Overal 1-2 VH hfst 6.1 spanningsbronnen

Tekst
Elektriciteit
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScienceMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Tekst
Elektriciteit

Slide 1 - Tekstslide

Wat kun je allemaal met elektrische energie doen?

Slide 2 - Tekstslide

6.1 Spanningsbronnen
Elektrische Energie.

Bij een elektrische kachel
ontstaat uit elektriciteit warmte.

Met elektrische stroom kun je warmte maken.

Slide 3 - Tekstslide

6.1 Spanningsbronnen
Elektrische Energie.

Als een voorwerp erg heet wordt
gaat deze gloeien. Het voorwerp 
geeft licht.


Met elektrische stroom kun je licht maken.


Slide 4 - Tekstslide

6.1 Spanningsbronnen
Elektrische Energie.

Bij een elektrische trein
ontstaat uit elektriciteit
Beweging.


Met elektrische stroom kun je iets laten 
bewegen.


Slide 5 - Tekstslide

6.1 Spanningsbronnen
Elektrische Energie.

Met elektrische apparaten kun
Je bellen, schrijven, e-mailen,
Tv kijken en navigeren.
Deze apparaten verwerken
informatie

Met elektrische stroom kun je informatie verwerken.

Slide 6 - Tekstslide

6.1 Spanningsbronnen
Opwekken van elektriciteit.

In een elektriciteitscentrale wordt de energie uit een energiebron omgezet in elektrische energie.


Slide 7 - Tekstslide

6.1 Spanningsbronnen
Energiebronnen uit de bodem heten fossiele brandstoffen. 

Fossiele brandstoffen zijn:


Aardgas.         Steenkool.          Aardolie.

Slide 8 - Tekstslide

6.1 Spanningsbronnen
Duurzame energiebronnen

Stromend water.            de zon.             de wind.

Slide 9 - Tekstslide

Duurzame energiebronnen
Fossiele brandstoffen

Slide 10 - Sleepvraag

6.1 Spanningsbronnen
Dynamo

Spanningsbronnen

stopcontact

batterijen

accu's

Slide 11 - Tekstslide

6.1 Spanningsbronnen
Een spanningsbron levert elektrische energie.

De sterkte van een spanningsbron noemen we de spanning (U). 
De eenheid is volt (V)


Een stopcontact heeft
Een spanning van 230 V.

Slide 12 - Tekstslide

1,5 volt

Spanningsbronnen met de verschillende spanningen die zij leveren.

9 volt

4,5 volt

230 volt

2,4/4,2 V
12 volt

Slide 13 - Tekstslide

6.1 Spanningsbronnen
Als je een apparaat op een te lage spanning aansluit werkt het apparaat niet of niet goed.
Als je een apparaat o een te hoge spanning aansluit kan het apparaat kapot gaan.

Slide 14 - Tekstslide

6.1 Spanningsbronnen
Polen


Een spanningsbron heeft 2 aansluitpunten.

Dat zijn de polen van de spanningsbron.

Bij batterijen en accu’s heet de ene pool de pluspool en de ander de minpool .

Slide 15 - Tekstslide