3.3 Vraag en aanbod

H3 Ben jij ondernemend?
Paragraaf 3.3 Vraag en aanbod
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H3 Ben jij ondernemend?
Paragraaf 3.3 Vraag en aanbod

Slide 1 - Tekstslide

Wat weten we nog/al?

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen 3.2
  • Je kunt de omzet, de brutowinst en het nettoresultaat berekenen.
  • Je kunt uitleggen waarom de arbeidsproductiviteit belangrijk is en hoe die kan verbeteren.
  • Je kunt uitleggen hoe de productiecapaciteit van een bedrijf kan stijgen.
  • Je kunt uitleggen hoe bedrijven bij hun productie rekening kunne houden met mens en milieu.

Slide 3 - Tekstslide

Begrippen paragraaf 3.2 
  • Arbeidsproductiviteit
  • Brutowinst
  • Maatschappelijk verantwoord ondernemen
  • Omzet
  • Productiecapaciteit

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen 3.3
  • Je kunt in een grafiek de evenwichtsprijs en evenwichtshoeveelheid aflezen en tekenen.
  • Je kunt uitleggen waardoor vraag- en aanbodlijnen kunnen verschuiven en wat het gevolgd daarvan is.
  • Je wat het gevolgd is als de overheid een maximum of minimumprijs vastelt.
  • Je kunt uitleggen wat een transparante markt is.

Slide 5 - Tekstslide

Markten
Er zijn 2 verschillende soorten markten:
  • Concrete markt zoals een supermarkt of een weekmarkt.
  • Abstracte markt dan gaat het over alle vraag naar en alle aanbod van een product, bijvoorbeeld de huizenmarkt of de arbeidsmarkt.

Slide 6 - Tekstslide

Evenwichtsprijs
  • Vraag en aanbod bepalen de evenwichtsprijs, dat is de prijs waarbij vraag en aanbod aan elkaar gelijk zijn.
  • Het aantal producten dat gevraagd en aangeboden wordt bij de evenwichtsprijs, is de evenwichtshoeveelheid.
  • Als de vraag toeneemt terwijl het aanbod gelijk blijft, stijgt de prijs.
  • Als het aanbod toeneemt terwijl de vraag gelijk blijft, daalt de prijs.

Slide 7 - Tekstslide

Vraag en aanbod
  • Vraag en aanbod kunnen ook veranderen om andere redenen dan de prijs.
  • Bijvoorbeeld door een tekort aan grondstoffen, dan neemt het aanbod af.
  • Of er komen meer producenten, daardoor stijgt het aanbod.
  • Er ontstaat dan een nieuwe evenwichtsprijs en evenwichtshoeveelheid.
  • Ook de vraag kan veranderen, onafhankelijk van de prijs, bijvoorbeeld als inkomen stijgt of daalt.

Slide 8 - Tekstslide

Vrije marktwerking
  • Als op een markt de prijs van een product alleen wordt bepaald door vraag en aanbod, dan noem je dat vrije marktwerking
  • De overheid bemoeit zich op geen enkele manier met de prijsvorming op die markt.
  • Het nadeel kan zijn dat de evenwichtsprijs te hoog wordt voor sommige mensen.

Slide 9 - Tekstslide

De overheid grijpt in
Als bepaalde producten te duur worden kan de overheid ingrijpen:
  • Een maximumprijs vaststellen. Bijvoorbeeld een maximum huur voor sociale huurwoningen.
  • Subsidies of toeslagen geven aan mensen met lage inkomens.
De overheid kan ook een minimumprijs instellen. Die is bedoeld om producenten te beschermen tegen een te lage prijs.

Slide 10 - Tekstslide

Transparante markt
In een transparante markt kun je de aangeboden producten en prijzen goed en makkelijk met elkaar vergelijken. 
Dit werkt het beste als er veel aanbieders en vragers zijn.
Prijsveranderingen hebben invloed op vraag een aanbod:
  • Als de prijs stijgt, neemt de vraag af.
  • Als de prijs stijgt, neemt het aanbod toe.

Slide 11 - Tekstslide

Je kunt nu
  • Je kunt in een grafiek de evenwichtsprijs en evenwichtshoeveelheid aflezen en tekenen.
  • Je kunt uitleggen waardoor vraag- en aanbodlijnen kunnen verschuiven en wat het gevolgd daarvan is.
  • Je wat het gevolgd is als de overheid een maximum of minimumprijs vastelt.
  • Je kunt uitleggen wat een transparante markt is.

Slide 12 - Tekstslide

Begrippen paragraaf 3.3
  • Evenwichtshoeveelheid
  • Evenwichtsprijs
  • Transparante markt

Slide 13 - Tekstslide

Aan het werk!
Maken opdrachten 3.3: 2, 3, 4, 5, 6, 8 en 9
Maken Rekenopdrachten: -
Klaar?
Laten checken bij docent, bij goedkeuring nakijken.
Klaar?  Werk laten zien aan docent.
Veel fout? -> Maken herhalingsopdrachten 3.3
Veel goed? -> Maken plusopdrachten 3.3

 

timer
25:00

Slide 14 - Tekstslide