Cursus 3 - Fictie - paragraaf 4 - over gedichten

Nederlands week 6
  • Op tafel
  -  leesboek 
  -  boek Nederlands blz. 72
  -  pen en schrift   

  •  Computer
   - mag nog even in je tas blijven   

  • Aan je eigen tafel zitten  


1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Nederlands week 6
  • Op tafel
  -  leesboek 
  -  boek Nederlands blz. 72
  -  pen en schrift   

  •  Computer
   - mag nog even in je tas blijven   

  • Aan je eigen tafel zitten  


Slide 1 - Tekstslide

Lezen in je leesboek
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Programma deze les
  • Huiswerk nakijken van de vorige les
  • Doel van deze les
  • Voorkennis
  • Instructie
  • Aan de slag
  • Huiswerk volgende week les

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk nakijken
Huiswerk vorige les: 
Cursus 3 - paragraaf 3 - smaak - blz. 72-77

Slide 4 - Tekstslide

Doel
Ik leer uitleggen waarover gedichten gaan.

Slide 5 - Tekstslide

Voorkennis
Wat is het verschil tussen fictie en non-fictie?


Antwoord
Fictie is bedacht door een schrijver, non-fictie is gebaseerd op gebuertenissen en de werkelijkheid.

Slide 6 - Tekstslide

Voorkennis
Wat is het verschil tussen realistische verhalen en fantasieverhalen?


Antwoord
Realistische verhalen kunnen echt gebeurd zijn, fantasieverhalen niet. 

Slide 7 - Tekstslide

Instructie 
We gaan het vandaag hebben over gedichten. Gedichten zijn korte teksten waarin iets op een mooie en bijzondere manier wordt gezegd.
De schrijver van een gedicht noem je een dichter

Veel gedichten gaan over gevoelens, zoals: verliefdheid, eenzaamheid of verdriet.

Slide 8 - Tekstslide

Instructie 
Bij grote gebeurtenissen gebruiken mensen vaak gedichten om iets te zeggen waar ze zelf niet de goede woorden voor kunnen vinden. 

Voorbeelden:
een geboorte - een overlijden - een huwelijk

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Instructie 
Gedichten kunnen ook over heel gewone dingen gaan. Hierdoor ga je op een andere manier naar de wereld kijken.

Veel mensen vinden gedichten moeilijk. Ze denken dat ze een gedicht niet goed begrijpen. Dit is niet erg! Je kunt een gedicht ook mooi vinden zonder het helemaal te snappen. 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Instructie
We kijken het instructiefilmpje

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link

Aan de slag
Ga aan de slag met opdracht 1 t/m 8 op bladzijde 79-83.

Ben je klaar? Kies uit:
- ga lezen in je leesboek
timer
15:00

Slide 18 - Tekstslide

Huiswerk

Woensdag 12 februari:

- maak opdracht 1 t/m 8 op bladzijde 79-83

Slide 19 - Tekstslide