(H)V1 H3 Getallen

H2 Getallen
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

H2 Getallen

Slide 1 - Tekstslide

Voorkennis

Slide 2 - Tekstslide

Getallen
Welke soorten?
Waar staan ze op een getallen lijn?
Groot of klein?
Groter of kleiner?

Slide 3 - Tekstslide

Wat is meer?
Is 4 meer dan 6?



Slide 4 - Tekstslide

Wat is meer?
Is 4 meer dan 6?

Is dat altijd zo?



Slide 5 - Tekstslide

Wat is meer?
Is 4 meer dan 6?

Is dat altijd zo?

4 jaar is meer dan 6 maanden



Slide 6 - Tekstslide

3.1 Natuurlijke getallen

Slide 7 - Tekstslide

De waarde van een getal hangt dus soms af van de betekenis.

Slide 8 - Tekstslide

Verschil
Getal en een cijfer?

Slide 9 - Tekstslide

Verschil
Getal en een cijfer?

Een getal is opgebouwd uit de cijfers: 0,1,2,3,4,5,6,7,8 en 9

Slide 10 - Tekstslide

Verschil
Getal en een cijfer?

Een getal is opgebouwd uit de cijfers: 0,1,2,3,4,5,6,7,8 en 9
Dus het getal 314 is opgebouwd uit de cijfers 3, 1 en 4.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

10-talligstelsel
De plaats van een cijfer bepaalt de waarde van dat cijfer.
Afhankelijk van de plaats vermenigvuldig je 
met 1, 10, 100, 1000, etc.
5673
5x1000 + 6x100 + 7x10 + 3x1


Slide 13 - Tekstslide

10-talligstelsel
De plaats van een cijfer bepaalt de waarde van dat cijfer.
Afhankelijk van de plaats vermenigvuldig je 
met 1, 10, 100, 1000, etc.

Slide 14 - Tekstslide

10-talligstelsel
De plaats van een cijfer bepaalt de waarde van dat cijfer.
Afhankelijk van de plaats vermenigvuldig je 
met 1, 10, 100, 1000, etc.
5673
5x1000 + 6x100 + 7x10 + 3x1

5 duizendtallen, 6 honderdtallen, 7 tientallen en 3 eenheden

Slide 15 - Tekstslide

Grote getallen
Honderd
Duizend
Tienduizend
Honderdduizend
Miljoen

Slide 16 - Tekstslide

Vervolg grote getallen
Tien miljoen
Honderd miljoen
Miljard
?

Slide 17 - Tekstslide

Nog grotere getallen
Biljoen
Biljard
Triljoen
Triljard

Hoe heet een getal met 100 nullen?


Slide 18 - Tekstslide

groter dan/kleiner dan
<


>

Slide 19 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Maak van paragraaf 3.1: opgave 1 t/m 10


timer
15:00

Slide 20 - Tekstslide