osteoporose en fybromyalgie

osteoporose en fybromyalgie

Het bewegingsapparaat

Botten

Spieren

Het skelet

Bestaat uit 206 botten

Zorgt voor:                                                                            

- beweging

         - steun en vorm

        - bescherming 

                                                - opslag van mineralen en energie

                  - bloedcelproductie

Soorten gewrichten

• Vlak gewricht
• scharniergewricht
• rolgewricht
• draaigewricht
• condylair gewricht

• zadelgewricht
• kogelgewricht

De ribben

-Beschermen de organen

                                                                 -Spelen een rol bij de ademhaling

De wervelkolom

34 wervels

opbouw van het bot

gewrichtskraakbeen:

Gewrichtskraakbeen heeft een extreem glad oppervlak dat ervoor zorgt dat botten soepel over elkaar kunnen bewegen tijdens gewrichtsbewegingen.

Compact bot (corticaal bot):

De harde, dichte buitenlaag van het bot.

Bestaat uit cilindrische structuren genaamd osteonen (of Havers-systemen), die bloedvaten en zenuwen bevatten.

Functie: Zorgt voor stevigheid en ondersteuning.

Sponsachtig bot (trabeculair bot):

Een poreuze, lichtgewicht structuur binnenin het bot, meestal in het uiteinde van lange botten en in wervels.

Bestaat uit een netwerk van botbalkjes (trabeculae), die ruimtes bevatten gevuld met beenmerg.

Functie: Flexibiliteit en schokabsorptie.

epifyse bestaat uit compact en spongieus bot, mergholte en beenmerg en arterien

het is het begin en uiteinde van een bot

Beenmerg deze liggen bij de mergholte

Gelegen in de holtes van het sponsachtige bot en de mergholte van lange botten.

Soorten:

Rood beenmerg: Produceert bloedcellen (hematopoëse).

Geel beenmerg: Opslag van vet en energie

Periosteum (beenvlies):

Een dunne, vezelige laag die het bot bedekt.

Rijk aan bloedvaten, zenuwen en cellen die betrokken zijn bij botgroei en herstel.

Functie: Bescherming en aanhechting van pezen en ligamenten.

Soorten spieren

Dwarsgestreept spierweefsel

Glad spierweefsel

Hartspierweefsel

botten

in alle botten zitten 3 soorten cellen:

osteocyten, onderhouden het bot

osteoclasten, breken het bot af

osteoblasten, maken bot weer aan

door deze cellen blijven botten zich continue verversen

botontkalking

activiteit van de cellen in het bot

is afhankelijk van hormonen

zoals:

oestrogeen, progesteron en testosteron ( de geslachtshormonen) 

hoe ouder we worden hoe lager het niveau van de gslachtshormonen wordt

geslachthormonen bij mannen daalt dit geleidelijk, zijn ook lang vruchtbaar

bij vrouwen is deze stop vaak ineens bij de overgang,

hierdoor vrouwen na de overgang meer kans op botontkalking

botdichtheid

Botdichtheid verwijst naar de hoeveelheid mineralen (voornamelijk calcium en fosfaat) die aanwezig zijn in een bepaald volume van het botweefsel. Het is een belangrijke maat voor de sterkte en gezondheid van je botten. 

het hormoon cortisol kan een negatieve invloed op de botdichtheid hebben 

verder zijn vitd en calcium belangrijk voor de botaanmaak,

daarom krijgen ouderen vaak extra vit d of calcium toegediend

en bewegen maakt de botten ook sterker

rond je 30e levensjaar hoogtepunt botdichtheid, daarna zwakt het af

wanneer extra cortisol aanmaak bij stress

of cortisol zit in medicijnen zoals prednison, dan dus meer kans dat botafbraak sneller voorkomt

symptomen

osteoporose zelf vaak geen klachten

wanneer iemand door bijv een ongeluk een bot breekt kan osteoporose ontdekt worden

dus breuken,

lage rugpijn

veranderde houding

krom lopen

kleiner worden

diagnose

met een botdichtheidsmeting via een scan

met een T score wordt de botdichtheid gewaardeerd

Osteoporose kan niet direct worden vastgesteld op basis van bloedwaarden, omdat het een aandoening is die gekarakteriseerd wordt door een verlies van botmassa en botdichtheid, en deze veranderingen zijn niet direct zichtbaar in bloedtesten

Er zijn echter wel bloedonderzoeken die kunnen helpen bij het beoordelen van risicofactoren

zoals?

zoals:

calcium is te laag

tekort aan vit d

fosfor: Fosfor is een mineraal dat een belangrijke rol speelt in de botgezondheid, hoewel het minder vaak wordt gemeten in relatie tot osteoporose.

nierfuncties: KNUK kalium, Na, Ur, Creat

Slechte nierfunctie kan invloed hebben op de botgezondheid, omdat de nieren betrokken zijn bij de regulatie van calcium- en fosfaatniveaus.

Soms wordt bloedonderzoek gedaan om andere aandoeningen die osteoporose kunnen veroorzaken, zoals schildklierproblemen uit te sluiten

kan erfelijk zijn

behandeling

combinatie van verschillende supplementen (anti-osteoporose medicatie calcium, vit d suplementen )

oestrogenen toedienen ( vrouwen na de overgang ) liever niet ivm de kans op borstkanker

De keuze van het medicijn hangt af van de ernst van de osteoporose, de gezondheidstoestand van de patiënt en andere factoren zoals leeftijd en geslacht

aanpassing leefstijl.......

anti osteoporose is bijv fosamax

leefstijl

meer bewegen

niet roken

weinig tot geen alcohol

gezond eten

osteoporose

oorzaken:

leeftijd