In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Voeding en vocht
Slide 1 - Tekstslide
Welkom
Hoe is het met iedereen?
Zijn er bijzonderheden?
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je:
Benoemen wat ondervoeding is en hoe je dit kunt signaleren
Benoemen hoe je vochtinname kunt bevorderen
Een vochtbalans bijhouden
Slikklachten herkennen en beperken
Slide 3 - Tekstslide
Wat komt in je op bij het woord voeding?
Slide 4 - Open vraag
Voeding
Een bouwstof
6 verschillende voedingsstoffen:
Koolhydraten
Vetten
Eiwitten
Vitaminen
Mineralen
Water
Slide 5 - Tekstslide
Koolhydraten
Vetten
Mineralen
Vitaminen
Eiwitten
water
Brood/
pasta
Fruit
Oplosmiddel
Vis/ olie
Vlees/ kaas/ melk
Calcium
Ijzer
Slide 6 - Sleepvraag
De behoefte aan energie is afhankelijk van
A
Leeftijd en geslacht
B
Klimaat
C
Lichaamslengte en gewicht
D
Alle antwoorden kloppen
Slide 7 - Quizvraag
Ondervoeding
Tekort of disbalans van energie, eiwit of andere
voedingsstoffen
Leidt tot meetbare nadelige effecten op de lichaamsomvang en lichaamssamenstelling, op het functioneren en op klinische resultaten
Slide 8 - Tekstslide
Mensen met overgewicht kunnen niet ondervoed raken
A
waar
B
niet waar
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
Functies van vocht
Bouwstof
Oplosmiddel en transportmiddel
reguleert warmte van het lichaam
Slide 12 - Tekstslide
De aanbeveling voor de hoeveelheid vocht voor ouderen is
A
1000
B
1500
C
1700
D
2000
Slide 13 - Quizvraag
Vochtbalans
Bereken voor jezelf wat je vandaag al gegeten en gedronken hebt.
Kopje= 125 ml
Mok=200 ml
Slide 14 - Tekstslide
Vochtbalans
Bijhouden van inname en verlies van vocht.
Negatieve vochtbalans: er gaat te veel vocht uit
Positieve vochtbalans: erg blijft te veel vocht achter
Slide 15 - Tekstslide
genoeg, te weinig, te veel
Hydratie
Dehydratie
Slide 16 - Tekstslide
Hoe weet je of iemand voldoende drinkt?
Slide 17 - Open vraag
Vochtbeperking
Door verminderde werking van hart of nieren mogen mensen soms niet te veel vocht innemen
Slide 18 - Tekstslide
Koffie telt niet mee bij het drinkvocht omdat je door de cafeïne vaker moet plassen
A
waar
B
niet waar
Slide 19 - Quizvraag
Bij een positieve vochtbalans houdt iemand vocht vast
A
waar
B
niet waar
Slide 20 - Quizvraag
Verslikken
Wanneer een cliënt zich verslikt, komt eten of drinken in de luchtpijp terecht. In de meeste gevallen zal de cliënt die zich verslikt een hoestbui krijgen.
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Video
Symptomen slikklachten
Hoesten en kuchen tijdens eten
voedsel of drinken loopt uit de mond
moeite met bewegen van de tong of inzetten slikbeweging
slechte coördinatie ademhalen en slikken
Langzaam eten of snel moe worden met het eten
Borrelige stem na het eten
Gevoel dat eten blijft steken en/of slikken is pijnlijk.
Slide 23 - Tekstslide
Een goede slikhouding is : Rechtop zittend met het hoofd recht en bij voorkeur iets naar voren of opzij.
A
waar
B
niet waar
Slide 24 - Quizvraag
Praktische tips
Laat cliënt bij voorkeur niet alleen eten
kleine hoeveelheden aanbieden
Niet eten en drinken tegelijk
Rustige ruimte
Niet te snel willen eten
Voedsel in mondhoek wegwrijven met servet, niet met lepel