Afronding Spelling

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Lesplanning

* Terugblik: Spelling 1 t/m 6 gemaakt 

* HW nakijken/bespreken

* Herhaling lesstof: 

* Maken:

Quiz

* Lesafsluiting

Let op! 

Telefoon in de telefoonzak

Leerdoelen:

- Je kan de pv in de tegenwoordige en verleden tijd goed spellen

- Je kan de voltooide deelwoorden goed spellen

Herhaling werkwoordspelling

onvoltooid deelwoord

Het onvoltooid deelwoord ziet er zo uit:

                het hele werkwoord +d of

Je gebruikt het onvoltooid deelwoord om aan te geven dat je iets aan het doen bent, terwijl je ook iets anders aan het doen bent.

onvoltooid deelwoord

Je schrijft een onvoltooid deelwoord altijd hetzelfde:

hele werkwoord  + d:

fluitend

lopend

wachtend

Voltooid of onvoltooid deelwoord?

Een voltooid deelwoord geeft aan dat iets al is afgelopen, het is al gebeurd.

Een onvoltooid deelwoord geeft aan dat iets nog bezig niet volledig is afgerond, je bent er nog mee bezig.

De spelling van vd en od is dan ook verschillend.

De infinitief

Het hele werkwoord noem je ook wel de infinitief.

- Die plant heb ik al te lang geen water meer gegeven.

- De infinitief van heb is hebben.

- De infinitief van gegeven is geven.

Een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Een voltooid deelwoord kun je ook gebruiken als  bijvoeglijk naamwoord.

Als je een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord gebruikt, 

schrijf je ze zo kort mogelijk, bijvoorbeeld: 

De verbrande trui  (dus niet: verbrandde)

(verbrande is voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord)

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Voltooid deelwoord of bijvoeglijk naamwoord?

Het vliegtuig is geland.

Het gelande vliegtuig.

Aan de slag!

Als een zelfstandig naamwoord in het enkelvoud eindigt op -ee, maak je het
meervoud met

1. -een
2. -ën
3. -en
4. eën

Als een zelfstandig naamwoord eindigt op -ie, komt er in het meervoud -ën achter als de klemtoon wel/niet op -ie valt.

1. wel
2. niet

Welk zelfstandig naamwoord heeft geen meervoud?

1. reis
2. meisje
3. rijst
4. les

Kies de juiste spelling.

Het [beloven] weer een flinke uitdaging te worden.

1. belooft
2. beloofd

spelling: wat is juist?

1. ... om 9 uur s' ochtends.
2. ... om 9 uur 's ochtends.

overige spelling

Wat is de juiste spelling?

1. niveaus
2. niveau's

Wat is de juiste spelling?

1. 1,5 meter-samenleving
2. anderhalve meter samenleving
3. anderhalvemetersamenleving
4. 1,5metersamenleving

wat is de juiste spelling?

1. pluimje
2. pluimpje
3. pluimkje
4. pluimetje

wat is de juiste spelling?

1. pyjama'tje
2. pyjamaatje
3. pyjamatje
4. pyjamaje

Wat is de juiste spelling?

1. Mevrouw van Dongen gaat verhuizen.
2. Mevrouw Van Dongen gaat verhuizen.

wat is de juiste spelling?

1. cafées
2. cafees
3. cafés
4. café's

wat is de juiste spelling?

1. penaltys
2. penalty's
3. penalties
4. penaltie's

Wat is de juiste spelling?

1. cameraas
2. cameras
3. camera's
4. cameraren

Wat is de juiste spelling?

1. barbecue
2. barbeque
3. bbq
4. barbequ

Wat is de juiste spelling?

1. portemonee
2. portomoné
3. portomonnee
4. portemonnee

Wat is de juiste spelling?

1. zowieso
2. zo wie zo
3. zowiezo
4. sowieso

Wat is de juiste spelling?

1. autoonderdelen
2. auto-onderdelen

werkwoordspelling

1. Gisteren verhuisden we naar Groningen.
2. Gisteren verhuisten we naar Groningen.

Welke spelling is juist?

Ik ... moe van spelling.

1. wordt
2. wort
3. word

werkwoordspelling

1. Hij heeft de boel belazerd.
2. Hij heeft de boel belazert.

werkwoordspelling

1. Hij onthoud alles wat ik vertel.
2. Hij onthoudt alles wat ik vertel.

Werkwoordspelling

1. De oude man verstuurt de brief.
2. De oude man verstuurd de brief.

werkwoordspelling

1. hij bediend
2. hij bedient

werkwoordspelling

1. Het hout is opgebrandt.
2. Het hout is opgebrand.

Welke vorm van werkwoord heeft 'zingen' in deze zin:
Zij heeft op straat gezongen.

1. Infinitief
2. Voltooid deelwoord
3. Onvoltooid deelwoord

De man werd -schreeuwend- op straat gevonden.

1. voltooid deelwoord
2. onvoltooid deelwoord

Spel correct: Sabine en Clarine zijn naar de training ...................... (fietsen).

En voltooid of onvoltooid deelwoord?

1. gefietst - OD
2. gefietsd - OD
3. gefietst - VD
4. gefietsd - VD

Spel correct: Phillepine en Eva lopen ...................... (kletsen) door de winkelstraat.

En voltooid of onvoltooid deelwoord?

1. kletsend - OD
2. kletsent - OD
3. kletsend - VD
4. kletsent - VD

Wat is FIETST voor werkwoordsvorm?
Vrolijk zwaaiend fietst mijn oma weg bij ons de straat uit.

1. persoonsvorm
2. heel werkwoord
3. voltooid deelwoord
4. onvoltooid deelwoord

Lesafsluiting

* Leerdoelen behaald?

* Vragen?

* Voorbereiding toetsweek:

- leren: werkwoordspelling H1, 3, 4, 6 (telt 2x)

- Extra oefenopdrachten spelling 

- Maak gebruik van de (extra) opdrachten en oefentoets op de site van Nieuw Nederlands.  

SUCCES!!