Bloed & transport van stoffen

Bloed & transport van stoffen
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Bloed & transport van stoffen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

DEZE LES
Wat weet je nog van...?
Uitleg
Zelfstandig werken
JE GAAT LEREN OVER
  • benoemen waar bloed uit bestaat.
  • de functies van verschillende bloedcellen benoemen
  • uitleggen hoe rode bloedcellen zuurstof vervoeren
  • uitleggen hoe bloedplaatjes bloed laten stollen
  • uitleggen hoe voedingstoffen van het bloed in de cel komen en hoe afvalstoffen vanuit de cel in het bloed komen
  • De taak van het lymfevatenstelsel
  • De taken van de lever
  • Uitleggen hoe nieren het bloed schoonmaken.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je nog van?

Kennistest

Slide 3 - Tekstslide

Er volgen nu vragen om de voorkennis van de leerling te testen.
Wat is waar over de kleine bloedsomloop
A
Voorziet de hersenen van zuurstof
B
Brengt zuurstof naar het hart
C
Stroomt van hart naar longen en terug
D
die bestaat niet.

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom worden bloedvaten rood en blauw getekend?
A
Rood is voedingsarm Blauw is voedingsrijk
B
Rood is voedingsrijk Blauw is voedingsarm
C
Rood is zuurstofarm blauw is zuurstofrijk
D
Rood is zuurstofrijk Blauw is zuurstofarm

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk type bloedvat heeft kleppen
A
Slagaders
B
Aders
C
Haarvaten
D
Allemaal

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


A
Leverslagader
B
Leverader
C
Poortader
D
Poortslagader

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welke volgorde stroomt het bloed vanaf het hart door de verschillende soorten bloedvaten?
Zet de begrippen in de juiste volgorde.
Hart
Hart
Ader
Haarvat
Slagader

Slide 8 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Linker kamer
Linker boezem
rechter boezem
rechter kamer

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

In de afbeelding zie je het hart met enkele bloedvaten.

Sleep de bloedvaten naar de juiste namen.
Kransslagader
Bovenste holle ader
Aorta
Longslagader
Longader

Slide 10 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg
Laptops dicht

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Benoemen waaruit bloed bestaat
Functies benoemen van:
Bloedplasma
Rode bloedcellen
Witte bloedcellen
Bloedplaatjes

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de functies van rode bloedcellen, witte bloedcellen, bloedplaatjes en bloedplasma benoemen.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenstelling
Bloedplasma
Bloedplasma is het vocht in het bloed. 
In het bloedplasma zitten stoffen opgelost die vervoert worden.
Verder zitten er ook bloedcellen en bloedplaatjes in het bloedplasma.
Bloedplaatje
Bloedplaatjes helpen het bloed stollen wanneer je een wondje hebt.
Rode bloedcel
Een rode bloedcel vervoert zuurstof.
Witte bloedcel
Witte bloedcellen bestrijden ziekteverwekkers.
Een witte bloedcel kan van vorm veranderen zodat deze ook buiten de bloedbaan kan bewegen.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Witte bloedcel
Witte bloedcellen bestrijden ziekteverwekkers.

Omdat ze van vorm kunnen veranderen kunnen ze overal in het lichaam komen om ziekteverwekkers in te sluiten.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

beschrijven hoe rode bloedcellen zorgen voor het vervoer van zuurstof.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

rode bloedcel
Een rode bloedcel heeft als taak om zuurstof te vervoeren.





In de cel zit hemoglobine, een stof die zuurstof aan zich kan binden.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

beschrijven hoe bloedplaatjes een rol spelen bij bloedstolling.


Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloedplaatjes
Bloedplaatjes zijn geen cellen. 

Wanneer je een wondje hebt, zorgen bloedplaatjes dat je bloed daar stolt en er een korstje ontstaat.




Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

uitleggen hoe voedingsstoffen vanuit het bloed naar de cellen worden getransporteerd en hoe afvalstoffen vanuit de cellen weer in het bloed komen.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Transport van stoffen in heel je lichaam
Bloed stroomt in een haarvat tussen de cellen.

In het bloedplasma zitten voedingsstoffen die alle cellen nodig hebben.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Transport van stoffen in heel je lichaam
Bloedplasma stroomt het haarvat uit, tussen de cellen.

Het is nu weefselvloeistof. Weefselvloeistof is niet rood.

Alle cellen krijgen hierdoor voedingsstoffen.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Transport van stoffen in heel je lichaam
Het weefselvloeistof heeft weinig voedingsstoffen meer, en veel afvalstoffen.

Afvalstoffen worden door het bloed afgevoerd. Daarvoor komt het weefselvloeistof terug in het haarvat.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Transport van stoffen in heel je lichaam
Weefselvloeistof met witte bloedcellen met ziekteverwekkers stromen richting het lymfevat. 

Het weefselvloeistof heet nu lymfe.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Delen van het lymfevatenstelsel en hun taken uitleggen

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lymfevatenstelsel
Doel:
Vervoeren van afvalstoffen uit de cellen en beschermen tegen ziekteverwekkers.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lymfevatenstelsel
Bestaat uit:
- Lymfevaten
hier stroomt lymfe (kleurloze vloeistof) doorheen.

- Lymfeknopen
kleine orgaantjes met witte bloedcellen om ziekteverwekkers te bestrijden

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe wordt je bloed gezuiverd?

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieren
Lever

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De lever
  1. Verwijderd giftige stoffen uit het bloed
  2. Kan korte tijd ontbrekende voedingstoffen aanmaken
  3. Kan bepaalde stoffen opslaan
  4. Kan belangrijke aminozuren maken
  5. Breekt oude rode bloedcellen af

20% van je zuurstof gebruikt de lever

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De nieren
Filteren afvalstoffen uit je bloed.

Bloed via nierslagader naar de nier.
De nier haalt afvalstoffen uit het bloed en maakt er urine van. De urine gaat via de urineleider naar de blaas.

Schoon bloed via de nierader weer terug het lichaam in.

 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

VRAGEN?

Slide 32 - Tekstslide

Wisselmoment: vragen?
Weektaak
Bloed
A t/m C + 2 keuzedelen

Transport van stoffen:
A t/m C + 2 keuzedelen

PO infoposter
Zet deze taak in je agenda

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies