In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
In een alinea staat bijna altijd een kernzin=
de belangrijkste informatie van de alinea:
= het belangrijkste wat de schrijver over een onderwerp zegt
Hoe vind je de hoofdgedachte?
- zoek het onderwerp van de tekst
- noteer in 1 zin wat de schrijver over het onderwerp zegt
In elke tekst staat belangrijke en minder belangrijke informatie:
verwijzen naar één of meer woorden in de tekst en soms zelfs naar een hele zin.