HNE Duits HNE M2 Blok 2 les 1: S9

Herzlich Willkommen im Deutschunterricht!
Mittwoch 2. November2022
Woche 44 - Herbst 
Du brauchst: 
- Laptop
- Buch
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Herzlich Willkommen im Deutschunterricht!
Mittwoch 2. November2022
Woche 44 - Herbst 
Du brauchst: 
- Laptop
- Buch

Slide 1 - Tekstslide

Was machen wir heute?
  • wir reden ein bisschen über unseren Urlaub
  • wir üben Wörter
  • wir lernen ein wenig Grammatik
  • Hausaufgaben + an die Arbeit 

Slide 2 - Tekstslide

im Ausland gewesen.
gelesen.
geschwommen.
genetflixt.
gegessen.
einen Ausflug gemacht.
mit Freunden getroffen.
eine Feier gehabt.
Games gespielt.
Sport getrieben.
Musik gemacht.
gefaulenzt.
...
Am Montag 
       Dienstag 
       Mittwoch
       Donnerstag
       Freitag
       Samstag 
       Sonntag 
Am Wochenende
Was hast du im Urlaub gemacht?
habe ich
bin ich

Slide 3 - Tekstslide

der Ausflug
das Essen
das Wochenende
die Eltern
das Frühstück
fahren
das Dorf
gut
schlecht
het hotel
de excursie / uitje
het ontbijt
het weekend
het eten
het hotel
slecht
goed
het dorp
rijden
de ouders

Slide 4 - Sleepvraag

Wörter (S. 85)
de excursie - der Ausflug
de auto - das Auto
bezichtigen - besichtigen
het dorp - das Dorf
de ouders - die Eltern
het eten - das Essen
rijden - fahren
het ontbijt - das Frühstück
goed - gut
het hotel - das Hotel
beste Yusuf (man) - Lieber beste Anna (vrouw) - Liebe
Oostenrijk - Österreich
slecht - schlecht
het weer - das Wetter 
weekend - das Wochenende

Slide 5 - Tekstslide

schwache verben

Slide 6 - Tekstslide

Maar eerst:
Welke "persoonlijk
voornaamwoorden" ken je?

Slide 7 - Woordweb

regelmatige werkwoorden / zwakke werkwoorden in het Duits
ich 
du
er / sie / es

wir
ihr
sie / Sie
ik
jij
hij / zij / het

wij
jullie
zij / u
! IDEWIS !
Persoonlijk voornaamwoord =
Personal Pronomen

Slide 8 - Tekstslide

hele werkwoord = spielen

ich 
du
er / sie / es

wir
ihr
sie / Sie
STAM
spiel -
spiel - 
spiel - 

spiel - 
spiel - 
spiel - 
STAP 1: 
maak de stam van het werkwoord dus min -en

Slide 9 - Tekstslide

hele werkwoord = spielen

ich 
du
er / sie / es

wir
ihr
sie / Sie
STAM
spiel -
spiel - 
spiel - 

spiel - 
spiel - 
spiel - 
STAP 2: 
plak de juiste uitgang achter de juiste persoon
uitgangen
e
st 

en 
en 

Slide 10 - Tekstslide

hele werkwoord = spielen

ich 
du
er / sie / es

wir
ihr
sie / Sie
STAM
spiel -
spiel - 
spiel - 

spiel - 
spiel - 
spiel - 
Ezelsbrug is: 
(fe)esttenten

(f
e)
e
st 

en 
en 

Slide 11 - Tekstslide

Stappenplan 
Werkwoordvormen regelmatige werkwoorden      (tegenwoordige tijd / das Präsens)

1. Begin met het bepalen van de stam. Hoe doe je dat?
2. Bepaal welke om welke werkwoordvorm het gaat (dmv persoonlijk voornaamwoord of zelfstandig naamwoord).
3. Kies de juiste uitgang.

Slide 12 - Tekstslide

Snap je dit?
Ik snap het
Ik snap het een beetje
Ik snap het niet

Slide 13 - Poll

Slide 14 - Tekstslide

Vul de juiste vervoeging van "machen" in:
Warum ... er das?
A
machen
B
macht
C
mache
D
machst

Slide 15 - Quizvraag

wohnen
Der Mann ... in Australien
A
wohnen
B
wohne
C
wohnst
D
wohnt

Slide 16 - Quizvraag

kochen
Wir .... heute Pasta.
A
kochen
B
kocht
C
kochst
D
koche

Slide 17 - Quizvraag

lieben
... du deine Freundin?
A
liebe
B
lieben
C
liebt
D
liebst

Slide 18 - Quizvraag

Snap je het?
Ik snap het
Ik snap het een beetje
Ik snap het niet

Slide 19 - Poll

Buch, S. 84, Übung A
Ich                          Deutch (lernen)
                                du viel in der Schule? (lernen)
Wir                          in Österreich (wohnen)
Wir                          für die Prüfung. (lernen)
Wo                          sie? (wohnen)
Ich                          in den Niederlanden. (wohnen)
Ihr                          gerne (lernen
Sie                         fotografieren (lernen)
Ihr                          hier schön

Slide 20 - Tekstslide

Hausaufgaben
Machen: Übung 2b + 3b+c + 6 
Lernen:  Grammatik 2 + Wörter 3

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide