Grammatica: Samengestelde zinnen les 2

Goedemiddag, DHV2R! Wat gaan we vandaag doen?
- Lezen uit het leesboek
- Leerdoelen bespreken
- Herhaling samengestelde zinnen
- Oefenen, oefenen
- Zelf zinnen maken
- Zelfstandig werken
- Leerdoelen behaald?
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NedMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Goedemiddag, DHV2R! Wat gaan we vandaag doen?
- Lezen uit het leesboek
- Leerdoelen bespreken
- Herhaling samengestelde zinnen
- Oefenen, oefenen
- Zelf zinnen maken
- Zelfstandig werken
- Leerdoelen behaald?

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
- Ik kan enkelvoudige en samengestelde zinnen van elkaar onderscheiden.
- Ik weet wat een hoofdzin is en kan deze herkennen.
- Ik weet wat een bijzin is en kan deze herkennen.
- Ik weet wat een hoofdzin is en kan deze herkennen.
- Ik herken de verschillende soorten samengestelde zinnen.
- Ik kan zelfstandig een samengestelde zin formuleren.

Slide 2 - Tekstslide

Een enkelvoudige zin heeft meerdere persoonsvormen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Is deze zin enkelvoudig of samengesteld?

Hij vertelde mij dat zijn moeder van de trap is gevallen.
A
Enkelvoudig
B
Samengesteld

Slide 4 - Quizvraag

Is deze zin enkelvoudig of samengesteld?

Ik vind hem heel aardig, maar soms heeft hij wel agressieproblemen.
A
Enkelvoudig
B
Samengesteld

Slide 5 - Quizvraag

Grammatica H5: samengestelde zinnen
  • Hoofdzin: 
    Ow en pv staan naast elkaar, er passen bijna nooit andere zinsdelen tussen. 
    Pv staat voor in de zin (eerste of tweede zinsdeel
  • Bijzin:
    Tussen ow en pv kunnen wél andere zinsdelen staan
    Pv staat vaak achterin de zin



Slide 6 - Tekstslide

In een hoofdzin staan de persoonsvorm en het onderwerp naast elkaar.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de hoofdzin?

Als ik haar Macmenu betaal, gaat ze met me mee.
A
Als ik haar Macmenu betaal,
B
gaat ze met me mee.

Slide 8 - Quizvraag

Bij een bijzin staan de persoonsvorm en het onderwerp ook naast elkaar.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de bijzin?

Omdat ik iedere dag te laat kom, heeft de coach mijn moeder gebeld.
A
Omdat ik iedere dag te laat kom,
B
heeft de coach mijn moeder gebeld.

Slide 10 - Quizvraag

Grammatica H5: samengestelde zinnen
  • Hoofdzin + hoofdzin: nevenschikkende voegwoorden
    en, maar, of, dan, dus, want

  • Hoofdzin + bijzin: onderschikkende voegwoorden
    dat, voordat, nadat, tot, terwijl, als, toen, omdat, doordat, zodat

Slide 11 - Tekstslide

Bedenk een samengesteld zin met het nevenschikkend voegwoord 'en'.

Slide 12 - Open vraag

Bedenk een samengestelde zin met het nevenschikkend voegwoord 'want'.

Slide 13 - Open vraag

Bedenk een samengestelde zin met het onderschikkend voegwoord 'omdat'.

Slide 14 - Open vraag

Bedenk een samengestelde zin met een onderschikkend voegwoord 'toen'.

Slide 15 - Open vraag

Bedenk een samengestelde zin bestaande uit twee hoofdzinnen.

Slide 16 - Open vraag

Bedenk een samengestelde zin bestaande uit hoofdzin + bijzin.

Slide 17 - Open vraag

Zelfstandig werken
Grammatica H5: samengestelde zinnen
Alle opdrachten die voor jou openstaan.



Blijf nog even ingelogd in de Lesson Up. 
timer
10:00

Slide 18 - Tekstslide

Maak een samengestelde zin bestaande uit drie delen!

Slide 19 - Open vraag

Ik kan enkelvoudige en samengestelde zinnen van elkaar onderscheiden.
Dit leerdoel heb ik behaald.
Ik moet een beetje oefenen om dit leerdoel te behalen.
Dit leerdoel heb ik nog niet behaald.

Slide 20 - Poll

Ik kan enkelvoudige en samengestelde zinnen van elkaar onderscheiden.
Dit leerdoel heb ik behaald.
Ik moet een beetje oefenen om dit leerdoel te behalen.
Dit leerdoel heb ik nog niet behaald.

Slide 21 - Poll

Ik weet wat een hoofdzin is en kan deze herkennen.
Dit leerdoel heb ik behaald.
Ik moet een beetje oefenen om dit leerdoel te behalen.
Dit leerdoel heb ik nog niet behaald.

Slide 22 - Poll

Ik weet wat een bijzin is en kan deze herkennen.
Dit leerdoel heb ik behaald.
Ik moet een beetje oefenen om dit leerdoel te behalen.
Dit leerdoel heb ik nog niet behaald.

Slide 23 - Poll

Ik kan zelfs samengestelde zinnen formuleren.
Dit leerdoel heb ik behaald.
Ik moet een beetje oefenen om dit leerdoel te behalen.
Dit leerdoel heb ik nog niet behaald.

Slide 24 - Poll