Evolutietheorieën

Evolutietheorieën

Aan het einde van de les kun je...

• De verschillen tussen de evolutietheorieën van Lamarck en Darwin uitleggen.
• Begrijpen waarom de theorie van Lamarck over erfelijkheid van verworven eigenschappen niet klopt.
• Het principe van natuurlijke selectie, zoals voorgesteld door Darwin, toepassen op het voorbeeld van de nek van de giraffe.

Wat weet je al over de evolutietheorieën van Lamarck en Darwin?

Evolutietheorie van Lamarck

Een verouderde theorie die stelt dat verworven eigenschappen overerfbaar zijn.

Evolutietheorie van Darwin

Een theorie die stelt dat natuurlijke selectie leidt tot evolutie door het overleven en voortplanten van individuen die het best aangepast zijn aan hun omgeving.

De wetenschappelijke fouten in Lamarcks theorie

Lamarcks theorie suggereert dat verworven eigenschappen erfelijk zijn, zoals de lange nek bij giraffen door het rekken van de hals. Dit is echter weerlegd door modern genetisch inzicht.

Het concept van natuurlijke selectie in Darwins theorie

Darwins evolutietheorie, gebaseerd op natuurlijke selectie, verklaart dat giraffen met een langere nek een evolutionair voordeel hadden, wat leidde tot overleving en voortplanting van giraffen met lange nekken.

Definitielijst

• Evolutietheorie van Lamarck: Een verouderde theorie die stelt dat verworven eigenschappen overerfbaar zijn.
• Evolutietheorie van Darwin: Een theorie die stelt dat natuurlijke selectie leidt tot evolutie door het overleven en voortplanten van individuen die het best aangepast zijn aan hun omgeving.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.