Je bekijkt eerst de opmaak van de tekst (zoals bij globaal lezen). Daarna lees je de tekst heel grondig en aandachtig. Je let op de opbouw (inleiding, midden, slot), je gaat het onderwerp van elke alinea na, je onderscheidt hoofd- en bijzaken van elkaar. Je zorgt ervoor dat je alles goed begrijpt.