Het Voltooid Deelwoord als Bijvoeglijk Naamwoord

Het Voltooid Deelwoord als Bijvoeglijk Naamwoord

Leerdoel

Aan het einde van deze les kun je uitleggen wat het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord is en hoe het wordt gebruikt.

Introduceer het leerdoel van de les en leg uit wat de studenten zullen leren.

Wat weet jij al over het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord?

Wat is een Bijvoeglijk Naamwoord?

Een bijvoeglijk naamwoord is een woord dat een zelfstandig naamwoord beschrijft of beperkt.

Geef een korte uitleg over wat bijvoeglijk naamwoord betekent.

Wat is een Voltooid Deelwoord?

Een voltooid deelwoord is de derde vorm van een werkwoord. Het wordt gebruikt om een actie te beschrijven die in het verleden is voltooid.

Leg uit wat een voltooid deelwoord is en geef voorbeelden.

Voltooid Deelwoord als Bijvoeglijk Naamwoord

Het voltooid deelwoord kan ook worden gebruikt als een bijvoeglijk naamwoord om een zelfstandig naamwoord te beschrijven.

Leg uit dat het voltooid deelwoord ook als bijvoeglijk naamwoord kan worden gebruikt en geef voorbeelden.

Vervoegen van het Voltooid Deelwoord

Het voltooid deelwoord kan worden vervoegd als een bijvoeglijk naamwoord. Het past zich aan aan het geslacht en de meervoudsvorm van het zelfstandig naamwoord.

Leg uit hoe het voltooid deelwoord wordt vervoegd als een bijvoeglijk naamwoord en geef voorbeelden.

Voorbeelden

Voorbeelden van het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord zijn: 'gekookte aardappelen', 'gelezen boeken', 'gebroken glas'.

Geef meer voorbeelden van het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.

Oefenen

Laat de studenten oefenen met het schrijven van zinnen met het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.

Geef instructies voor een activiteit waarin studenten zinnen moeten schrijven met het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.

Samenvatting

Het voltooid deelwoord kan worden gebruikt als bijvoeglijk naamwoord om een zelfstandig naamwoord te beschrijven. Het wordt vervoegd aan het geslacht en de meervoudsvorm van het zelfstandig naamwoord.

Vat de belangrijkste punten van de les samen en beantwoord eventuele vragen van de studenten.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.