3.4 Schrijven - Betoog -Bedrijvende en lijdende vorm

Talent 3.4 Schrijven les 2
Lesdoelen van vandaag:
• Betogende tekst schrijven 3F (les 1)
• Opbouw van argumenten 3F (les 1)
• Overtuigend schrijven 3F (les 2)
• Formuleren van actieve en passieve zinnen (les 2)

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Talent 3.4 Schrijven les 2
Lesdoelen van vandaag:
• Betogende tekst schrijven 3F (les 1)
• Opbouw van argumenten 3F (les 1)
• Overtuigend schrijven 3F (les 2)
• Formuleren van actieve en passieve zinnen (les 2)

Slide 1 - Tekstslide

In deze les 
Bespreken we het huiswerk: opdracht  8 (Schrijven 3.4)
Krijg je uitleg over de lijdende en de bedrijvende vorm;
DAARNA:
  • Bespreken opdracht 9 (huiswerk)
  • Maak je opdrachten 11 (12 en 13)
  • Rond je de schrijfopdrachten af



Slide 2 - Tekstslide

Huiswerkopdracht 8a:
Noteer alleen het argument dat je bedacht hebt bij de stelling.

Slide 3 - Open vraag

Huiswerkopdracht 8b:
Noteer alleen het argument dat je bedacht hebt bij de stelling.

Slide 4 - Open vraag

Welke tip uit het stukje "overtuigend schrijven" ga jij gebruiken?

Slide 5 - Woordweb

Formuleren: bedrijvende en lijdende zinnen.
Actieve zinnen - zinnen in de bedrijvende vorm - leggen de nadruk op de handelende persoon en zorgen daarmee voor een levendiger en persoonlijker tekst.

Passieve zinnen - zinnen in de lijdende vorm - zijn afstandelijker en formeler dan de actieve zin.

Slide 6 - Tekstslide

Passieve zinnen
Je herkent passieve zinnen aan de hulpwerkwoorden zijn of worden in combinatie met een voltooid deelwoord.

Passieve zinnen gebruik je als je geen nadruk wil leggen op de handelende persoon, bijvoorbeeld omdat je hem niet kent of als je de persoon niet wilt noemen.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag!
Op school: eerst bespreken opdracht 9 (huiswerk)
Thuis:
Maak je opdrachten 11 (12 en 13)
Rond je de schrijfopdrachten af

Denk eraan: de volgende les zijn de speeddates: Bereid je goed voor en vergeet niet je boek mee te nemen!

Slide 14 - Tekstslide