V5

V5
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

V5

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schoolexamen

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Formuleren

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De niet aan het RIVM verbonden, bekende viroloog Ab Osterhaus is een expert op het gebied van ziekten die overdraagbaar zijn van dier op mens.
A
goede zin
B
tangconstructie

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Foutieve inversie?
Beginnen we vanmiddag om drie uur?
A
goede inversie
B
foutieve inversie

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Congruentiefouten
Deze som ....... een aantal van jullie niet goed gemaakt.
A
hebben
B
heeft

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een tautologie is...
A
B
woorden of woorddelen die foutief vermengd worden
C
iets dubbelop zeggen
D
een eigenschap bij het woord zeggen dat al een in de betekenis van het woord zit

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Door een paar commando's te geven probeerde de baas van de waakhond te voorkomen dat het dier niet tegen de bezoeker op zou springen.
A
Tautologie
B
Verwijsfout
C
Dubbele ontkenning
D
Verkeerd aansluitend beknopte bijzin

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Juist of foutieve inversie?
Het regende de hele middag en hebben we dus niets kunnen doen.
A
juist
B
foutief

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Direct na geland te zijn kwamen onze koffers er al aan.
A
Incongruentiefout
B
Verkeerd aansluitend beknopte bijzin
C
Woord te weinig
D
foutieve inversie

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De lockdown moet snel over zijn, omdat als leerlingen nog langer binnen zitten ze ongelukkig worden.
A
Tangconstructie
B
Dat/als-constructie
C
Incongruent
D
Geen fout

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is hier een tautologie?
A
Ik snoep meestal in de nacht
B
Ik drink nooit tijdens het rijden
C
Ik eet enkel en alleen friet
D
Ik slaap meer dan acht uur

Slide 12 - Quizvraag

Jullie
'Eenmaal aangekomen bij het laatste hoofdstuk kon Lasse het niet laten het boek uit te lezen.'

Is dit een verkeerd aansluitende of kloppende beknopte bijzin?
A
Verkeerd aansluitend
B
Kloppend

Slide 13 - Quizvraag

Het onderwerp is in beide zinnen: Lasse
Tautologie
A
blij en verheugd
B
heden en verleden
C
groen gras
D
uren op jou te wachten

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welke twee zinnen staat een congruentiefout?
A
Eén van de dieven was heel duidelijk in beeld op de bewakingsbeelden.
B
Het personeel van de winkel zijn altijd heel hulpvaardig.
C
In Nederland zijn er veel centra voor daklozen.
D
Twintig procent van de ondervraagden verwachten snel weer een baan te vinden.

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Uit het onderzoek blijkt dat als er niet snel iets gedaan wordt, de toestand zal verslechteren.
A
incongruentie
B
goed
C
losstaand zinsgedeelte
D
dat/alsconstructie

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Van welke formuleerfout is hier sprake?

Mevrouw Demaître is een lerares waarvoor alle leerlingen en docenten veel respect hebben.
A
Dubbelop
B
Verwijsfout
C
Congruentiefout
D
Dat/als-constructie

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maar eerst verwijsfouten: Dirk is onschuldig, ... treft geen verwijt.
A
hem
B
haar
C
die
D
dat

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Van welke formuleerfout is hier sprake?

De hele afdeling, stagiairs en chefs inbegrepen, kwamen op ziekenbezoek.
A
Dubbelop
B
Verwijsfout
C
Congruentiefout
D
Dat/als-constructie

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De generaal vertelde dat in iedere vaste standaarduitrusting een zakmes verpakt zit. Dat hoeft niemand dus zelf aan te schaffen.
A
Contaminatie
B
Losstaand zinsgedeelte
C
Tangconstructie
D
Verwijsfout

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe goed kan je het onderdeel formuleren al voor het schoolexamen?
A
Onvoldoende
B
Voldoende
C
Goed

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies