Wat is een gesloten vraag en wanneer gebruik je deze?
Slide 27 - Open vraag
Wat is empathie?
A
Aardig zijn
B
Inlevingsvermogen
C
Niet aardig zijn
D
Gelukkig zijn
Slide 28 - Quizvraag
Waar staat LSD voor?
A
Luisteren / Samen zijn / Doordrukken
B
Leven / Soms / Dank
C
Luisteren / Samenvatten/Doorvragen
D
Luisteren / Stellingnemen / Doordraven
Slide 29 - Quizvraag
Wat wordt bedoeld met de vierseconden-regel?
A
Stilte laten vallen
B
Snel praten
C
Snel luisteren
D
Snel beslissing nemen
Slide 30 - Quizvraag
Verwerkingsopdrachten hoofdstuk 3
Blz 73
timer
1:00
Slide 31 - Tekstslide
Barry maakt een naslagwerk over een nieuwe procedure voor het omgaan met een tekort aan voorraad. Dit naslagwerk kunnen andere medewerkers in hun werk gebruiken. Van welk communicatiedoel is hier sprake? Leg uit
Slide 32 - Open vraag
Theo vraagt een man op straat naar de kortste route naar het station. Als antwoord wijst de man met zijn hand in een bepaalde richting. Wie is de zender in dit voorbeeld? Leg uit
Slide 33 - Open vraag
Is er in dit voorbeeld sprake van interactie? Leg uit
Slide 34 - Open vraag
Is er in dit voorbeeld sprake van non-verbale communicatie? Leg uit
Slide 35 - Open vraag
3. Shoes for ever is een keten van schonenwinkels. Door ontwikkelingen in de schoenentrends beslist Shoes for ever een andere richting in te slaan. Er moet ook een nieuw beleid komen. a. Op welk management niveau moet dit beleid worden opgesteld?
Slide 36 - Open vraag
In welke van de volgende situaties is sprake van formele communicatie?
A
Gerard vertelt leidinggevende dat zijn zus gaat trouwen
B
Tijdens een beoordelingsgesprek krijgt Gerard te horen dat hij vaker op tijd moet komen.
C
Tijdens zijn werkt krijgt Gerard een schouderklopje van Niels.
Slide 37 - Quizvraag
Tijs werkt bij bouwmarkt De Klusman. Hij was altijd heel goedlachs en opgewekt, maar de laatste tijd zit hij niet zo lekker in zijn vel. Dat straalt hij ook uit. Hij is stil en een lachje kan er bijna niet meer vanaf. Soms snauwt hij zelfs klanten af. Manager Rolf heeft morgen een gesprek gepland om de situatie met Tijs te bespreken. Rolf hecht veel waarde aan klantvriendelijkheid. Hij heeft als regel dat zijn winkelpersoneel elke klant begroet of oogcontact met de klant maakt. De klant weet dan dat hij is opgemerkt. Noem de vormen van verbale en non-verbale communicatie die voorkomen in deze situatie.
Slide 38 - Open vraag
Warenhuis Vliegenvanger is een warenhuis in een middelgrote stad. Francine is manager van de afdeling Parfumerie. Volgende maand is er een extra koopzondag. Het warenhuis opent dan zijn deuren voor vaste klanten. Noteer drie communicatiemiddelen waarmee Francine haar medewerkers kan inlichten
Slide 39 - Open vraag
Lars is verkoper bij een groothandel. Hij wil graag iets weten over de inkoopprijs van een bepaald artikel. Daarom belt hij met Luca van de afdeling Inkoop. Hoe noem je deze communicatielijn? Leg uit
Slide 40 - Open vraag
Bij startup AllForUs werken vijf medewerkers. Zij zijn samen verantwoordelijk voor het succes van de organisatie. Er zijn geen managers. Iedereen communiceert met elkaar. Van welke communicatiestructuur is hier sprake?
Slide 41 - Open vraag
Leidinggevende Elsbeth wil een gesprek voeren met medewerker Erika. Bij welke fase van het gesprek horen de volgende punten? a. Ze plant een datum en tijd voor het gesprek.
Slide 42 - Open vraag
b. Ze denkt na over het doel van het gesprek.
Slide 43 - Open vraag
c. Ze maakt een samenvatting van het gesprek.
Slide 44 - Open vraag
d. Ze houdt het gesprek met Erika.
Slide 45 - Open vraag
Victor heeft een bruidsmodezaak. In de communicatie met zijn medewerkers gebruikt hij regelmatig de LSD-methode. Leg uit hoe Victor met behulp van deze methode de communicatie met zijn medewerkers kan verbeteren.
Slide 46 - Open vraag
Rick is tot nu toe vier keer per maand te laat op zijn werk verschenen. Hij mist hierdoor een vergadering, en klanten hebben tevergeefs op hem gewacht. Je besluit Rick hierop aan te spreken. Welke gesprekstechnieken zou je in dit gesprek toepassen? Leg uit.