Logistiek 2 module 21 Derving voorkomen

• Economie en Ondernemen
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Agenda

Bijna toetsweek! Boekje 17 t/m 22

Praktische opdracht?

Start boekje 21: Derving voorkomen - 3 taken

Leerdoelen taak 1 Derving

In deze taak leer je:

wat derving is

uit te leggen welke soorten derving er zijn

uit te leggen hoe je derving kunt voorkomen.

Leerdoelen taak 2 Derving berekenen en verwerken

In deze taak leer je:

hoe je derving kunt berekenen

hoe je derving op voorraadkaarten verwerkt.

digitaal.boomonderwijs.nl

digitaal.boomonderwijs.nl

Aan de slag boekje 21

Taak 1 Derving voorkomen

Maak opdracht: 2,3 en 4

Taak 2 Derving berekenen en verwerken

Opdracht 2 en 3ABCD

Leerdoelen taak 3 Derving in de voorraadadministratie verwerken

In deze taak:

controleer je de voorraad

verwerk je derving in de voorraadadministratie.

In deze taak leer je:

welke soorten voorraad er zijn

hoe verschillen in de voorraad ontstaan

hoe je derving in de voorraadadministratie kunt verwerken.

digitaal.boomonderwijs.nl

Aan de slag boekje 21

Taak 3 Derving in de voorraadadministratie verwerken

Maak opdracht: 2 en 3

Klaar?

Begrippentrainer en oefentoets

Kernbegrippen boekje 21

Derving - onbekend/bekend

Voorraadsysteem

Technische/werkelijke voorraad

Economische voorraad

Administratieve voorraad

De verschillende voorraden

1. Technische voorraad = de voorraad die in het bedrijf aanwezig is. Dit noemen we ook wel de werkelijke voorraad.

De verschillende voorraden

2. Economische voorraad = de voorraad die beschikbaar is voor verkoop. 

economische voorraad = technische voorraad + bestelde (maar nog niet binnengekomen) artikelen - verkochte (maar nog niet afgeleverde) artikelen

De verschillende voorraden

3. Administratieve voorraad = de voorraad zoals die geregistreerd staat in de administratie. Deze kan groter of kleiner zijn dan de werkelijke voorraad door bv  diefstal.

De verschillende voorraden

Daarnaast moet je rekening houden met:

3. Maximumvoorraad = de voorraad van een artikel mag niet groter zijn dan de maximumvoorraad. Dit is dus de maximaal aanwezige voorraad van een artikel.

4. Minimumvoorraad = de voorraad van een artikel die minimaal aanwezig moet zijn. Komt de voorraad van een artikel onder het minimum, dan moet je bijbestellen.