja
B
nee

Slide 22 - Quizvraag

Werk de haakjes weg.
y = (x -3)(x-4)

Slide 23 - Open vraag

11.3 ontbinden van drietermen
Doel:
Je kunt een drieterm ontbinden in factoren
(Een drieterm in dubbele haakjes plaatsen)

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Link

uitleg drieterm ontbinden

Slide 26 - Tekstslide


Ontbind de volgende drieterm in factoren:

y = x2 + 10x +16
A
y =(x+5)(x+8)
B
y=(x+6(x-10)
C
y= (x+2)(x+8)
D
geen idee hoe ik dit aan moet pakken

Slide 27 - Quizvraag

Ontbind de volgende drieterm in factoren:
v = c² -11c +30
A
v = (x-5)(x+6)
B
v= (x-5)(x-6)
C
v=(x+5)(x+6)
D
v=(x+5)(x-6)

Slide 28 - Quizvraag

Ontbind de volgende drieterm in factoren: y = x² + 20 + 9x

Slide 29 - Open vraag

§11.4 AxB=0

je leert hoe je met ontbinden in factoren een vergelijking oplost

Slide 30 - Tekstslide

wanneer is dit het geval?

Slide 31 - Tekstslide

wanneer is AxB=0?

Slide 32 - Woordweb

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Los op:
(5x-2)(x+3)=0

Slide 39 - Open vraag

Slide 40 - Tekstslide

Los op:

Slide 41 - Open vraag

13.5 kwadr vergelijkingen
je leert hoe je allerlei vormen kwadratische vergelijkingen oplost

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

paragraaf 11. 2
ik kan een tweeterm ontbinden
A
ja
B
nee

Slide 44 - Quizvraag

paragraaf 11.3
ik kan een drieterm ontbinden
A
ja
B
nee

Slide 45 - Quizvraag

paragraaf 11.4
ik kan een kwadratische vergelijking oplossen met ontbinden
A
ja
B
nee

Slide 46 - Quizvraag

paragraaf 11.5
ik kan allerlei kwadratische vergelijkingen oplossen
A
ja
B
nee

Slide 47 - Quizvraag

Als ik een cijfer zou moeten geven voor wat ik heb begrepen van dit hoofdstuk, dan is dat een ...
Licht je antwoord toe.

Slide 48 - Open vraag

Nog tips of aanvullingen voor de laatste stream?

Slide 49 - Open vraag

Slide 50 - Tekstslide