Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
BBL 1B8B online 24 december
Nederlands BBL 1B8B
22 december
2021
1 / 44
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
In deze les zitten
44 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Nederlands BBL 1B8B
22 december
2021
Slide 1 - Tekstslide
programma
Dagverslag kort bespreken.
Werkwoordsvormen vervolg
Luisteren en aantekeningen maken- samen
huiswerk: Nieuwsbegrip tekst lezen (bij woordenschat) en woordenschatoefening maken
Slide 2 - Tekstslide
Maak een foto van je dagverslag en plaats dat hier.
Slide 3 - Open vraag
Verder met werkwoorden
je zegt van het gekozen werkwoord
tegenwoordige tijd: hij .....
verleden tijd: hij ..............
voltooide tijd: ik ..... ...........
Slide 4 - Tekstslide
Verleden tijd - regelmatig
Alles wat gebeurde..
Afkorting: VT
Sterk of zwak?
Zwak - ik vorm
TaXiKoFSCHiP
Ik-vorm + te(n)/ de(n)
Leren
TT
VT
Ik
Leer
Leerde
Jij/ je/ u
Leer + T
Leerde
Hij/ zij
Leer + T
Leerde
Wij
Leren
Leerden
Jullie
Leren
Leerden
Zij
Leren
Leerden
Slide 5 - Tekstslide
Onregelmatige werkwoorden
Onregelmatige werkwoorden
krijgen een andere klank.
Dit zijn sterke werkwoorden.
Ze veranderen!
Lopen
TT
VT
Ik
Loop
L
ie
p
Jij/ je/ u
Loop
t
L
ie
p
Hij/ zij
Loop
t
L
ie
p
Wij
Lopen
L
ie
pen
Jullie
Lopen
L
ie
pen
Zij
Lopen
L
ie
pen
Slide 6 - Tekstslide
veel voorkomende bijzondere werkwoorden
Er zijn 6 veel voorkomende bijzondere onregelmatige werkwoorden:
Zijn - kunnen - hebben - zullen - mogen - willen
Slide 7 - Tekstslide
Bijzondere onregelmatige werkwoorden: ZIJN
Bijzondere onregelmatige
werkwoorden krijgen een
andere klank/woord.
Dit zijn sterke werkwoorden.
Ze veranderen!
Zijn
TT
VT
Ik
ben
was
Jij/ je/ u
bent
was
Hij/ zij
is
was
Wij
zijn
waren
Jullie
zijn
waren
Zij
zijn
waren
Slide 8 - Tekstslide
Vul de goede vorm in in de tegenwoordige tijd
Samah ............. te laat op school vandaag.
Zijn
A
is
B
zijn
C
was
D
bent
Slide 9 - Quizvraag
Vul de goede vorm in in de verleden tijd
Jij ............. niet te laat op school vandaag gelukkig.
Zijn
A
is
B
zijn
C
was
D
waren
Slide 10 - Quizvraag
Bijzondere onregelmatige werkwoorden: hebben
hebben
TT
VT
Ik
heb
had
Jij/ je/
u
hebt/
heeft
had
Hij/ zij
heeft
had
Wij
hebben
hadden
Jullie
hebben
hadden
Zij
hebben
hadden
Slide 11 - Tekstslide
Wat is goed? Tegenwoordige tijd.
Achmed ....... al heel lang een stageplek!
hebben
A
heb
B
hebt
C
heeft
D
had
Slide 12 - Quizvraag
Wat is goed? Tegenwoordige tijd.
....... jij al een stageplek gevonden?
hebben
A
heb
B
hebt
C
heeft
D
had
Slide 13 - Quizvraag
Bijzondere onregelmatige werkwoorden: zullen
Zullen: hulpwerkwoord voor
toekomende tijd.
Ik zal komen.
Zij zouden gaan verhuizen
= waren van van plan te verhuizen
Zullen
TT
VT
Ik
zal
zou
Jij/ je/ u
zult/ zal
zou
Hij/ zij
zal
zou
Wij
zullen
zouden
Jullie
zullen
zouden
Zij
zullen
zouden
Slide 14 - Tekstslide
tegenwoordige tijd:
........ ik u naar de eetkamer brengen?
zullen
A
zullen
B
zal
C
zult
D
zou
Slide 15 - Quizvraag
tegenwoordige tijd:
U ........wel verdrietig zijn omdat uw dochter niet kan komen.
zullen
A
zullen
B
zal
C
zult
D
zou
Slide 16 - Quizvraag
Bijzondere onregelmatige werkwoorden: mogen
mogen = toestemming hebben
Mam, mag ik een koekje pakken?
Mogen we aan de opdracht
beginnen?
Mogen
TT
VT
Ik
mag
mocht
Jij/ je/ u
mag
mocht
Hij/ zij
mag
mocht
Wij
mogen
mochten
Jullie
mogen
mochten
Zij
mogen
mochten
Slide 17 - Tekstslide
verleden tijd:
Wij ......... niet op vakantie, vanwege corona!
mogen
A
mogen
B
mag
C
mocht
D
mochten
Slide 18 - Quizvraag
verleden tijd:
Hij ......... een jaar langer over zijn studie doen, vanwege zijn ziekte.
mogen
A
mogen
B
mag
C
mocht
D
mochten
Slide 19 - Quizvraag
Bijzondere onregelmatige werkwoorden: kunnen
kunnen = in staat zijn om te
Piet kan fietsen
Wij kunnen niet komen
Kunnen
TT
VT
Ik
kan
kon
Jij/ je/
u
kan/kunt
kunt
kon
Hij/ zij
kan
kon
Wij
kunnen
konden
Jullie
kunnen
konden
Zij
kunnen
konden
Slide 20 - Tekstslide
verleden tijd:
Hij ......... helaas niet op mijn verjaardag komen.
kunnen
A
kunnen
B
kan
C
kon
D
konden
Slide 21 - Quizvraag
Tegenwoordige tijd:
Ik...
U
Hij...
Wij....
Jullie
Slide 22 - Tekstslide
Verleden tijd:
Ik...
Hij...
Wij....
Jullie
Slide 23 - Tekstslide
Luisteren en aantekeningen maken
Opdracht Nieuwsbegrip Taalmap - je mag deze luisteroefening ervoor gebruiken. Of als extra opdracht als je het al met het jeugdjournaal hebt gedaan :)
Pak pen en papier!
Slide 24 - Tekstslide
tornado
Slide 25 - Woordweb
Kijken en luisteren
Opdracht 1
- maak aantekeningen zodat je het belangrijkste kort kunt navertellen (zie aantekeningenblad opdracht luisteren Nieuwsbegrip)
Opdracht 2
- beantwoord naderhand de volgende vragen:
Slide 26 - Tekstslide
Vragen:
• Waar hebben tornado’s voor enorme schade gezorgd?
• Waarom is het lastig te voorspellen waar een tornado precies heengaat?
• Wanneer ontstaat een tornado?
• Welke stad is bijzonder erg getroffen?
Slide 27 - Tekstslide
kijken en luisteren....
Slide 28 - Tekstslide
Typ je aantekeningen hier, of maak een foto van je aantekeningen en upload dat hier;
Slide 29 - Open vraag
Waar hebben tornado’s voor enorme schade gezorgd?
A
In Canada
B
In de Verenigde Staten
C
In Europa
D
In Afrika
Slide 30 - Quizvraag
Waarom is het lastig te voorspellen waar een tornado precies heengaat
A
Ze gaan veel te snel.
B
Omdat ze van vorm veranderen.
C
Omdat ze maar 1 of 2 kilometer breed zijn.
D
Omdat het niet zo vaak voorkomt.
Slide 31 - Quizvraag
Wanneer ontstaat een tornado?
Slide 32 - Open vraag
Welke stad is bijzonder erg getroffen?
Slide 33 - Open vraag
Huiswerk
Nieuwsbegrip online:
Zoek in het archief de tekst over tornado's (woordenschat)
Lees de tekst, bekijk de moeilijke woorden
Maak de woordenschatoefening
Werk aan je
taalmap.
Zorg dat je vast alles ordent. Werk aan je eigen leerdoel.
Slide 34 - Tekstslide
Nog enkele kerstvragen
en dan.... (school)vakantie
Slide 35 - Tekstslide
Wat voor boom is de traditionele kerstboom?
A
Den
B
Spar
C
Palmboom
D
Taxus
Slide 36 - Quizvraag
spar
palmboom
den
Taxus
Slide 37 - Tekstslide
Kijk goed naar het plaatje ...
timer
0:30
Slide 38 - Tekstslide
Hoeveel ballen hangen er in de boom?
A
10
B
11
C
12
D
13
Slide 39 - Quizvraag
Slide 40 - Video
Hoeveel knopen heeft Olaf op zijn buik?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 41 - Quizvraag
M B O T K R O S E
Welk woord kun je met deze letters maken ?
timer
1:00
Slide 42 - Open vraag
Alvast een heel goed nieuwjaar gewenst!
Slide 43 - Tekstslide
Einde
Fijne kerstvakantie!
Slide 44 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
onregelmatige werkwoorden
Oktober 2021
- Les met
24 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
onregelmatige werkwoorden deel 2
Juni 2021
- Les met
35 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
onregelmatige werkwoorden
Juni 2021
- Les met
37 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Starttaal 2F: thema 1 - H3 - herhaling 2
September 2023
- Les met
32 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Taalverzorging 3F Herhaling werkwoordspelling les 2
Januari 2023
- Les met
45 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
Starttaal 2F: thema 1 - H3 - herhaling 2
December 2022
- Les met
28 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Starttaal 2F: thema 1 - H3 - les 3.2
November 2024
- Les met
29 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Starttaal 2F: Thema 1 - H3/4 - herhaling 1 t/m 3
April 2021
- Les met
21 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1