Je vais
au marché > ik ga naar de markt.
Je vais aux marchés > ik ga naar de markten.
au en aux bestaan uit 2 delen:
au is een samentrekking van het Fr voorzetsel à en het lidwoord le >
à + le = au
aux (meervoud) is een samentrekking van het Fr voorzetsel à en het lidwoord à en het lidwoord les >
à + les = aux