havo3-C6-§2-samentrekking controleren



Wat gaan we doen vandaag?

timer
10:00
Doel van de les
15 minuten stil lezen
Huiswerk bespreken

Start nieuw onderwerp

Aan het werk
 

Telefoon in de kluis? Je jas over de stoel. IPad in de tas
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 38 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les



Wat gaan we doen vandaag?

timer
10:00
Doel van de les
15 minuten stil lezen
Huiswerk bespreken

Start nieuw onderwerp

Aan het werk
 

Telefoon in de kluis? Je jas over de stoel. IPad in de tas

Slide 1 - Tekstslide

Als in een samengestelde zin dezelfde woorden twee keer voorkomen, kun je die woorden meestal de tweede keer weglaten. 


Dat heet samentrekking:
Ik vind de herfst het fijnste seizoen en (–) de winter het minst prettig.

Slide 2 - Tekstslide

Samentrekken mag alleen als aan drie voorwaarden wordt voldaan: 
de weggelaten woorden hebben 
-dezelfde functie (zinsdeel, woordsoort), 
-dezelfde betekenis én 
-hetzelfde getal (enkelvoud/meervoud) 
als de woorden die blijven staan.

Slide 3 - Tekstslide

Met dit stappenplan controleer je een samentrekking:

Noteer de woorden die in het tweede deel van de zin weggelaten zijn.
Bepaal de functie (welk zinsdeel of welke woordsoort), de betekenis en 
het getal van de samengetrokken woorden in het eerste deel van de zin.




Slide 4 - Tekstslide

Bepaal de functie, de betekenis en het getal van de weggelaten woorden in het tweede deel van de zin.

Controleer of de functie, de betekenis en het getal in beide gevallen hetzelfde zijn. Zo ja, dan is de samentrekking correct.

Als er sprake is van een foutieve samentrekking, plaats je de ten onrechte weggelaten woorden alsnog in het tweede deel van de zin.

Slide 5 - Tekstslide

Voorbeeld:
Tabitha heeft hoge cijfers, maar er ook hard voor gewerkt.
1-Weggelaten: Tabitha; heeft
2-Tabitha = ow (enk); heeft = pv (enk) in het wg heeft → zww






Slide 6 - Tekstslide

3-Tabitha = ow (enk); heeft = pv (enk) in het wg heeft gewerkt → hww

4-Tabitha – correct; heeft – fout
Verbetering: Tabitha heeft hoge cijfers, maar heeft er ook hard voor gewerkt.

Slide 7 - Tekstslide

havo3-C6-§2-samentrekking controleren
Zo controleer je een samentrekking
1-Noteer de woorden die in het tweede deel van de zin weggelaten zijn.
2-Bepaal de functie(s) (zww, kww, hww, pv, ow, wg, lv, mv, bwb), de betekenis en het getal van de overgebleven woorden in het eerste deel van de zin.
3-Bepaal de functie(s), de betekenis en het getal van de weggelaten woorden in het tweede deel van de zin.
4-Controleer of de functie(s), de betekenis en het getal in beide gevallen hetzelfde zijn. In dat geval is de samentrekking correct.

Als er sprake is van een foutieve samentrekking, plaats je de weggelaten woorden of een verwijswoord alsnog in de zin.

Slide 8 - Tekstslide

havo3-C6-§2-samentrekking controleren
Nog een voorbeeld:

De brandweerman was dapper en (–) daarom het brandende huis binnengegaan.
Weggelaten: de brandweerman; was
de brandweerman = ow, enk; pv in het ng (was [dapper]) = kww, was = enk
de brandweerman = ow, enk; pv in het wg (was binnengegaan) = hww, was = enk
de brandweerman – correct; was – fout
De brandweerman was dapper en (–) was daarom het brandende huis binnengegaan.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Even oefenen

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Weggelaten= zij wordt

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

FOUT

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Even checken. Wie vertelt mij nog even wat we zojuist hebben gehoord?


Geen vingers, ik geef de beurt aan ..............................................

Slide 28 - Tekstslide

§ 2 Tekstverbanden
Je gaat zo de opdrachten maken. Neem altijd oordopjes mee voor de online opdrachten.
Zet het iedere keer zo in je schrift:
paragraaf-§---bladzijde-blz.---opdracht-opdr.

Staat er: omcirkel, onderstreep of markeer, dan mag je het met potlood in je werkboek maken. 
Is dit niet het geval, dan maak je alles in je schrift!

Slide 29 - Tekstslide

Aan de slag

Slide 30 - Tekstslide

§ 2 Tekstverbanden
Maken:
C.6 Formuleren-samentrekking controleren


blz.230
opdr. 1 t/m 4
Je maakt alles in je schrift!


Slide 31 - Tekstslide

havo3-C6-§2-samentrekking controleren
Tekst

Slide 32 - Tekstslide

havo3-C6-§2-samentrekking controleren
Tekst

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Bij samentrekking op woordniveau wordt een deel van een woord weggelaten, zoals in voor- en nadelen (het woorddeel -delen is één keer weggelaten).


Samentrekking op woordniveau is alleen mogelijk als de vorm en de betekenis van het weggelaten deel in de verschillende woorden gelijk zijn. 


Slide 35 - Tekstslide

Niet juist zijn bijvoorbeeld staats- en regeringsleiders (want het geheel is staatshoofden en regeringsleiders) en een zit- en spaarbank (want bank heeft een verschillende betekenis in zitbank en in spaarbank).

Slide 36 - Tekstslide

woordgroepsniveau – binnen een woordgroep worden een of meer hele woorden weggelaten: 

dure ringen en (-) armbanden; hoge (-) en lage bergen;

Slide 37 - Tekstslide

zinsniveau – een of meer zinsdelen (ow, lv, mv, bwb enz.) die twee keer voorkomen, worden weggelaten:

– Iris volleybalt op zaterdag en Peter (-) op zondag.

– Je wilt (-) en krijgt een leuk cadeautje.

Slide 38 - Tekstslide