Les articles V5

Welke lidwoorden ken je allemaal in het Frans?
1 / 16
volgende
Slide 1: Woordweb
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welke lidwoorden ken je allemaal in het Frans?

Slide 1 - Woordweb

Hoe vertaal je de/ het ?

Slide 2 - Open vraag

Hoe vertaal je een in het Frans?

Slide 3 - Open vraag

Bepaalde lidwoorden
Le ( man enk ) --> le chien --> de hond
la ( vr enk)--> la classe --> de klas
l'(  m/v enk begint met klinker of stomme h) --> l'école --> de school
les ( mv) --> les chiens --> de honden

Slide 4 - Tekstslide

Onbepaald lidwoord 
un ( man enk) --> un chien --> een hond
une ( vr enk) --> une classe --> een klas

des ( mv) --> des chiens --> honden

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Delend lidwoord 
du/ de la / de l'/ des

Je gebruikt het delend lidwoord als er geen lidwoord voor het znw staat in het Nederlands staat en als je de hoeveelheid niet weet.

Slide 7 - Tekstslide

Du 
Mannelijk enkelvoud
Il mange du pain avec du fromage.
Hij eet brood met kaas.

Slide 8 - Tekstslide

De la
vrouwelijk enkelvoud

Elle a acheté de la glace avec de la chantilly.
Zij heeft ijs met slagroom gekocht.

Slide 9 - Tekstslide

De l'
woorden in het enkelvoud die met een klinker beginnen.

Il boit de l'eau.
Hij drinkt water.

Slide 10 - Tekstslide

Des
Meervoud m/v

Il achète des bonbons au suermarché.

Hij koopt snoepjes in de supermarkt.

Slide 11 - Tekstslide

Attention!
Na een ontkenning veranderen onbepaalde ( un, une,des) en delende lidwoorden ( du/ de la/ de l'/ des ) in de / d' behalve bij être.

C'est une pomme. Ce n'est pas une pomme. 

Slide 12 - Tekstslide

Na een woord van hoeveelheid of ontkenning.

De delende lidwoorden du/ de la/ de l'/ des veranderen in de/ d'

Il boit un verre d'eau.
Il mange beaucoup de bonbons.
Elle ne mange pas de pain.

Slide 13 - Tekstslide

Aimer/ détester/ préférer/ adorer/ haïr 

Na deze werkwoorden gebruik je altijd een bepaald lidwoord, ook na de ontkenning
(werkwoorden van voorkeur en afkeur)

Slide 14 - Tekstslide

l’ article
1. Elle boit une tasse ... thé.
2. Tu veux ... coca? Non, je n’aime pas ... coca , je préfère ... eau.
3. Il n’achète jamais ... produits de luxe.
4. ... vieilles voitures contribuent à la pollution de l’air.
5. Je n’ai pas ... devoirs pour demain, heureusement.
6. Ce ne sont pas ... animaux dangereux.

Slide 15 - Tekstslide

Au travail 

Slide 16 - Tekstslide