Les 3 - de ismen

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Les 3 - de ismen

Goedemorgen

Op tafel: schrift en boek

in tas: ipad

H8 De tijd van burgers en stoommachines

1800-1900

(§8.2 + §8.4)

Plan vandaag

Terugblik Congres van Wenen

Uitleg -ismen opdracht

Leerdoelen:

• Je kunt uitleggen hoe het congres van Wenen heeft bijgedragen aan de onderlinge verhoudingen in Europa.
• Je kunt verklaren hoe het liberalisme, nationalisme en conservatisme opkwamen en je kunt kenmerken van de stromingen benoemen.

Terugblik Congres van Wenen

• Wat was het doel van het Congres van Wenen?
• Welke landen behoorden tot de mogenheden?
  
•  In welke mate was het congres succesvol?
• Welke rol had het ancien régime bij het congres?
  

Politiek-maatschappelijke stromingen

Als reactie op de autoritaire orde ontstonden bewegingen met eigen opvattingen over staat en maatschappij.

1. Liberalisme
2. Nationalisme
3. Conservatisme
4. Socialisme (en reformisme: onderdeel van socialisme)
5. Feminisme
6. Confessionalisme
   

Geef een omschrijving van de volgende begrippen:

1.     Emancipatie beweging =
2.     Politieke stroming =

Antwoorden

1. Emancipatie beweging = beweging die streeft naar een gelijke behandeling met gelijke rechten en kansen
2. Politieke stroming = beweging die invloed wilt op het bestuur aan de hand van specifieke opvattingen

Opdracht overzicht KA

Je gaat een overzicht maken van de KA's 

1. de opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen liberalisme, nationalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme
   
2. de opkomst van emancipatiebewegingen

Hoe? Door vragen te beantwoorden (wow!)

Goedemorgen

Op tafel: schrift en boek

in tas: ipad

H8 De tijd van burgers en stoommachines

1800-1900

(§8.2 + §8.4)

1184 v.Chr. - De Grieken dringen Troje binnen met het Paard van Troje (legende).

Plan vandaag

Terugblik afronden tabel

Nakijken onderste rij tabel

Maken oefenvragen

Leerdoelen:

• Je kunt uitleggen hoe het congres van Wenen heeft bijgedragen aan de onderlinge verhoudingen in Europa.
• Je kunt verklaren hoe het liberalisme, nationalisme en conservatisme opkwamen en je kunt kenmerken van de stromingen benoemen.

Gebruik §8.2 + §8.4 in je informatieboek.
Neem over en vul de onderstaande tabel in met behulp van je boek.

Gebruik §8.2 + §8.4 in je informatieboek.
Neem over en vul de onderstaande tabel in met behulp van je boek.

Plaats de begrippen/personen/gebeurtenissen in de juiste kolom

Verheerlijking van eigen volk en discriminatie jegens anderen- Autoritaire vorsten - Abraham Kuyper - 

Economische vrijheid - eenheid van taal,geschiedenis en cultuur - Wilhelmina Drucker - Karl Marx - John S. Mill - Suffragettes -  Otto von Bismarck - Arbeidersklasse - nadruk op behoud van oude orde -  christenen - Schoolstrijd

*ideologie = manier van denken gebaseerd op overtuigingen en ideeën over hoe de samenleving eruit moet zien

Antwoorden onderste rij

Verheerlijking van eigen volk en discriminatie jegens anderen (nationalisme) - Autoritaire vorsten (conservatisme) - Abraham Kuyper (confessionalisme)  - Economische vrijheid (liberalisme) - eenheid van taal, geschiedenis en cultuur (nationalisme) - Wilhelmina Drucker (feminisme) - Karl Marx (socialisme) - John S. Mill (liberalisme) - Suffragettes (feminisme) -  Otto von Bismarck (nationalisme) - Arbeidersklasse (socialisme) - nadruk op behoud van oude orde (conservatisme) -  Christenen (confessionalisme). - Schoolstrijd (confessionalisme)

Beantwoord onderstaande vragen, let hierbij op een goede formulering; volledige antwoorden!

2a. Verklaar de noodzaak voor het organiseren van het Congres van Wenen (2p)
2b. Leg uit dat het ontstaan van de nieuwe kaart van Europa na het Congres van Wenen een oorzaak is van het nationalisme in de 19e eeuw. (2p)
2c. Geef een voordeel en een nadeel van de ideologie van het nationalisme in Europa in de 19e eeuw. (3p)
2d. Leg uit dat zowel het socialisme als het liberalisme geïnspireerd is door de idealen van de Verlichting. (3p)
2e. Leg het verband uit tussen de industriële revolutie en de opkomst van het socialisme. (2p)
2f. Leg uit dat het feminisme een voorbeeld is van een emancipatiebeweging. (2p)
2g. Geef een omschrijving van de schoolstrijd en geef een argument tegen en een argument voor deze strijd. (3p)