Leesvaardigheid H3 les 2

Leesvaardigheid argumentatie
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Leesvaardigheid argumentatie

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
- Terugblik
- lesdoel
- verkenning 
- uitleg
- samen oefenen
- zelf oefenen
- kahoot?

Slide 2 - Tekstslide

Zet de juiste leestekens en hoofdletters:
met de wind in de rug varen we naar spanje

Slide 3 - Open vraag

Heb jij een voldoende (halen)?

Slide 4 - Open vraag

Noteer het standpunt uit de volgende zinnen: De PVV is geen democratische partij. Ik zal er dus nooit op stemmen.

Slide 5 - Open vraag

Noteer het argument uit de volgende zinnen: Trump zegt dat hij de meest populaire president ooit is. Bij zijn inhuldiging was namelijk de grootste menigte ooit.

Slide 6 - Open vraag

Noteer het argument: Ik kan niet goed tegen spanning, dus doe ik liever geen eindexamen.

Slide 7 - Open vraag

Lesdoel
Aan het einde van deze les ken je vijfde leesstrategie: kritisch lezen en kun je deze toepassen.

Aan het einde van deze les ken je het tekstverband "oorzaak en gevolg", ookwel oorzakelijk verband genoemd en kun je deze vinden in een tekst.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Zou jij deze petitie tekenen? Waarom wel/niet?

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Tekstslide

Zou jij nu deze petitie tekenen? Waarom wel/niet?

Slide 13 - Open vraag

Kritisch lezen
Het is dus belangrijk om kritisch te lezen. Waar kun je dan op letten:
- de bron: door wie is het gepubliceerd -> NOS is betrouwbaarder dan Facebook.
- de auteur: is de schrijver deskundig en onpartijdig (denk aan de petitie van vorige les)?
- de inhoud: is de inhoud geloofwaardig?
- het doel: is het doel om jou iets te verkopen, dan is het onbetrouwbaar (bijvoorbeeld reclames).
- de datum: als een tekst lang geleden geschreven is, klopt de inhoud vaak niet meer.
- het taalgebruik: Als er veel spelfouten in staan, is het minder betrouwbaar (denk aan phising mails)
Als je een bericht niet vertrouwd, zoek dan naar andere artikelen die hetzelfde zeggen, dan kun je zeker weten of iets waar is.

Lees in een betoog de argumenten ook kritisch door. Vraag jezelf af:
Is dit waar? 
Hoe komt de schrijver aan de informatie? 
Vind ik het overtuigend? 
Klopt het met wat ik zelf heb ervaren?

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Wat is het verschil
Vergelijk de volgende twee zinnen met elkaar:
1. Het was te glad om te fietsen, daardoor miste ik de trein.
2. Ik had geen zin in bezoek, daarom nam ik de telefoon niet op.

Wat is het verschil tussen daardoor en daarom?

Slide 16 - Tekstslide

Welk verband herken je in de volgende zin?

Het elektriciteitsnetwerk is overspannen door een te grote hoeveelheid aan geleverde stroom.
A
oorzaak-gevolg
B
redengevend

Slide 17 - Quizvraag

Welk verband herken je in de volgende zin?

Ajax staat bovenaan, dankzij de goede prestatie.
A
oorzaak-gevolg
B
redengevend

Slide 18 - Quizvraag

Welk verband herken je in de volgende zin?

Ik heb hier tegenaan getikt, waardoor het omgevallen is.
A
oorzaak-gevolg
B
redengevend

Slide 19 - Quizvraag

Welk verband herken je in de volgende zin?

soms geeft de docent op vrijdag huiswerk voor maandag, waardoor mijn weekendplannen in het water vallen.
A
oorzaak-gevolg
B
redengevend

Slide 20 - Quizvraag

Samen doen
Opdracht 12 en 18 b en c op bladzijde 179-183
timer
1:00

Slide 21 - Tekstslide

Wat ga je doen?
Maak opdracht 13, 15, 16 en 19

10 minuten in stilte (geen vragen)


timer
10:00

Slide 22 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het einde van deze les ken je vijfde leesstrategie: kritisch lezen en kun je deze toepassen.

Aan het einde van deze les ken je het tekstverband "oorzaak en gevolg", ookwel oorzakelijk verband genoemd en kun je deze vinden in een tekst.

Slide 23 - Tekstslide

Waar kun je op letten om een tekst kritisch te beoordelen? Noem minstens drie dingen.

Slide 24 - Open vraag