Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
conditionnel
Le conditionnel
1 / 47
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
In deze les zitten
47 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Le conditionnel
Slide 1 - Tekstslide
Le
conditionnel
Slide 2 - Tekstslide
Le conditionnel
Uitleg le conditionnel
Slide 3 - Tekstslide
uitleg conditionnel
Slide 4 - Tekstslide
Conditionnel: Ils... prendre
A
prendrait
B
prendreaiet
C
prendront
D
prendraient
Slide 5 - Quizvraag
Vous ______ (avoir - conditionnel)
A
avez
B
aurez
C
aviez
D
auriez
Slide 6 - Quizvraag
être, conditionnel:
je ...
Slide 7 - Open vraag
wat zijn de uitgangen van de conditionnel
A
ais/ais/ait/ ions/iez/aient
B
ai/as/a/ons/ez/ont
C
ai/as/a/ons/ez/ent
Slide 8 - Quizvraag
conditionnel- vouloir - elles
A
voudraient
B
voudrait
C
voudra
D
voulaient
Slide 9 - Quizvraag
conditionnel- pouvoir- vous
A
voulez
B
voudrez
C
vouliez
D
voudriez
Slide 10 - Quizvraag
Je (mettre, conditionnel)
Slide 11 - Open vraag
De futur en conditionnel zijn beide...
A
toekomende tijden
B
verleden tijden
Slide 12 - Quizvraag
Conditionnel: Vous ... (avoir)
A
avez
B
aurez
C
aviez
D
auriez
Slide 13 - Quizvraag
conditionnel, voir, ils
Slide 14 - Open vraag
Boire
je .....
conditionnel
Slide 15 - Open vraag
Conditionnel: ils... choisir
A
choisissions
B
choisions
C
choisiraient
Slide 16 - Quizvraag
Conditionnel: wat is de stam van être
Slide 17 - Open vraag
'Donner' in de conditionnel
A
Je donnerai, tu donnerais, il donnerait
B
Je donnerai, tu donneras, il donnera
C
Je donnerais, tu donnerais, il donnerait
D
Je donnera, tu donneras, il donnera
Slide 18 - Quizvraag
Conditionnel
A
Je fais du sport
B
J'ai fait du sport
C
Je ferais
D
Je ferai du sport
Slide 19 - Quizvraag
pouvoir
elle, conditionnel
Slide 20 - Open vraag
Conditionnel: il... marcher
A
marcherait
B
marchait
C
marchais
Slide 21 - Quizvraag
De uitgangen van de conditionnel...
A
Zijn hetzelfde als de uitgangen van de imparfait
B
Zijn hetzelfde als de uitgangen van de Passé composé
C
Zijn hetzelfde als de uitgangen van de présent
D
Zijn hetzelfde als de uitgangen van de futur
Slide 22 - Quizvraag
Waar wordt de conditionnel voor gebruikt?
A
Als beleefdheidsvorm
B
Om een wens uit te drukken
C
Als verleden tijd
D
Als toekomende tijd
Slide 23 - Quizvraag
Vervoeg: vouloir, conditionnel, je
Slide 24 - Open vraag
vouloir, conditionnel:
je ...
Slide 25 - Open vraag
De uitgangen van de conditionnel zijn hetzelfde als die van...
A
Le verbe avoir au présent
B
Le futur
C
L'imparfait
Slide 26 - Quizvraag
Conditionnel: il... prendre
A
prendrait
B
prendreait
C
prendait
Slide 27 - Quizvraag
mettre, conditionnel, nous
Slide 28 - Open vraag
conditionnel
aller: il
Slide 29 - Open vraag
tu (pouvoir) conditionnel
A
tu peux
B
tu pouras
C
tu pourras
D
tu pourrais
Slide 30 - Quizvraag
Hoe maak je conditionnel?
A
ww - er/ir/re + uitgangen (ais, ais, ait, ions, iez, aient)
B
heel ww + uitgangen (ais, ais, ait, ions, iez, aient)
C
heel ww + uitgangen (ai, as, a, ons, ez, ont)
D
ww- er/ir/re + é, i of u
Slide 31 - Quizvraag
avoir, conditionnel
Ils .............
timer
0:10
Slide 32 - Open vraag
futur & conditionnel
het hele werkwoord + uitgang
uitgang futur:
ai
as
a
ons
ez
ont
uitgang conditionnel:
ais
ais
ait
ions
iez
aient
Slide 33 - Tekstslide
J' (atteindre, conditionnel)
A
atteindrai
B
atteignais
C
atteindrais
D
ateindrais
Slide 34 - Quizvraag
Conditionnel
A
Ils ont une piscine
B
Ils auront une piscine
C
Ils auraient une piscine
D
Ils ont eu une piscine
Slide 35 - Quizvraag
être
vous, conditionnel
Slide 36 - Open vraag
conditionnel
être: nous
Slide 37 - Open vraag
écouter (conditionnel)
tu
A
tu écouterais
B
tu écoutais
C
tu écouteras
Slide 38 - Quizvraag
Conditionnel: Tu ... (écouter)
A
tu écouterais
B
tu écoutais
C
tu écouteras
D
tu écoutes
Slide 39 - Quizvraag
Conditionnel
A
Nous aurons un chien
B
Nous avons un chien
C
Nous avons eu un chien
D
Nous aurions un chien
Slide 40 - Quizvraag
Conditionnel: elles ... (vouloir)
A
voudraient
B
voudrait
C
voudra
D
voulaient
Slide 41 - Quizvraag
venir, conditionnel:
ils
Slide 42 - Open vraag
vous _______ (vendre, conditionnel)
Slide 43 - Open vraag
Vervoeg: croire, conditionnel, nous
Slide 44 - Open vraag
conditionnel
faire: vous
Slide 45 - Open vraag
Conditionnel: nous... être
A
serions
B
êtrions
C
aurions
Slide 46 - Quizvraag
Je "avoir" (conditionnel)
Ik zou hebben
timer
0:20
Slide 47 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
Onreg ww: 6 tijden avoir, être, faire, aller, pouvoir, vouloir
April 2021
- Les met
35 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Verbes avoir, être, faire, aller, pouvoir, vouloir futur et conditionnel
Februari 2022
- Les met
14 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
futur simple / conditionnel hst 1
December 2020
- Les met
10 slides
Frans
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
le futur simple et le conditionnel
December 2023
- Les met
23 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Le 14 février (H3C)
Februari 2022
- Les met
23 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Le futur et le conditionnel
September 2020
- Les met
15 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Le conditionnel
Januari 2024
- Les met
26 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Futur (zal, zullen) et Conditionnel (zou, zouden)
Februari 2024
- Les met
29 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5