GKC MHV Kap1 haben-sein-vragen en hoofdlettergebruik

Willkommen!
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Willkommen!

Slide 1 - Tekstslide

Das Programm für Heute
- Herhaling 
- Hoofdlettergebruik in het Duits
-Luisteropdracht
-Opdracht 
-Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

ich
du
sie
er
es
man
wir
ihr
sie
Sie
IK
U
ZIJ MV.
JULLIE
WIJ
MEN
HET
ZIJ EV.
HIJ
JIJ

Slide 3 - Sleepvraag

Het werkwoord sein
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
bin
bist
ist
sind
seid
sind

Slide 4 - Sleepvraag

Het werkwoord haben
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
habe
hast
hat
haben
habt
haben

Slide 5 - Sleepvraag

ich 
du
er/sie/es 
wir
ihr
sie/Sie
sind 
bin
seid
bist
ist
sind
hat
hast
haben
habt
haben
habe

Slide 6 - Sleepvraag

Wie
Wat
Wanneer
Hoe
Waar
Waarvandaan
wer
wo
wie
was
wann
woher

Slide 7 - Sleepvraag

Wanneer gebruik je een hoofdletter?

Slide 8 - Woordweb

Hoofdlettergebruik in het Duits
Bekijk volgende zinnen:

  1. Wir lernen Deutsch in der Schule. 
  2. Heute macht Anna einen Schulausflug nach Berlin. 

Wat valt op 

Slide 9 - Tekstslide

Wanneer een hoofdletter:
1. Aan het begin van de zin. 
2. Namen, plaatsnamen, merken etc. 
3. Zelfstandige naamwoorden. 

Slide 10 - Tekstslide

Wat is een zelfstandig naamwoord?

Slide 11 - Woordweb

Het zelfstandig naamwoord
Zelfstandige naamwoorden zijn woorden die 'een zelfstandigheid' aanduiden; dat kunnen concrete zaken zijn als mensen (man, Ineke), dieren (paard) en dingen (huis, hout), maar ook plaatsen (Den Haag, Frankrijk) 

Zelfstandige naamwoorden kunnen meestal gecombineerd worden met een van de lidwoorden de, het of een: de kast, het geluk, een week, enz

Slide 12 - Tekstslide

Wel of geen hoofdletter?
A
die mutter
B
die Mutter

Slide 13 - Quizvraag

Wel of geen hoofdletter?
A
das pferd
B
das Pferd

Slide 14 - Quizvraag

Wel of geen hoofdletter?
A
zehn
B
Zehn

Slide 15 - Quizvraag

Wel of geen hoofdletter?
A
grün
B
Grün

Slide 16 - Quizvraag

Wel of geen hoofdletter?
A
berlin
B
Berlin

Slide 17 - Quizvraag

Wel of geen hoofdletter?
A
der junge
B
der Junge

Slide 18 - Quizvraag

aardig?
A
net
B
Net
C
nett
D
Nett

Slide 19 - Quizvraag

sportief

Slide 20 - Open vraag

zijn broer

Slide 21 - Open vraag

de ouders

Slide 22 - Open vraag

Hören

Je krijgt zo meteen een filmpje te zien van Logotivi.
Noteer zoveel mogelijk wat je verstaat. 
Je krijgt het filmpje 2x te zien. 
Na afloop krijg je enkele vragen via LessonUp.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Van welke stad maakt Hollywood deel uit?
A
Las Vegas
B
San Francisco
C
Los Angeles
D
San Diego

Slide 25 - Quizvraag

Waardoor is Hollywood zo beroemd?

Slide 26 - Woordweb

Waarom kwamen filmmakers in 1911 naar Hollywood?
A
Omdat hier veel acteurs waren.
B
Om het gunstige weer.
C
Hollywood was goedkoop om te vestigen.

Slide 27 - Quizvraag

Waarom was het weer zo belangrijk voor filmmakers?

Slide 28 - Open vraag

Wat zijn twee voordelen van de filmsets?

Slide 29 - Open vraag