Verdiepen branche - les 1

Introductie: Branche verdiepen


Inleiding
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgendeMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Introductie: Branche verdiepen


Inleiding

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
- Kennismaken
- Dulon online bekijken
- Comorbiditeit/multimorbiditeit

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kennis maken
- Is iedereen aanwezig? 

- Wie ben ik?

- Wie zijn jullie?








Slide 3 - Tekstslide

Stel je buurman/buurvrouw voor aan de hand van 5 woorden die bij diegene passen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dulon online - branche verdiepen

Deelopdracht 1 - comorbiditeit/multimorbiditeit
Deelopdracht 2 - begeleidingsmethodieken
Deelopdracht 3 - financiering
Deelopdracht 4 - wet en regelgeving

Eindopdracht: Ontwerp een les voor de klas in groepjes, van 15 min.  waarin je een van bovenstaande punten uit de branches behandelt.

Slide 9 - Tekstslide

Voor jezelf lezen, wat er van je verwacht wordt tijdens deze periode

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
1. Je kunt uitleggen wat multimorbiditeit  & co morbiditeit is. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klas in groepjes

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht met je groepje

Wat is het verschil tussen multimorbiditeit en comorbiditeit?
En kun je van beide een voorbeeld noemen?


timer
10:00

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Multimorbiditeit

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Multi = meervoud
morbiditeit = ziekte of aandoening

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Multimorbiditeit
*Dit betekent dat een persoon twee of meer chronische ziekten of aandoeningen tegelijkertijd heeft.
*De verschillende aandoeningen staan hierbij vaak onafhankelijk van elkaar; ze hoeven niet per se met elkaar verbonden te zijn of elkaar te beïnvloeden.
*Het gaat vooral om het totaalbeeld van de patiënt, waarbij meerdere ziekten aanwezig zijn zonder dat er een specifieke focus ligt op welke ziekte primair is.

Voorbeeld: Iemand kan tegelijkertijd diabetes, hoge bloeddruk en artritis hebben. Deze aandoeningen staan los van elkaar.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aantal aandoeningen
Multimorbiditeit is de algemene term voor het optreden van meer dan één (chronische) aandoening in één individu tijdens een bepaalde periode.

Verschillende vormen van multimorbiditeit
  • één oorzaak
  • complicatie van
  • onbekende samenhang
  • niet verklaard, toeval 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geriatrie is het medisch specialisme gericht op
A
Op Jongeren
B
Op ouderen met 1 aandoening
C
Op ouderen met meerdere aandoeningen

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Cijfers multimorbiditeit
33 tot 50% van de mensen met een chronische ziekte heeft twee of meer chronische ziekten
                     > Ongeveer 2 miljoen


0 tot 15 jaar:             meer jongens
15 tot 65 jaar:          meer vrouwen
65 jaar en ouder:   nauwelijks verschil

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Multimorbiditeit
Gevolgen: 
  • grotere kans op behandelingen, opname in ziekenhuis, complicaties en vroegtijdig overlijden. 
  • grote invloed op kwaliteit van leven 
  • vermindering van de mogelijkheid om eigen regie te blijven voeren
  • meerdere behandelaren, grotere kans op fouten, miscommunicatie en coördinatie. 
  • polyfarmacie (groot gebruik van medicatie waarbij interactie kan ontstaan)

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent het begrip multimorbiditeit?
A
Een ouderdomsziekte die het bewegen vermoeilijkt.
B
Het gebruik van meerdere medicijnen
C
Een zeer ernstige vorm van overgewicht
D
Het hebben van twee of meer ziekten tegelijkertijd.

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld multimorbiditeit
Een oudere man van 88 heeft de volgende aandoeningen:
- Beginnend hartfalen
- Glaucoom
- Versleten heup
- Een vergrote prostaat 

Verschillende chronische aandoeningen die niet direct met elkaar te maken hebben. Dit is multimorbiditeit.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe hoger de gemiddelde leeftijd van Nederlanders, hoe meer multimorbiditeit
A
juist
B
onjuist

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Comorbiditeit

Slide 25 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

*Bij comorbiditeit wordt een extra aandoening beschreven die voorkomt naast een hoofddiagnose.
*De bijkomende ziekte kan in dit geval in verband staan met de primaire aandoening of door de behandeling ervan ontstaan.
*Vaak ligt de focus op een hoofdziekte, en comorbiditeit beschrijft de aanwezigheid van andere ziekten die samen met die hoofdziekte optreden.

Voorbeeld: Iemand met depressie kan daarnaast ook angststoornissen (comorbide aandoeningen) hebben, waarbij de depressie de hoofddiagnose is.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Een voorbeeld:
Een patiënt met psoriasis heeft een grotere kans op:
- Gewrichts-psoriasis (+/- 30%)
- Depressie 
- Hart- en vaatziekten
- Hypertensie
- Obesitas
- Type 2 diabetes mellitus
- Ontstekingen elders in het lichaam

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nog een voorbeeld:
Mensen met autisme hebben een verhoogde kans op:
- Slaapproblemen
- ADHD
- Angst en dwangstoornissen
- Depressie
- Persoonlijkheidsstoornissen

40% van de mensen met autisme kampt met bijkomende psychiatrische diagnoses

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deelopdracht 1
Klas in groepen delen:
  • VVT, GGZ, ZH, GHZ

Vragen:

Welke gezondheidsproblemen prevaleren in jouw branche?
Zijn hiervan epidemiologische gegevens te vinden?
Ga op zoek naar cijfers over comorbiditeit en multimorbiditeit. Welke gezondheidsproblemen komen vaak in combinatie met elkaar voor in jouw branche?
Welke combinatie van gezondheidsproblemen zie je dat in jouw praktijk problemen geeft?

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vond je deze les?

Slide 31 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Voor de bijeenkomst van volgende week is deelopdracht 1 af

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies