Mondzorg, hulp bij eten, drinken en verslikken

Mondzorg, hulp bij eten/drinken, verslikken
Slikstoornissen, uitdroging, misselijkheid en braken
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Mondzorg, hulp bij eten/drinken, verslikken
Slikstoornissen, uitdroging, misselijkheid en braken

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inhoud les

  • mondzorg
  • slikproces bij zorgvrager
  • aandachtspunten bij het ondersteunen van de zorgvrager bij het eten en drinken.
  • risico's gestoorde slikfunctie
  • interventie bij verslikken








Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is mondzorg
belangrijk?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

https://www.nivel.nl/sites/default/files/bestanden/1004099.pdf

Wat is goede mondzorg?

Slide 8 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slikfases
De orale fase: kauwen + mengen speeksel -> voedselbrok ->  tong en het verhemelte trekken samen-> voedselbrok naar achteren -> verhemelte wordt opgetrokken, zodat het voedsel niet naar de neus kan.

De faryngale fase: slikreflex opgewekt -> dalen van het strotklepje (epiglottis), het stijgen van het strottenhoofd (larynx) en een beweging van de tong, waardoor de voedselbrok in het keelgat (farynx) geduwd wordt. Het strotklepje sluit het strottenhoofd af en zorgt er zo voor dat de voedselbrok in de slokdarm (oesofagus) terechtkomt. Tegelijkertijd beschermt het strotklepje de luchtpijp.
De oesofagale fase: deze fase verloopt, net als de vorige, volledig reflexmatig. De voedselbrok gaat langs de slokdarm naar de maag.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Problemen bij slikken
  • verminderde werking spieren in de mondholte: slapper/stijver, trager, slechte coördinatie
  • gevoeligheid in de mond verminderd
  • problemen in peristaltiek keelholte
  • spierverlammingen ter hoogte van het strottenhoofd
  • peristaltiek van de slokdarm verstoord (terugvloei uit de slokdarm, de luchtpijp in)

Logopedist

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aandachtspunten bij
eten/drinken

Slide 23 - Woordweb

Geef de zorgvrager de kans om voor het eten de handen te wassen, was ook je eigen handen.
Dien het eten smakelijk op, het is beter pas aan tafel het voedsel klein te snijden of fijn te maken, dus als de zorgvrager erbij is.
Roer gemalen eten niet door elkaar, maar vraag aan de zorgvrager hoe hij zijn eten wil nuttigen.
Bescherm de kleding van de zorgvrager.
Plaats de zorgvrager in een zo prettig mogelijke houding.
Geef de zorgvrager de gelegenheid voor de maaltijd te bidden.
Blijf tijdens de maaltijd niet staan; de zorgvrager kan het gevoel krijgen dat hij moet opschieten.
Ga op ooghoogte van de zorgvrager zitten en maak contact.
Pas de snelheid van het eten geven aan het tempo van de zorgvrager aan.
Plaats na de maaltijd de zorgvrager in de door hem gewenste houding.
Geef de zorgvrager de gelegenheid zijn handen, mond en gebit te reinigen.
Geef de zorgvrager na het eten weer de gelegenheid voor een gebed.
Houding en aandachtspunten 
  • rustige prikkelarme omgeving
  • rechtop zitten
  • hoofd recht 
  • evt. half liggende houding of helemaal op de zij (niet op verlamde zijde)
  • eten aan gezonde kant
  • tot 10 minuten na maaltijd rechtop
  • evt. halfvast voedsel
  • evt. verdikkingsmiddel
  • let op temperatuur eten
  • voedsel tussen de voorste kiezen in de mond
  • bestek niet langs mond halen om iets weg te vegen
  • controleer wangzakken
  • mond na eten spoelen of reinigen

 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slikstoornissen herkennen
  • verslikken, kuchen en hoesten tijdens het eten;
  • speeksel, eten en drinken loopt uit de mond;
  • moeite met bewegen van de tong of krachtsverlies bij kauwen;
  • moeite met het inzetten van de slikbeweging;
  • slechte coördinatie tussen slikken en ademhalen;
  • achterblijven van voeding in de mondholte;
  • pijnklachten bij kauwen en slikken;
  • erg langzaam eten;
  • eten blijft steken in de keel of achter het borstbeen.







Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als bij een gezond persoon voedsel in de luchtpijp terecht komt, komt dat meestal door stevig hoesten weer terug in de mond. Hoe heet het als deze hoestreflex niet optreedt?
A
Stille aspiratie
B
aspiratiepneumonie
C
hypoxie

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Ondervoeding
Een tekort aan energie- en voedingsstoffen

Volwassenen
onbedoeld meer dan 10% gewicht (of 6 kg) verliezen in zes maanden tijd, 
of 
meer dan 5% (of 3 kg) in een maand
of
 body mass index (BMI) van minder dan 18,5
bij ouderen BMI van minder dan 20


Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel zorgvragers in ziekenhuizen en andere zorgorganisaties zijn ondervoed?
A
1 op de 20
B
1 op de 12
C
1 op de 8
D
1 op de 4

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gevolgen ondervoeding
  • Gewichtsverlies
  • Verminderde voedselinname en gebrek aan eetlust
  • Zwakheid, futloosheid:  spiermassa neemt af -> krachtsverlies -> valrisico
  • Verhoogde eiwitafbraak: dit verhoogt de kans op infecties (bijvoorbeeld longontsteking) en doorliggen (decubitus).
  • Sterfte: door ondervoeding neemt de kans op overlijden toe.



Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat als 'normaal eten' niet lukt
  • Drinkvoeding: bevat extra voedingsstoffen en energie.
  • Sondevoeding: vervanging of aanvulling
  • Parenterale voeding: volledige voeding die via een infuus direct in de bloedbaan wordt gebracht.
  • Dieetpreparaten: poedervormige producten waarmee normale voedingsmiddelen 'verrijkt' (met energie en voedingsstoffen) kunnen worden, zonder al te veel smaakverandering.




Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Screenen op ondervoeding

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vochtbalans
Opname en uitscheiding van water in balans

Belangrijk voor signaleren uitdroging of vochtoverbelasting!

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vochtbalans bijhouden

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Positieve/negatieve vochtbalans 
Opname en uitscheiding trek je van elkaar af. 
Positieve vochtbalans (+ 500 ml): 500 ml meer gedronken dan dat hij heeft uitgescheiden.
Negatieve vochtbalans (- 500 ml): 500 ml te weinig gedronken in verhouding tot hoeveel is uitgescheiden. 
Alert zijn op uitdroging (dehydratie) of juist oedeemvorming

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Persoonlijke basiszorg niv 4


Module 2: Hulp bieden bij opname van voeding en vocht

Maak de opdrachten bij 2.3 verpleegkundige zorg bij voeding van de volwassene: 1, 2, 5 t/m 7

Maak de opdrachten bij 2.4 Voeding bij ziekte: 1 t/m 8

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies