Week 5A Aspergesoep

Aspergesoep
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
HorecaPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Aspergesoep

Slide 1 - Tekstslide

Wat heb je vorige week gemaakt?

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Leerling kan diverse specerijen herkennen.
  • Leerling kan kenmerken van de Nederlandse keuken benoemen.
  • Leerling kan met een roux een gebonden soep maken.

Slide 3 - Tekstslide

Nederlandse keuken
Nederlandse keuken: vaak onderschat als eenvoudig, voedzaam en goedkoop

Waarom? Vroeger vooral voor arbeiders van landbouw en veeteelt (het moest voedzaam en stevig zijn)

Slide 4 - Tekstslide

Aan wat voor eten denk jij bij de Nederlandse keuken

Slide 5 - Woordweb

Diversiteit
Nederlandse keuken: mooie, smaakvolle en wereldberoemde gerechten.

Nederlandse keuken: veel specifieke streekproducten + koloniaal verleden hierdoor veel invloeden van buitenaf.

Slide 6 - Tekstslide

Waarom denken mensen dat de Nederlandse keuken niet 'verfijnd' is?

Slide 7 - Open vraag

Welk doel had de maaltijd vroeger?

Slide 8 - Open vraag

Welke specerijen zie je hier?

Slide 9 - Woordweb

Nederlandse eetgewoontes
Nederlandse keuken staat bekend als: een stukje vlees, aardappelen met jus en (te) gaar gekookte groente

Verandering door? groeiende welvaart,
meer restaurants, vakanties

Nu! trendsetters in geoogste (vergeten) groenten uit eigen land, veel aandacht voor streekproducten. Gevarieerder en creatiever

Slide 10 - Tekstslide

Geef antwoord

Slide 11 - Tekstslide

Welke termen herken jij en wat betekenen ze?

Slide 12 - Open vraag

Stage
Welke afspraken zijn er gemaakt op je stage?

Slide 13 - Tekstslide

Theorie
Samen bespreken en op schrijven betekenis:
  • Stamppot
  • Asperges
  • Kroket
  • Oesters
  • Beurre blanc

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

voorbereiding
We gaan met de volgende 3 slides, onze spullen verzamelen en de keuken hygiënisch schoon maken. 

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

emmer sop
1. pak het blauwe schoonmaakmiddel.

2. doe 1/2 dopje in je emmer. 

3. vul tot het 2e streepje. 

Slide 18 - Tekstslide

Materialen:


  • Grote steelpan
  • Bekken
  • Koksmes
  • Snijplank
  • Maatbeker
  • Kookwekker
  • Schuimspaan
  • Dunschiller 
  • Puntzeef

Slide 19 - Tekstslide

Ingrediënten:


  • Witte asperge 250 gram
  • Water 0,75 Liter
  • Ongezouten roomboter 37,5 gram
  • Tarwebloem 37,5 gram
  • Groentebouillon 1 tablet
  • Slagroom 62,5 ml
  • Nootmuskaat 1 mespunt

Slide 20 - Tekstslide

uitvoeren

Volg de stappen voor een goed resultaat

Slide 21 - Tekstslide

Stap 1
Schil de asperges van de kop naar beneden.
BEWAAR DE SCHILLEN!

Snij 3cm van de onderkant af. Leg dit bij de schillen.

Slide 22 - Tekstslide

Stap 2
Verwarm 0,75 liter water en leg de asperges in de pan.

Kook 5 minuten.
Zet het vuur uit.
Zet een timer van 10 minuten.

Slide 23 - Tekstslide

Stap 3
Schep de asperges uit het water.
Gooi het water NIET weg!

Leg de schillen en onderkanten in het water en kook 20 minuten zacht.

Slide 24 - Tekstslide

Stap 4
Schenk de soep door de puntzeef, van het vocht op!

Werk eventueel samen

Slide 25 - Tekstslide

Stap 5
  • Smelt de boter in de pan.
  • Voeg de bloem toe.
  • Roer tot een glad mengsel.
  • Roer 3-4 minuten op laag vuur.
  • Let op het mag NIET kleuren

Slide 26 - Tekstslide

Stap 6
Voeg de bouillon en het bouillontablet toe.
Breng aan de kook en kook  5 minuten zachtjes.

Slide 27 - Tekstslide

Stap 7
Snijd de asperge in stukjes en voeg met slagroom toe aan de soep.

Breng op smaak met peper, zout en nootmuskaat

Slide 28 - Tekstslide

afronden
na het koken ga je je spullen schoonmaken en opruimen. 

je zorgt dat ze ruimte weer netjes wordt.

Slide 29 - Tekstslide

stap 1
Afwassen en afdrogen van het gebruikte materiaal

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

stap 2
maak je werkblad schoon

Slide 32 - Tekstslide

stap 3
Maak het fornuis schoon

Slide 33 - Tekstslide

stap 4
veeg en/of dweil de vloer. 

Slide 34 - Tekstslide

schoonmaaktaken: 
  • wasbakken 1+2
  • wasbakken 3+4
  • Temperatuur meten
  • werkbank controleren
  • was vouwen
schoonmaaktaken:
  • vloer vegen
  • vloer schrobben
  • vloer trekken
  • kruidenkar
  • tafels schoonmaken

Slide 35 - Tekstslide

Nabespreken
kijk terug op de les. Hoe is het gegaan, wat ging super? 
zijn er ook dingen die je anders zou doen?
antwoord dit op de volgende slides

Slide 36 - Tekstslide

Hoe smaakte het gerecht?
A
lekker
B
niet lekker
C
een beetje lekker
D
ik heb het niet geproefd

Slide 37 - Quizvraag

Wat ga je de volgende keer anders doen?

Slide 38 - Open vraag

wat heb je geleerd deze les. Noem minimaal 1 ding

Slide 39 - Open vraag