Pathologie Urine H 13

Pathologie Urine H13
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Pathologie Urine H13

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • de student kan uitleggen wat urine is
  • de student kan uitleggen wat de mictiereflex is                        en hoe die werkt
  • de student kan uitleggen hoe en waarom we urine onderzoeken

Slide 2 - Tekstslide

Wat is urine?

Slide 3 - Tekstslide

Urine bestaat uit afvalstoffen:
  • Afbraakproducten van gebruikte middelen (eiwitten, vetten)
  • Giftige stoffen; medicijnen, drugs

Gefilterd uit het bloed door de nieren 

Slide 4 - Tekstslide

Hoe gaat een mictiereflex in zijn werk?



Plassen = MICTIE

Slide 5 - Tekstslide

  • Wanneer de blaas zich vult met urine, zal er druk ontstaan aan de binnenkant van de blaas. 
  • Door rek op de blaasdriehoek wordt er een seintje gegeven naar de hersenen dat je moet plassen
  • blaaswandspier trekt samen, inwendige sluitspier ontspant en je kan plassen.

Slide 6 - Tekstslide

Waardoor is een volwassene in staat om zijn urine op te houden?

Slide 7 - Tekstslide

  • Aandrang bij 250 - 300 ml
  • Door aanspannen van kringspier en bekkenbodem stellen we het plassen uit.
  • Slide 8 - Tekstslide

    Hoe vaak gaan wij gemiddeld gezien naar de WC om te plassen per dag?

    Slide 9 - Tekstslide

    • gemiddeld 1500 ml urine per dag
    • Iedere keer als we plassen lozen we ca. 250 - 300 ml
    • vaak `s nachts? Nycturie!

    Slide 10 - Tekstslide

    Nycturie
    Zien we veel bij kindje en zuigelingen omdat deze nog geen controle hebben over de sluitspier.

    In de nacht stroomt er meer bloed door de nieren waardoor er dus meer bloed gefilterd wordt. 

    Slide 11 - Tekstslide

    Polydipsie = Veel drinken
    Polyurie = > 2 liter plassen per dag
    Oligurie = < 500 ml plassen per dag
    Uremie = te hoog ureumgehalte in de urine door eiwit afbraak
    Anurie = < 50 ml per dag plassen

    Slide 12 - Tekstslide

    Oorzaken polydipsie / polyurie
    • Iemand met een ontregelde suiker. De nieren plassen meer suiker uit
    • Bij een kwaadaardig proces in de botten. Hier komt veel calcium bij vrij welke je uitscheidt via de nieren
    • Bij eiwit afbraak, ureum wordt afgevoerd via de nieren
    • Diabetes insipidus, probleem met aanmaak van ADH 

    Slide 13 - Tekstslide

    Oorzaken Oligurie
    • nieren produceren te weinig urine om alle afvalstoffen kwijt te kunnen, waardoor ophoping, vooral ureum (eiwit afval)  

    Slide 14 - Tekstslide

    Oorzaken anurie 
    • extreem lage bloeddruk (veel bloedverlies, uitdroging)
    •  nierinsufficiëntie 

    Slide 15 - Tekstslide

    Welke urine is het meest geschikt voor onderzoek?

    Slide 16 - Tekstslide

    Ochtend urine!
    (wassen en mid-stream)

    • macroscopisch onderzoek
    • microscopisch onderzoek
    • Klinisch-chemisch onderzoek
    • Microbiologisch onderzoek

    Slide 17 - Tekstslide

    Macroscopisch 

    • Witte troebele urine; hoog fosfaatzouten of pus (pyurine).
    • Lichtgele urine; verdunde urine bij veel vocht
    • Donkergele urine; ochtend urine, minder vocht
    • Troebel schuimend; eiwit in de urine
    • Rode of roze urine; bloed, voeding (biet), medicatie
    • Paarse urine; lever aandoening 
    • Groen/blauwe kleur; medicatie, voeding (asperge)
    Bruin - Leveraandoening of medicatie


    Slide 18 - Tekstslide

    Sediment (microscopisch)
    • bezinksel nadat urine in een centrifuge is geweest
    • Normaal? geen cellen

    • UWI? bacteriën, witte bloedcellen (leukocyten)
    • Beschadiging nieren? rode bloedcellen (erytrocyten)
    • Nieraandoening?  cilinders (eiwitaftreksel van nierbuisjes)

    Slide 19 - Tekstslide

    klinisch chemisch 

    • kwalitatieve test; stripje! zegt iets over aanwezigheid 
    • kwantitatieve test; zegt meer over hoeveelheid                             te meten door het afnemen van 24-uurs urine 

    Slide 20 - Tekstslide

    Hoe vang je 24-uurs urine op?

    Slide 21 - Tekstslide

    • Kies een dag dat je niet te lange tijd van huis bent. 
    • Plaats de fles die je hebt gekregen van de arts op een donkere plaats
    • Vang 24 uur lang iedere plas op, ook de nacht, en giet ze in de fles
    • Start met opvangen in de ochtend na de eerste plas
    • De laatste urine is de ochtend urine van de volgende dag
    • Schrijf je gegevens op de fles: naam, geboortedatum, datum en tijden van opvangen van de urine


    Slide 22 - Tekstslide

    Microbiologisch 
    • bacteriën aantonen 

    • voorkeur; kweek! m.b.v. voedingsbodem

    • andere opties; dipslidemethode (glazen plaatje)                                                           nitriettest (afvalproduct van bacteriën) 

    Slide 23 - Tekstslide

    Slide 24 - Video