Men is overal tegen: vooral dingen uit andere culturen
Anti-democratisch: het volk hoeft niet mee te praten
Er is één leider. Hij bepaalt wat goed is. (Leidersbeginsel/Führerbeginsel)
Geweld en militarisme worden verheerlijkt
Alleen het nationaal-socialisme: een rassenleer
Slide 3 - Tekstslide
Wannseeconferentie
Op zoek naar een Endlösung van het jodenprobleem
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Tweede Wereldoorlog
Slide 6 - Tekstslide
Vooraf
Slide 7 - Tekstslide
Dolkstootlegende
Slide 8 - Tekstslide
Buitenlandse politiek
Slide 9 - Tekstslide
Appeasementpolitiek
Slide 10 - Tekstslide
De Strijd
Slide 11 - Tekstslide
West-Europa
Slide 12 - Tekstslide
VS gaan meedoen
Slide 13 - Tekstslide
Slag om Stalingrad
Slide 14 - Tekstslide
Einde in Europa
Slide 15 - Tekstslide
Einde in Azie
Slide 16 - Tekstslide
De Duitse Bezetting
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Anti-joodse maatregelen
Joden werden gelijk achter gesteld: kunnen arierverklaring niet tekenen, worden ontslagen.
Vanaf 1941: gebiedsverbod. Vanaf 1942: Jodenster dragen Vanaf 1943: grootschalige deportatie naar concentratiekampen.
Slide 19 - Tekstslide
Verzet
In het begin was er actief verzet na aantal razzia's (grootschalig oppakken van joden): Februaristaking (1941). Enige grootschalige verzet in NL en eerste in gebied bezet door nazi's.
Deelnemers zijn opgepakt en afgevoerd.
Slide 20 - Tekstslide
Accomodatie
Meeste mensen kwamen daarom niet in verzet. 5% deed dit wel (bijzonder weinig vergeleken met andere landen).
Slide 21 - Tekstslide
Collaboratie
Sommigen werkten ook samen met nazi's = collaborateur.
Slide 22 - Tekstslide
Het einde
Hongerwinter ook doordat winter extreem koud was.
Op 5 mei wordt NL zo goed als geheel bevrijd (vandaar bevrijdingsdag).
4 mei: dodenherdenking. Herdenken van alle Nederlanders gestorven in oorlogssituaties.