Vitaminen en mineralen

Vitaminen en mineralen
Allround schoonheidsspecialsite
klas 19AB
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vitaminen en mineralen
Allround schoonheidsspecialsite
klas 19AB

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inhoud
  • Instructie
  • Terugblik voedingsstoffen
  • Nieuwe stof: vitamine en mineralen
  • Opdracht
  • Evaluatie

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
  1. Je weet verschillende vitamines te benoemen met hun functie
  2. Je weet verschillende mineralen te benoemen met hun functie
  3. Je kan uitleg geven over verschillende diëten en eetstoornissen
  4. Je weet het belang van gezond eten

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoel ik eerst benoemen voordat je vragen gaat stellen. 
Je leerdoel is nu te globaal. 

De student kan de functies van vitamines benoemen. 

Voor je leerdoel even een sheet met wat je vandaag gaat bespreken met de klas
Wat zijn de 3 functie van voedingsstoffen

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is obstipatie en hoe kan ik dat voorkomen?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarin zitten veel koolhydraten?
A
Aardappelen en graanproducten
B
Spek en boter
C
Boter en dieetmargarine
D
Paste en boter

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke 2 voedingsstoffen behoren voornamelijk onder de brandstoffen?
A
Vetten en water
B
Vetten en koolhydraten
C
Vetten en eiwitten
D
Eiwitten en water

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Enzym voor het afbreken van eiwitten?

Slide 8 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Tips voor een gezond dieet / leefstijl!

Slide 9 - Woordweb

Tips:
1. minimaal 30 minuten beweging per dag
2. Eet voldoende voedingsvezels
3. weinig of geen toegevoegde suiker
4. geen alcohol
5. weinig verzadigde vetten - VVD
Vitaminen
Werken op het immuunsysteem van het lichaam zodat we niet snel ziek worden
Vitaminen = levensstof
Bij een gevarieerd eetpatroon, krijg je alle vitamines die het lichaam nodig heeft.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vitamine
Te verdelen in 2 groepen:
  1. Hypo-vitaminose
  2. Hyper-vitaminose

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vitamine
In vet oplosbaar:
A, D, E, K
In water oplosbaar:
B, C

Slide 12 - Tekstslide

In vet oplosbaar betekent dat  voedingsmiddelen met een hoge hoeveelheid van deze vitaminen alleen in combinatie met wat vet of olie dient in te nemen. Het lichaam neemt op dat moment vet uit voeding op, waardoor de vet oplosbare vitamines ‘gratis’ worden meegeleverd. Worden deze vitamines met water of bij een maaltijd zonder vetstof ingenomen, dan worden de  waardevolle vitamines niet opgenomen maar wordt uitgescheiden.
Dit geldt ook voor de in oplosbare vitamines in water. Vandaar dat vitamines beter tijdens de maaltijd kunnen worden ingenomen
Vitamine A

Retinol
Komt voor in vette vis, gekleurde groente, melk en  boter. Is in vet oplosbaar
Functie: 
- gezichtsvermogen
- Regulerend op de talgklier en schildklier werking
- weerstand verhogend

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vitamine B
Thiamine
Alle B vitaminen in water oplosbaar en komt voor in graan en peulvruchten, aardappels, melk, eieren, vis en vlees

Functie: Energie leverancier

Slide 14 - Tekstslide

Vitamines zijn beschermende stoffen als hoofdfunctie. Vitamine B is daarnaast ook een brandstof vanwege de energielevering 
Vitamine C
Ascorbinezuur
Komt voor in aardappelen, groente en fruit

Functie:
* Weerstand
* Vorming van bloedcellen
* Antioxidant
* Opbouw van bindweefselvezels als collageen, elastine en tussenstof

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vitamine D
Calciferol
Wordt ook verkregen door zonlicht en het is in vet oplosbaar
Komt voor in melkproducten en eieren

Functie:
* Beendervorming ( sterke botten )
* Vorming van tanden en kiezen
 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vitamine E
Tocoferol
Is in vet oplosbaar en zit in tarwe en volkoren producten, vlees, vis en groente

Functie:
* Huiddoorbloeding
* bescherming bloedvaten
* Anti-oxidante

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vitamine K
Komt voor in groente, eieren en lever
Dit vitamine word aangemaakt in de dikke darm door de colibacterie

Functie:
* Bloedstolling
* Stelt de lever in staat het enzym protrombine te vormen

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke in vet oplosbare vitaminen ken je?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke in water oplosbare vitaminen ken je?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hyper-vitaminose

Slide 21 - Woordweb


Hyper - vitaminose >> Als iemand een lange tijd , veel van dezelfde vitaminen inneemt kunnen deze iemand ziek maken. 

Hypo - vitaminose >> Als iemand een lange tijd weinig, eenzijdig voedsel eet kan een gebrek aan vitaminen ontstaan. 

Beide gevallen kunnen leiden tot bepaalde ziekten.
In welke voedingsmiddelen zit vit A?
A
Groente en fruit
B
Kaas en boter
C
Tarwe producten en vette vis
D
Volkoren producten en vlees

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk vitamine wordt aangemaakt in de dikke darm?
A
Vitamine A
B
Vitamine B
C
Vitamine P
D
Vitamine K

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk vitamine zorgt voor sterke botten?
A
Vitamine P
B
Vitamine D
C
Vitamine A
D
Vitamine K

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke vitamine zit in groente?
A
Vitamine A en C
B
Vitamine C en K
C
Vitamine A en D

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke vitamines wordt goed opgenomen na een boterham pindakaas?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vit A
Vit B
Vit C
Vit E

Regulerend op talg, gezichtsvermogen
Aanmaak rode bloedlichaampjes
Collageen vorming,

Opbouw tussenstof
Huid doorbloeding
Hypo : huidaandoeningen
Hyper : nier - en galstenen

Slide 27 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Mineralen

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mineralen

Slide 29 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Verschil mineralen en sporenelementen ...

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Verschil
Mineralen: Hier heb je dagelijks enkele grammen van nodig

Sporenelementen: Hier heb je dagelijks enkele micro- of milligrammen van nodig

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sporen-
element
Mineraal

Fluoride

Jodium

Fosfor

Kalium
Calcium

Zwavel

Ijzer

Slide 32 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Mineralen
Mineralen zijn belangrijk voor het lichaam. 
Ze dienen als bouwstoffen en worden niet aangemaakt door het lichaam zelf. Zonder mineralen zijn verschillende stofwisselingsprocessen niet mogelijk

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mineralen
Ook wel zouten genoemd. De dagelijkse hoeveelheid is afhankelijk van het soort mineraal. Bij een afwisselend eetpatroon krijg je alle mineralen binnen die nodig zijn voor het lichaam. Het lichaam maakt zelf geen mineralen aan ze worden opgenomen door de dunne darm

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zink
Functie: nodig voor de opbouw van eiwitten, groei en vernieuwing van het weefsel. Sporenelement.

Komt voor in: vlees, kaas, graanproducten, noten en schaal- en schelpdieren

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Calcium
Functie: 
Stevigheid gebit, skelet.

Komt voor in: 
Groenten, peulvruchten, melkproducten.

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jodium
Functie: 
Aanmaak van het schildklierhormoon - Thyroxine

Komt voor in:
Zout, zee producten en water.

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fluor
Functie:
Bescherming tandglazuur.

Komt voor in:
Tabletjes, tandpasta, hele kleine hoeveelheden in water.

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fosfor
Functie: 
Stevigheid en opbouw beenderen

Komt voor in:
Melkproducten, vis, vlees, peulvruchten en volkoren producten.

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kalium
Functie:
Bloeddruk, vochthuishouding en het samentrekken van de spieren. 

Komt voor in:
Aardappelen, noten, groenten en fruit. 

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Natrium
Functie: 
Vochthuishouding en samentrekking van spieren. Bloeddruk in combinatie met kalium. 

Komt voor in:
Keukenzout.

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Magnesium
Functie: 
Energiestofwisseling, stevigheid skelet en opbouw van spieren.

Komt voor in:
Brood, graan- en melkproducten, groenten.

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ijzer
Functie:
Aanmaak Hemoglobine

Komt voor in:
Vlees(waren), groenten, aardappelen en brood. 

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zwavel
Functie:
Het is een bestanddeel van aminozuren waaruit eiwitten worden opgebouwd. komt voor in de opperhuid en speelt een rol bij het verhoorningsproces 

Komt voor in:
Knoflook, eieren, prei, brood en kaas.

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Video

Deze slide heeft geen instructies