*Begrijpend lezen H3, hv 1

klas HV1: Begrijpend lezen NN6 
Hoofdstuk 3

Inleiding, slot en hoofdgedachte
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

klas HV1: Begrijpend lezen NN6 
Hoofdstuk 3

Inleiding, slot en hoofdgedachte

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Na deze lessenserie kun je: 
- de hoofdgedachte van een tekst formuleren
- de inleiding en het slot van een tekst herkennen

Slide 2 - Tekstslide

Wat is het onderwerp van een tekst?

Slide 3 - Open vraag

Hoe vind je het onderwerp van een tekst?

Slide 4 - Open vraag

Hoe noteer je het onderwerp van een tekst?
A
In een volledige zin
B
Zo kort mogelijk
C
In een verhaaltje

Slide 5 - Quizvraag

Uit welke drie onderdelen bestaat een tekst?

Slide 6 - Open vraag

Wat zijn deelonderwerpen?

Slide 7 - Open vraag

inleiding / slot?
Smakelijk echtpaar
Het stel kent elkaar van kleins af aan. Sinds de basisschool werden Joel en Ashley al plagerig Burger-King genoemd. Die bijnaam is net als hun liefde gebleven. Ashley koos er daarom ook voor om eerst de naam van haar man en daarna haar meisjesnaam te nemen.Burger-King is veel leuker dan alleen King of King-Burger – namen die ze ook had kunnen (blijven) gebruiken.

Slide 8 - Tekstslide

Inleiding
Het eerste deel van een tekst is de inleiding. 
Het doel van de inleiding is het onderwerp van de tekst duidelijk maken. 
Vaak gebeurt dat met een voorbeeld, een (grappig) verhaaltje (anekdote) of een bijzondere situatie. Daarmee wordt de lezer nieuwsgierig naar de rest van de tekst. Dat is het 2e doel van de inleiding.

Slide 9 - Tekstslide

Slot
Het laatste deel van een tekst is het slot. Daar vind je bijvoorbeeld een conclusie of een korte samenvatting. In het slot wordt ook wel naar de toekomst gekeken of er wordt aangehaakt bij de inleiding, zodat het verhaal mooi ‘rond’ is.
Bij nieuwsberichten ontbreekt vaak het slot. In deze berichten staat het belangrijkste altijd in het begin van de tekst. Het deel daarna geeft extra informatie. 
Bij informatieve teksten, zoals in naslagwerken en op internet, ontbreken inleiding en slot bijna altijd.

Slide 10 - Tekstslide

Hoofdgedachte (precies lezen)
De hoofdgedachte van een tekst is één volledige zin, die het belangrijkste samenvat wat in de tekst over het onderwerp gezegd wordt. 

Bij het onderwerp nieuwjaar’ kan de hoofdgedachte zijn: Wereldwijd bestaan er veel verschillende nieuwjaarstradities. 

De hoofdgedachte staat meestal  in het slot (heel soms in de inleiding). Het kan zijn dat je de hoofdgedachte daar letterlijk vindt, maar soms moet je zelf een zin formuleren. Die zin moet antwoord geven op de vraag: wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd?


Slide 11 - Tekstslide

Welke informatie kun je vinden in de inleiding van een tekst?

Slide 12 - Open vraag

Welk doel heeft een schrijver met de inleiding van een tekst?

Slide 13 - Open vraag

Wat zou een hoofdgedachte van een tekst kunnen zijn die gaat over de brugklas?

Slide 14 - Open vraag

Hoe noteer je de onderwerp van een tekst?
A
In een volledige zin
B
één of enkele losse woorden
C
In een verhaaltje

Slide 15 - Quizvraag

Waar vind je het onderwerp van een tekst?
A
inleiding
B
middenstuk
C
slot

Slide 16 - Quizvraag

Hoe noteer je de hoofdgedachte van een tekst?
A
In een volledige zin
B
één of enkele losse woorden
C
In een verhaaltje

Slide 17 - Quizvraag

Waar vind je de hoofdgedachte van een tekst?
A
inleiding
B
middenstuk
C
slot

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide