Present Continuous

Imperative:
Wees op tijd!


A
You must be on time!
B
You have to be on time!
C
Be on time!
1 / 12
volgende
Slide 1: Quizvraag
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Imperative:
Wees op tijd!


A
You must be on time!
B
You have to be on time!
C
Be on time!

Slide 1 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Imperative:
Steek niet over!
A
Don't cross the road.
B
You cross not the road.

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

A or an?
A
An apple
B
A apple

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

a or an?
ear
A
a
B
an

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

A or an?
A
a euro
B
an euro

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

A or An

... tree
A
A
B
An

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

A or An

... uniform
A
A
B
An

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present continuous uitleg
- als iets aan de gang is
- now, right now, at the moment
-to be (am / are / is) + werkwoord + -ing.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present continuous:

Wat geef je aan met de present continuous?
A
Iets dat altijd, nooit of regelmatig gebeurt
B
Iets dat NU aan de gang is.
C
Iets dat is gebeurd in het verleden.

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present continuous:
Pick the present continuous.
A
We are eating lunch at the cafeteria.
B
They have eaten lunch at the cafeteria before.
C
She ate lunch at the cafeteria.
D
He has eaten lunch at the cafeteria.

Slide 10 - Quizvraag

Present continuous
1. aan te geven dat iets NU aan de gang is. Signaalwoorden zijn o.a: "now, at the moment, listen..." enz.
2. aan te geven dat je iets van plan bent. Meestal staat er bij wanneer je in de toekomst dat van plan bent.
3. irritatie aan te geven
Maak de present continuous door: vorm van 'to be' (am/is/are) + ww+ ing
Susanne is singing right now
Present Continuous:
Pick the present continuous.
A
I am going to be waiting at the crossroads.
B
I was waiting at the crossroads.
C
I am waiting at the crossroads.
D
I will be waiting at the crossroads.

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present Continuous:

Wat is de regel van de present continuous?
A
ww+ - ed
B
shit = ww+-s
C
vorm van to be + ww+-ing

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies