Week 35 niv. A (nieuwsbegrip)

In deze les gaan we:
Nieuw onderwerp en les doel
  •  Filmpje
  • Lezen + opdrachten
  • Einde
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

In deze les gaan we:
Nieuw onderwerp en les doel
  •  Filmpje
  • Lezen + opdrachten
  • Einde

Slide 1 - Tekstslide

Het onderwerp van deze les is:
Zwitserland

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet jij al over
Zwitserland?

Slide 3 - Woordweb

Aan het einde van de les weet ik..
Waar Zwitserland ligt.
Waarom daar bommen zijn.
Kan ik uitleggen wat 'ontploffen' betekent
Weet ik wat een bom kan doen

Slide 4 - Tekstslide

Zet de onderstaande landen op de juiste plek
Hier ligt Nederland
Hier ligt Spanje
Hier ligt Zwitserland

Slide 5 - Sleepvraag

Lees
Zie jij waar Zwitserland ligt?

Slide 6 - Tekstslide

Klik!
Hier ligt Zwitserland.
De hoofdstad van Zwitserland is Bern.

Slide 7 - Tekstslide

Wat zijn de buurlanden van Zwitserland? (Noem er 2)
Extra uitleg
Een buurland is een land wat aan een ander land grenst.
Nederland grenst aan België en aan Duitsland.

Slide 8 - Open vraag

Wat ligt er op de bodems van de meren in Zwitserland?
En wat moet daarmee gebeuren?
Klik hier om te lezen

Slide 9 - Open vraag

De eerste zin van het stukje is een vraag.
Wat is het antwoord op deze vraag?
Klik

Slide 10 - Open vraag

Waarom wil Zwitserland
de oude bommen en kogels graag
uit de meren hebben?

Lees!

Slide 11 - Open vraag

Wie mogen er
meedoen aan de wedstrijd
en wat kun je winnen?
Lees

Slide 12 - Open vraag

Wat voor wedstrijd
heeft de regering van
Zwitserland bedacht?
Lees

Slide 13 - Open vraag

Wat vind jij van het idee van een wedstrijd?

Slide 14 - Open vraag

Woordhussel
Ga het woord puzzelen en kijk welk woord er hoort te staan.
Dit gebeurt op de volgende pagina!

Slide 15 - Tekstslide

Woordhussel. Welk woord staat hier?:
KALGEJVARI

Slide 16 - Open vraag

Woordhussel. Welk woord staat hier?:

DTEJWSIRD

Slide 17 - Open vraag

Woordhussel. Welk woord staat hier?:
TDEMGPU

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Tekstslide

In regel 1-2 staat:
Het landschap is prachtig.
Wat betekent het landschap?
Tip!
A
de dieren die in een land leven
B
de naam van een land
C
hoe een stuk land eruit ziet

Slide 20 - Quizvraag

In regel 7-8 staat: Na de Eerste Wereldoorlog en de Tweede Wereldoorlog had het leger van Zwitserland veel bommen en kogels over.
Wat betekent overhebben?
Tip!
A
nog te weinig hebben en zoeken naar mee
B
precies genoeg hebben voor iedereen
C
teveel hebben en niet meer nodig hebben

Slide 21 - Quizvraag

In de tekst staat:
Het dumpen van de munitie in de meren leek een goed idee.
Wat betekent lijken?
Tip!
A
denken dat iets zo is, maar je weet het niet zeker
B
iet goed snappen wat de bedoeling is
C
zeker weten wat je moet doen of hoe iets werkt

Slide 22 - Quizvraag

In regel 22 staat:
Verder zitten er giftige stoffen in de munitie.

Wat betekent giftig?
Tip!
A
dan zit er iets in waarmee je veel geld kunt verdienen
B
dan zit er iets in waarvan je ziek kunt worden of dood kunt gaan
C
dan zit er iets in waaraan je nog niet had gedacht

Slide 23 - Quizvraag

Landschap
Leger
Bommen
Ontploffing
Roest
Experts

Slide 24 - Sleepvraag

Ik weet nu waar Zwitserland ligt.
Ja
Nee
Weet niet

Slide 25 - Poll

Ik weet nu waarom er bommen zijn in Zwitserland
ja
nee
weet niet

Slide 26 - Poll

Ik weet wat een bom kan doen
Ja
Nee
Weet niet

Slide 27 - Poll

Ik kan uitleggen wat 'ontploffen' betekent
Ja
Nee
Weet niet

Slide 28 - Poll

Hoe vond ik deze manier van werken ?

Slide 29 - Open vraag

Lever de les in
Je mag een woordzoeker komen halen 

Slide 30 - Tekstslide