3.7 Opvoeding of Aanleg

3.7 Opvoeding of aanleg
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

3.7 Opvoeding of aanleg

Slide 1 - Tekstslide



WAT
* lezen en maken 3.7
** groene context opgaven 3.7
*** testjezelf 3.7 + samenhang T3

HOE
individueel
in stilte


HULP NODIG
  1. kijk in de tekst in je basisstof
  2. schrijf je vraag op, vraag na afloop of tijdens een R-les aan je docent
actie - IN STILTE
timer
15:00

Slide 2 - Tekstslide

Heb jij jouw intelligentie van jouw ouders?
Vader, moeder?

Slide 3 - Woordweb

3.7 Opvoeding of Aanleg
Leerdoelen:
  • je kent de begrippen nature en nurture en kunt ze gebruiken
  • je weet van het belang van tweelingonderzoek in de nature-nurture discussie.
  • je weet wat epigenetica betekent en weet wat de invloed op erfelijkheid is

Slide 4 - Tekstslide

Sleep het kenmerk naar nature of nurture.
Nature
Nurture
Haarkleur
Met bestek eten
Gluten-
allergie
Lengte
Kunnen schrijven

Slide 5 - Sleepvraag

Nature / Nurture
in biologie, psychologie en neurowetenschappen op zoek naar de oorzaak van eigenschappen:

Slide 6 - Tekstslide

Nature-Nurture
Fenotype = milieu + genotype
Welke speelt een grotere rol?

Herhaling in generaties van bijv.: alcoholisme, huiselijk geweld en misbruik.

Maar ook: creativiteit, verlegenheid, rekenvaardigheid.

Slide 7 - Tekstslide

Nature
De eigenschappen van een individu zijn aangeboren, bepaald door aanleg. 

Ieder kind dat geboren wordt heeft unieke eigenschappen door biologische en erfelijke factoren.

Slide 8 - Tekstslide

Nurture
De eigenschappen of gedrag van een individu zijn aangeleerd, door opvoeding bepaald.

Dit heeft te maken met de omgeving waarin iemand opgroeit en leeft, de opvoeding en verschillende omgevingsfactoren.

Slide 9 - Tekstslide

Wat denk jij dat de grootste rol speelt bij het bepalen van eigenschappen?
A
Nature!
B
iets meer nurture dan nature
C
iets meer nature dan nurture
D
Nurture!

Slide 10 - Quizvraag

Nature vs. Nurture
- Nature: aanleg/erfelijkheid
- Nurture: omgeving/opvoeding
- Wolfskind
- Mowgly
- Tarzan

Slide 11 - Tekstslide

de Lombroso-test
Wie 

is 

crimineel?
Lombroso: criminaliteit = nature
Lombroso dacht: Misdadigers hebben bepaalde uiterlijke kenmerken of afwijkingen. Criminelen zouden volgens Lombroso herkenbaar zijn aan fysieke atavistische stigmata, zoals brede kaken, diepliggende ogen, vaak doorlopende wenkbrauwen, een asymmetrisch gezicht, hoge jukbeenderen, afwijkende oren, haviksneus, vlezige lippen en dergelijke.
Bij de schedel van de beruchte crimineel Giuseppe Villella ontdekte Lombroso kuiltjes in de slapen van diens schedel, zoals bij apen. Als in een openbaring zag hij de wetenschappelijke verklaring voor criminele deviantie.

Slide 12 - Tekstslide

Waarom is onderzoek aan tweelingen zo interessant voor het nature/nurture debat?

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Video

Epigenetica
Epi-=op/ bij/ aan/ boven/ voor

  • Extra informatie bovenop het genotype (bovenop DNA-code).
  • Epigenetica bepaalt óók kenmerken in fenotype.

plottwist

Slide 15 - Tekstslide

Invloed van omgeving
  • Zelfs de omgeving van ouders kan invloed hebben op DNA nakomelingen!
  • Voeding: stoffen zorgen voor binding aan DNA en blokkeert  óf versterkt delen.

Slide 16 - Tekstslide

Je opa's trauma overerven
Onderzoek: Angst voor kersenbloesem
Experiment: mannetjes kregen iedere keer wanneer zij bloot werden gesteld aan kersenbloesemgeur een elektrische schok
Resultaat: 
  • zowel de eerste generatie  als de tweede generatie nageslacht van de getraumatiseerde muizen bleek angstiger na het ruiken van kersenbloesemgeur dan andere muizen wiens voorouder geen angstreactie was aangeleerd. 
  • ze konden deze specifieke geur namelijk al bij veel lagere concentraties detecteren
  • zelfs zichtbaar in hersenen: midden groter geworden
  • deze overerving moest wel via de genen zijn gebeurd, benadrukken de onderzoekers, omdat het nageslacht elke keer door middel van in vitro fertilisatie (IVF) was gecreëerd en de muizen elkaar nooit leerden kennen.

Slide 17 - Tekstslide

Maak opdracht 78 op blz 168

Slide 18 - Tekstslide

Epigenetica
In je celkern liggen chromosomen. 
Chromosomen zijn opgerolde DNA strengen om eiwit heen

Slide 19 - Tekstslide

Epigenetica
Op dat DNA liggen genen die coderen voor eiwitten. 
Als dat gen ''aan'' staat, wordt het gemaakt via de eiwitsynthese route. We noemen dit gen-expressie.
Staat het gen uit. Dan is er 
Geen expressie. 

Slide 20 - Tekstslide

Genregulatie
  • Methylering: toegevoegd molecuul op delen van DNA.
  • Zorgen voor wel of niet aflezen gen.
  • Ook versterking of zelfs blokkering mogelijk.(enhancing en silencing).

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Video

Huiswerk 
- Nieuw hoofdstuk in VWO4 boek B
- Lees van Thema 4 Evolutie §1 goed door 
- Volgende les VWO 4 Boek B mee!
 

Slide 25 - Tekstslide