Mengsels scheiden 1.1 Kookpunt of kooktraject les 2

1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

H1: Mengsels scheiden 
1.1 Zuivere stof of mengsel

1.2 Stoffen scheiden

1.3 Stoffen zuiveren

1.4 Rekenen aan mengsels

Slide 2 - Tekstslide

Lesprogramma
  1. Terugblik
  2. Leerdoelen
  3. Instructie (uitleg)
  4. Huiswerk
  5. Nabespreking
  6. Afsluiting 

Slide 3 - Tekstslide

Een zuivere stof is nooit
A
Helder
B
Troebel
C
Gekleurd
D
Kleurloos

Slide 4 - Quizvraag

Ellen doet in een reageerbuis een beetje vaste stof. Als zij hier water bij doet en gaat schudden is even later de vaste stof helemaal verdwenen. Het mengsel dat dan in de reageerbuis zit noemt je een:
A
Suspensie
B
Oplossing
C
Emulsie
D
Neerslag

Slide 5 - Quizvraag

Olie en water willen niet goed met elkaar mengen, we kunnen er iets bijdoen zodat dat wel lukt, hoe heet dit ?
A
Emulsie
B
Suspensie
C
Emulgator
D
Extractiemiddel

Slide 6 - Quizvraag

 
Terugblik
Welke fasen/toestanden ken je?

Slide 7 - Woordweb


Terugblik
Welke stofeigenschappen ken je?

Slide 8 - Woordweb

Leerdoelen H1.1


  1. Je weet wat het verschil is tussen een zuiver stof en een mengsel
  2. ken je de formule om dichtheid te berekenen en kun je hier berekeningen mee uitvoeren;
  3. weet je het verschil tussen een kook/smeltpunt en -traject;
  4. kun je zelf een stol/smeltcurve (grafiek) tekenen.

Slide 9 - Tekstslide

Instructie: zuivere stof of mengsel
Een zuivere stof bestaat uit een enkele soort stof.

Een mengsel bestaat uit twee of meer verschillende soorten stoffen.

Kan je een voorbeeld geven?
En zeewater? wat is dat?

Slide 10 - Tekstslide

Soorten mengsels

Slide 11 - Tekstslide

Soorten mengsels

Slide 12 - Tekstslide

Soorten mengsels

Slide 13 - Tekstslide

Dus

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Dichtheid
  • Dichtheid is een stofeigenschap.
  • Geeft aan wat de massa is van een bepaald volume.
  • Je kan dus niet zeggen: 1 kg = 1 L ! Dat geldt alleen (ongeveer) voor water.
  • Dichtheid is meestal gegeven in kg/m3 of g/L.

Slide 17 - Tekstslide

Voorbeeld 1
Een blokje heeft een massa van 1,25 gram. Het volume van dit blokje is 2,5 mL. Bereken de dichtheid van dit blokje in g/L.

Antwoord
Dichtheid = massa / volume
Massa = 1,25 g
Volume = 2,5 mL = 0,0025 L
Dichtheid = 1,25 g / 0,0025 mL = 500 g/L

Slide 18 - Tekstslide

Voorbeeld 2
Een voorwerp heeft een massa van 12 gram. De dichtheid van dit voorwerp is 133 g/L. Bereken het volume van het voorwerp in mL.

Antwoord
Dichtheid = massa / volume
Volume = massa / dichtheid = 12 g / 133 g/L = 0,090 L = 90 mL 

Slide 19 - Tekstslide

Even oefenen
Maak vraag 8 + 9 in je boek.

Klaar? Lees de alinea 'Mengsel of zuiver' in je boek (1.1).

Slide 20 - Tekstslide

Kook/smeltpunt
en -traject

  • Zuivere stoffen hebben een smeltpunt en kookpunt.

  • Mengsels hebben een smelttraject en kooktraject.


Slide 21 - Tekstslide

Een zuivere stof heeft een smeltpunt en een kookpunt.
Een mengsel heeft een smelttraject en een kooktraject. 
Hoe herken je een mengsel
Bij een mengsel loopt de temperatuur gedurende het smelten of koken langzaam op. 
Dit noemen we een respectievelijk een smelttraject en kooktraject.

Slide 22 - Tekstslide

Zuivere stof
Kookpunt

Punten en trajecten
Mengsel
Kooktraject

Mengsel
smelttraject
Zuivere stof
Smeltpunt

Slide 23 - Tekstslide

Mengsel of zuivere stof
Als je niet weet van een stof of het een mengsel is of een vaste stof dan kan je hier een experimentje voor doen om het te achterhalen. Een stol- of kookcurve maken

Slide 24 - Tekstslide

Aan de slag!
Paragraaf 1.1
Opdracht 5 t/m 9
14, 15, 16 en 18
Je mag samenwerken

Slide 25 - Tekstslide

Wat is zeewater?
A
Zuivere stof
B
suspensie
C
Oplossing
D
wat?

Slide 26 - Quizvraag

Nevel is een voorbeeld van een heterogeen mengsel
A
Ja
B
Nee
C
wat?

Slide 27 - Quizvraag

Een mengsel heeft een
A
kookpunt
B
Kooktraject

Slide 28 - Quizvraag

Wat voor mengsel
is dit?
A
Oplossing
B
Suspensie
C
Emulsie
D
Anders

Slide 29 - Quizvraag

Wat is de definitie van een mengsel? Een mengsel...
A
bestaat uit een soort moleculen.
B
bestaat uit meerdere soorten moleculen.
C
bestaat uit meerdere moleculen.
D
bestaat uit meerdere soorten atomen

Slide 30 - Quizvraag

Hiernaast zie je een mengsel.
Wat is dit voor een
soort mengsel?
A
Zuivere stof
B
Oplossing
C
Mengsel
D
Suspensie

Slide 31 - Quizvraag

Hiernaast zie je een mengsel.
Wat is dit voor een
soort mengsel?
A
Zuivere stof
B
Oplossing
C
Mengsel
D
Suspensie

Slide 32 - Quizvraag

Het temperatuurgebied waarin een mengsel stolt, heet het ...
A
stoltraject
B
kooktraject

Slide 33 - Quizvraag

bij welke kookpunten begint en eindigt het kooktraject?
A
20 C en 100 C
B
55 C en 95C
C
20 C en 65 C
D
55 C en 65 C

Slide 34 - Quizvraag

Afsluiting: we weten.....
  1. Wat het verschil is tussen een zuiver stof en een mengsel
  2. Hoe je de dichtheid kunt berekenen en kun je hier berekeningen mee uitvoeren;
  3. Wat het verschil is tussen een kook/smeltpunt en -traject;
  4. Hoe je zelf een stol/smeltcurve (grafiek) kunt tekenen.

Slide 35 - Tekstslide

Ik snap de leerdoelen:
Je weet wat het verschil is tussen een zuiver stof en een mengsel
ken je de formule om dichtheid te berekenen en kun je hier berekeningen mee uitvoeren;
weet je het verschil tussen een kook/smeltpunt en -traject;
kun je zelf een stol/smeltcurve (grafiek) tekenen.
A
Ja
B
Nee
C
Een beetje....

Slide 36 - Quizvraag

Begrippen uit 1.1
Waarnemingen, 
stofeigenschappen, 
fase, aggregatietoestand, 
dichtheid, 
stoffen, 
zuivere stof, mengsel, oplossing, oplosmiddel, suspensie, emulgator, emulsie, legering, homogeen mengsel, heterogeen mengsel, kookpunt, kooktraject, smeltpunt en smelttraject

Slide 37 - Tekstslide

Afsluiting
Volgende les:

Huiswerk:
1. Opdracht 5 t/m 9 en de volgende opdrachten 14, 15, 16 en 18

Dank voor jullie aandacht!

Slide 38 - Tekstslide

0

Slide 39 - Video

4.4 Rekenen aan reacties - basis
Huiswerk

Doorlezen §1.2
Maken: 1, 2, 5, 6, 8, 9, 14, 17, 19

Slide 40 - Tekstslide