2.1 Atoombinding GRT

Welkom 4 Havo!
Voor de start van de les wil ik je vragen om...
- ...je telefoon in de telefoontas te doen.
- ... je iPad in de tas te laten.
- ... je scheikunde boek + BINAS op tafel te leggen. 

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom 4 Havo!
Voor de start van de les wil ik je vragen om...
- ...je telefoon in de telefoontas te doen.
- ... je iPad in de tas te laten.
- ... je scheikunde boek + BINAS op tafel te leggen. 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen van deze les
- Je kunt een beschrijving geven van een atoombinding.
- Je kunt moleculaire stoffen herkennen aan de atomaire samenstelling (formule).
- Je kunt een structuurformule omzetten in een molecuulformule en andersom. Hierbij maak je gebruik van de covalente van de atomen.
- Je kunt het verbreken en vormen van een atoombinding in verband brengen met chemische reacties.




Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Aan het soort atomen in een molecuul herken je welk soort stof het is!

Slide 4 - Tekstslide

Binding in moleculen = Atoombinding =
Covalente binding

Bij een chemische reactie;
- worden de atoombindingen
   verbroken en gevormd. 
- dan gaan moleculen kapot en
   worden nieuwe moleculen
   gevormd.
1 atoombinding =
1 covalente binding =
1 gemeenschappelijk elektronenpaar

Slide 5 - Tekstslide

Atoombinding = covalente binding
Atoombinding, ook wel een covalente binding

Slide 6 - Tekstslide

Atoombinding = covalente binding
In een molecuultekening geef je de atoombinding of covalente binding weer met een streepje.
Covalente binding

Slide 7 - Tekstslide

Chemische reacties
Bij moleculaire stoffen:
  • Bestaande atoombindingen (gemeenschappelijke elektronenparen) worden verbroken.
  • Nieuwe gemeenschappelijke elektronenparen (nieuwe atoombindingen) worden gevormd.

Slide 8 - Tekstslide

Chemische reacties
                 2 H2 (g)   +   O2 (g)    -->     2 H2O (l)


      +
+

Slide 9 - Tekstslide

Hoeveel atoombindingen kan 1 atoom maken?
Tel het aantal stappen tot de edelgassen
4  3   2   1
Dit getal heet de covalentie
1

Slide 10 - Tekstslide

Elektronen in de schillen

Slide 11 - Tekstslide

Elektronen in de schillen
EzEE
Ezelsbruggetje:
H    1
O    2
N    3
C    4
Zie ook het periodieksysteem in BINAS

Slide 12 - Tekstslide

Aan de slag!
Maak opdracht 1 t/m 7 (p. 79-80)

Slide 13 - Tekstslide

Structuurformules
- Laat zien uit welke atomen een molecuul bestaat
- Laat zien uit hoeveel atomen een molecuul bestaat
- Laat zien op welke manier de atomen aan elkaar vast zitten: je tekent de atoombindingen
1 streepje = 1 atoombinding
2 streepjes = 2 atoombindingen

Slide 14 - Tekstslide

Structuurformules
  1. Noteer de molecuulformule.
  2. Noteer de covalenties van de atomen.
  3. Zet het atoom met de hoogste covalentie centraal.
  4. Teken atoombindingen naar de andere atomen, zodat alle atomen de gewenste covalentie hebben.

Slide 15 - Tekstslide

We tekenen de structuurformules van:
waterstof, H2

water, H2O

ammoniak, NH3


zuurstof, O2

stikstof, N2

en nu zelf: CO2
Zoek de covalentie op in het periodiek systeem. Elk atoom moet het juiste aantal "streepjes" (bindingen) hebben!

Slide 16 - Tekstslide

Samen verder oefenen
  • Teken de structuurformules van C2H6 en HCN.
  • Teken de structuurformule van H2SO4, gegevens: 
- S staat centraal;

- Alle O-atomen zijn rechtstreeks aan het S-atoom verbonden;
- S heeft niet de verwachte covalentie.

S en P voldoen vaak niet aan de verwachte covalentie!

Slide 17 - Tekstslide

Namen van ontleedbare stoffen
 Systematische namen
1. je ziet aan de naam welke atomen erin zitten >  ...ide           
  • voorbeeld:
  • CuO = koperatomen en zuurstofatomen > koperoxide
  • FeS = ijzeratomen en zwavelatomen > ijzersulfide
  • AgBr = zilveratomen en broomatomen > zilverbromide

Slide 18 - Tekstslide

Namen van ontleedbare stoffen
 Je ziet hoeveel atomen erin zitten > index
  • voorbeeld
  • N2O4 = 2x stikstofatoom + 4x zuurstofatoom 
  • distikstoftetraoxide

Let op! Deze Griekse telwoorden gebruik je allen bij moleculaire stoffen!

Slide 19 - Tekstslide

Namen van ontleedbare stoffen
               N2O4                   = 2x stikstofatoom + 4x zuurstofatoom 
                                  

               distikstoftetraoxide
N2O4
LET OP:
de index staat ACHTER het atoom in de formule
een telwoord staat VOOR het atoom in de naam

Slide 20 - Tekstslide

Namen van ontleedbare stoffen
  • Triviale namen  =                                                                   
 je kunt aan de naam niet zien welke atomen erin zitten,

Je kunt dan de systematische naam opzoeken.

Waar? --> zoek maar in BINAS!                                   

Slide 21 - Tekstslide

Formules van niet-ontleedbare stoffen
Er zijn 7 niet-ontleedbare stoffen waarvan de moleculen uit 2 dezelfde atomen bestaan:
      Claartje Fietst In Haar Onderbroek Naar Breukelen

Cl2
F2
I2
H2
O2
N2
Br2
Je moet deze uit je hoofd kennen!

Slide 22 - Tekstslide

Wat is een andere naam voor atoombinding?
A
Molecuulbinding
B
Ionbinding
C
Metaalbinding
D
Covalante binding

Slide 23 - Quizvraag

Hoeveel atoombindingen gaat O2 vormen?
A
2
B
4
C
6
D
3

Slide 24 - Quizvraag

De atoombinding is aanwezig ......
A
Tussen atomen en moleculen.
B
Tussen atomen in moleculen.
C
In atomen.
D
Tussen moleculen.

Slide 25 - Quizvraag

Hoe ontstaat een atoombinding
A
Door het delen van neutronen
B
Door kernfusie
C
door het delen van protonen
D
Door het delen van electronen

Slide 26 - Quizvraag

Wat is de juiste naam van deze stof?



A
stikstofzuurstof
B
di-stikstoftetra-zuurstof
C
tertrastikstofdi-oxide
D
distikstoftetraoxide

Slide 27 - Quizvraag

Wat is de juiste naam van deze stof?



A
difosforpentachloride
B
di-fosfor-pentachloor
C
pentachloordifosfor
D
difosforchloride

Slide 28 - Quizvraag

Aan de slag!
Maak 2.1 opdracht 1 t/m 12 (p. 79-80)

Huiswerk: 
Maak 2.1 opdr. 1 t/m 12 (p. 79-80)

Slide 29 - Tekstslide